Lezersrecensie
Veel sfeer, weinig diepgang
Jenny Colgan is een productieve schrijfster: ze schreef sinds 2000 al meer dan 30 boeken, bijna allemaal in het feelgood-genre. ‘De kleine bakkerij aan het strand’ verscheen oorspronkelijk in 2014 - in het Engels - en is het eerste deel van wat uiteindelijk een vierdelige serie is geworden. Het is echter prima zelfstandig te lezen.
Het boek draait om Polly, een dertiger uit Plymouth, die haar leventje prima voor elkaar heeft: vriend, huis, eigen bedrijf, auto, sociaal leven. Tot het allemaal in elkaar stort, al vanaf de 2e pagina van het boek: het bedrijf van Polly en haar vriend gaat failliet, de curator legt beslag op hun woning, auto en dure spullen, en de relatie bezwijkt onder zoveel druk. Woningen in Plymouth zijn onbetaalbaar, dus Polly wijkt tijdelijk uit naar het veel goedkopere, afgelegen Mount Polbearne, een getijdeneiland in het westen van Cornwall, dat duidelijk is gebaseerd op St Michael's Mount. Zoals te verwachten in dit genre heeft ze het daar aanvankelijk niet zo makkelijk, maar vindt ze er uiteindelijk toch haar plek.
In grofweg de eerste helft van het boek bouwt Colgan vooral sfeer op en dat doet ze prachtig. Je ziet het dorpje Mount Polbearne echt voor je, zo’n typisch Brits dorpje, met vervallen huisjes, een vissershaven, een oude kroeg, een fish & chips-tent, roddelende inwoners en de toegangsweg die bij vloed onder water staat. Maar vanaf de tweede helft zakt het allemaal wat in elkaar. Dat heeft deels te maken met de introductie van een aantal personages met te veel geld. Specifiek Reuben, een Amerikaan die zich omringt met fotomodellen, helikopters, luxe boten, champagne, oesters, kreeften en wat al niet aan decadente toestanden. Zijn levensstijl staat in schril contrast met het charmante, maar toch ook wat armoedige, dorpsleven. Dit personage doet het verhaal geen goed. Tel daarbij op een opeenstapeling van (romantische) misverstanden en veel te gedetailleerde beschrijvingen van hoe mensen eruit zien, wat ze aan hebben, welke make-up ze opdoen, wat ze eten. Colgan laat heel weinig aan de verbeelding van de lezer over.
Goed om te weten: ik lees normaalgesproken geen feelgood. Ik pakte ‘De kleine bakkerij aan het strand’ op in het kader van de ‘Lees Eens Wat Anders’-challenge hier op Hebban, om te ontdekken of dit genre misschien toch iets voor mij zou kunnen zijn. Het antwoord op die vraag blijkt nee. Colgan is een bestsellerauteur, dus er zullen veel lezers zijn die enorm genieten van zo een boek vol leuke personages (inclusief een papegaaiduiker!), humor, zon, een pittoresk dorpje, romantiek, lekker eten en luchtigheid. Maar ik miste de diepgang. Zelfs de dramatische gebeurtenis in het boek, die voor iets van verdieping had kunnen zorgen, gaat ten onder in de gezelligheid van samen eten, wachten, zingen, zuipen, zoenen en feesten. Ik hou het voorlopig bij dit ene uitstapje in het feelgood-genre!
Het boek draait om Polly, een dertiger uit Plymouth, die haar leventje prima voor elkaar heeft: vriend, huis, eigen bedrijf, auto, sociaal leven. Tot het allemaal in elkaar stort, al vanaf de 2e pagina van het boek: het bedrijf van Polly en haar vriend gaat failliet, de curator legt beslag op hun woning, auto en dure spullen, en de relatie bezwijkt onder zoveel druk. Woningen in Plymouth zijn onbetaalbaar, dus Polly wijkt tijdelijk uit naar het veel goedkopere, afgelegen Mount Polbearne, een getijdeneiland in het westen van Cornwall, dat duidelijk is gebaseerd op St Michael's Mount. Zoals te verwachten in dit genre heeft ze het daar aanvankelijk niet zo makkelijk, maar vindt ze er uiteindelijk toch haar plek.
In grofweg de eerste helft van het boek bouwt Colgan vooral sfeer op en dat doet ze prachtig. Je ziet het dorpje Mount Polbearne echt voor je, zo’n typisch Brits dorpje, met vervallen huisjes, een vissershaven, een oude kroeg, een fish & chips-tent, roddelende inwoners en de toegangsweg die bij vloed onder water staat. Maar vanaf de tweede helft zakt het allemaal wat in elkaar. Dat heeft deels te maken met de introductie van een aantal personages met te veel geld. Specifiek Reuben, een Amerikaan die zich omringt met fotomodellen, helikopters, luxe boten, champagne, oesters, kreeften en wat al niet aan decadente toestanden. Zijn levensstijl staat in schril contrast met het charmante, maar toch ook wat armoedige, dorpsleven. Dit personage doet het verhaal geen goed. Tel daarbij op een opeenstapeling van (romantische) misverstanden en veel te gedetailleerde beschrijvingen van hoe mensen eruit zien, wat ze aan hebben, welke make-up ze opdoen, wat ze eten. Colgan laat heel weinig aan de verbeelding van de lezer over.
Goed om te weten: ik lees normaalgesproken geen feelgood. Ik pakte ‘De kleine bakkerij aan het strand’ op in het kader van de ‘Lees Eens Wat Anders’-challenge hier op Hebban, om te ontdekken of dit genre misschien toch iets voor mij zou kunnen zijn. Het antwoord op die vraag blijkt nee. Colgan is een bestsellerauteur, dus er zullen veel lezers zijn die enorm genieten van zo een boek vol leuke personages (inclusief een papegaaiduiker!), humor, zon, een pittoresk dorpje, romantiek, lekker eten en luchtigheid. Maar ik miste de diepgang. Zelfs de dramatische gebeurtenis in het boek, die voor iets van verdieping had kunnen zorgen, gaat ten onder in de gezelligheid van samen eten, wachten, zingen, zuipen, zoenen en feesten. Ik hou het voorlopig bij dit ene uitstapje in het feelgood-genre!
3
Reageer op deze recensie