Lezersrecensie
De mei-dagen van 45
Nazi-Duitsland, mei 1945. Tim Kaleu en Bertram Heimsohn, commandant en schipper op de mijnenveger MX12, verlaten de kleine Deense haven waar ze de laatste maanden van de oorlog gestationeerd waren. Eens op volle zee deelt Tim de bemanning de opdracht mee. Ze zijn op weg naar Libau in Koerland (1) - waar een ingesloten leger nog steeds vecht - om gewonden op te halen. Naar Koerland? De onveilige Oostzee over? Zelfs de meeste ervaren zeerotten smeken van niet. Net dan bereikt hen het bericht dat de gedeeltelijke capitulatie met de Engelsen is getekend. “Waarom deze risicovolle missie uitvoeren?” vraagt Bertram zich af, “het is toch al afgelopen”. “Het is een opdracht,” meent Tim, “in Koerland wachten ze op ons.” De spanning hoopt zich op aan boord.
Op volle kracht verder varen of terugkeren naar de ligplaats? Krijgstucht tot het laatste uur of zinloze offers vermijden? Een haven bereiken en hoe daar ontvangen worden?
De eindfase van de Tweede Wereldoorlog is een thema dat Siegfried Lenz (1926-2014) in meerdere boeken literair heeft vorm gegeven. In zijn vroege werk “De overloper” zette hij het al centraal. “Een oorlogseinde” (uit 1984) plaatst de eindstrijd van de marine in het licht. Evenals aan land maken nazi-scherpslijpers daar tot de laatste dag de dienst uit. Hun fanatieke oorlogslogica zet zich scherp af tegen wie al lang tot andere inzichten is gekomen…
Geen WO II-thema’s als rassenkwesties, antisemitisme of concentratiekampen in dit boek. Nee, hier draait het om ideologie en het morele geworstel ermee. Om keuzes maken met verstrekkende, heftige gevolgen. Vlot en gevat zoals in zijn ander werk, toont de auteur zich ook in deze roman. Ditmaal presteert hij dat in nauwelijks 44 pagina’s; breedvoerigere uitwerking van de personages zou een dikker volume rechtvaardigen. Een dunne parel is het, dit intensieve, gebalde verhaal dat Lenz met veel vaart voortstuwt, subliem opbouwt, van spanning voorziet en laat culmineren in een uiterst pakkende plot. Jaartallen vervangt hij door merktekens als tijdsindicaties waarop de lezer zich kan oriënteren, een stijlkenmerk dat deel uitmaakt van Lenz’ literaire handtekening. Wie non-fictieboeken als “Tot de laatste man” (2) en “Acht dagen in mei” (3) las, komt vele elementen in deze roman tegen.
Genuanceerd verhaal met veel zeggingskracht over de heftige mei-dagen van 45.
(1) Libau en Koerland, respectievelijk Liepaja en Kurzeme in het zuidwesten van het huidige Letland.
(2) Ian Kershaw (2011). Tot de laatste man: Duitsland 1944-1945.
(3) Volker Ullrich (2020). Acht dagen in mei: de laatste week van het Derde Rijk.
*****
Toegevoegd aan mijn lijst "Dunne parels (fictie)", dunne boeken (om en bij de 100 pagina's) maar echte pareltjes! Kostbare kleinoden die een bijzondere indruk nalaten.
Op volle kracht verder varen of terugkeren naar de ligplaats? Krijgstucht tot het laatste uur of zinloze offers vermijden? Een haven bereiken en hoe daar ontvangen worden?
De eindfase van de Tweede Wereldoorlog is een thema dat Siegfried Lenz (1926-2014) in meerdere boeken literair heeft vorm gegeven. In zijn vroege werk “De overloper” zette hij het al centraal. “Een oorlogseinde” (uit 1984) plaatst de eindstrijd van de marine in het licht. Evenals aan land maken nazi-scherpslijpers daar tot de laatste dag de dienst uit. Hun fanatieke oorlogslogica zet zich scherp af tegen wie al lang tot andere inzichten is gekomen…
Geen WO II-thema’s als rassenkwesties, antisemitisme of concentratiekampen in dit boek. Nee, hier draait het om ideologie en het morele geworstel ermee. Om keuzes maken met verstrekkende, heftige gevolgen. Vlot en gevat zoals in zijn ander werk, toont de auteur zich ook in deze roman. Ditmaal presteert hij dat in nauwelijks 44 pagina’s; breedvoerigere uitwerking van de personages zou een dikker volume rechtvaardigen. Een dunne parel is het, dit intensieve, gebalde verhaal dat Lenz met veel vaart voortstuwt, subliem opbouwt, van spanning voorziet en laat culmineren in een uiterst pakkende plot. Jaartallen vervangt hij door merktekens als tijdsindicaties waarop de lezer zich kan oriënteren, een stijlkenmerk dat deel uitmaakt van Lenz’ literaire handtekening. Wie non-fictieboeken als “Tot de laatste man” (2) en “Acht dagen in mei” (3) las, komt vele elementen in deze roman tegen.
Genuanceerd verhaal met veel zeggingskracht over de heftige mei-dagen van 45.
(1) Libau en Koerland, respectievelijk Liepaja en Kurzeme in het zuidwesten van het huidige Letland.
(2) Ian Kershaw (2011). Tot de laatste man: Duitsland 1944-1945.
(3) Volker Ullrich (2020). Acht dagen in mei: de laatste week van het Derde Rijk.
*****
Toegevoegd aan mijn lijst "Dunne parels (fictie)", dunne boeken (om en bij de 100 pagina's) maar echte pareltjes! Kostbare kleinoden die een bijzondere indruk nalaten.
1
Reageer op deze recensie