Fascinerende reis door Iers brein
Op Allerzielen, wanneer volgens de Ierse volkswijsheid de muur tussen de wereld van de levenden en die van de doden flinterdun is, materialiseert de overleden Marcus Conway in het huis waar hij de laatste 25 jaar van zijn leven woonde. Terwijl het klokkenspel van de kerk het Angelus klept, wacht hij op zijn familie en mijmert hij erop los.
de klok
die blijft haken in mijn hart en
de hele wereld samentrekt
tot het hier en nu
Om de tijd te doden tot zijn vrouw Mairead thuiskomt, pakt Marcus een krant en begint daar commentaar op te leveren. De waanzin van de boom-busteconomie en de uitleenzucht van bankiers die de kredietcrisis veroorzaakte ergeren hem: "onze mesjogge profeten". Geldverspilling, zoals aan een asbestverwerkingsinstallatie in de buurt die nooit is opengegaan, ergert hem nog meer. Hij mijmert over zijn jeugd, zijn dochter Agnes, ("een leven begonnen als streepje op een zwangerschapstest"), nu kunstenares, zijn temperamentvolle zoon Darragh met de talentvolle academische geest die in Australië rondreist en andere momenten die indruk op hem gemaakt hebben, zoals de verkiezingen van 1977 en de crisis in zijn huwelijk na een uitspatting met een vrouw tijdens een ingenieurscongres (Mairead: "die bruggenbouw, die godvergeten bruggenbouw").
Dan denkt Marcus aan een tentoonstelling van Agnes’ werk waar hij overstuur van raakte: collages van krantenartikelen met haar eigen bloed overgoten. Het lijkt een voorteken. De volgende dag is het mis met de herbouw van een weggespoelde brug. Weer een dag later is de kerngezonde Mairead ineens doodziek. |Ik was Maireads permanente mantelzorger." Net als laatst in Vlaardingen is het drinkwater besmet. Corrupte aannemers en stemmenbeluste politici hebben daar veel mee te maken, net als met de spanningen rond de bouw van de brug. Something is rotten in the state of Ireland. Marcus stort in. "De zon haperde boven de aarde."
Dat Marcus een doodgewone Ierse vent is, en als ingenieur in overheidsdienst te maken krijgt met corruptie, waterverontreiniging en een brug die instort is geen toeval: gedonder over de waterkwaliteit en de infrastructuur hebben in Ierland jarenlang de politieke discussie bepaald en menig politicus moest wegens corruptie aftreden. Zo beïnvloeden overheid en politiek dus het leven van het individu, wil Mike McCormack (1965) zeggen.
bleek en buiten adem na van ver te zijn gekomen
om in deze keuken te staan
beduusd
McCormacks stijl lijkt wel wat op de monologue intérieur van Molly Bloom aan het eind van James Joyces Ulysses. Deze vader van het modernisme zei het al: gooi de vorm overboord en nieuwe, ongehoorde inhoud spat uit je pen. En de vergelijking gaat verder: net als in dat beroemde, vernieuwende Ierse boek gaat het ook hier over gewone mensen die vrijelijk hun gedachten laten zweven.
Interessant is de vraag hoe het komt dat Joyce óók al een Ier was. Misschien heeft ‘t te maken met de traditie van mystieke Keltische gezangen die duizend jaar geleden al begon met de Ulstercyclus over de bovenaardse held Cú Chulainn. Dat de geest van een overledene opstijgt uit de groene heuvels, landt in zijn keuken en 265 pagina’s lang aan het woord is, dat is dan meer niet zo vreemd.
Een beetje gek dus, in één lange zin een familiegeschiedenis vertellen. Gek, maar ook ‘goed’? De modernistische schrijfstijl zonder interpunctie en alinea-indeling is even wennen. Als je hebt vastgebeten in het verhaal gaat de taal leven, en met die taal de stream of consciousness van Marcus. Colm Toíbin, die andere onnavolgbare Ierse verteller, roemde de ambitie en avontuurlijkheid van dit prozagedicht.
Dag der zielen houdt je nog een tijd bezig als je het hebt uitgelezen. Meer dan een boek dus: een ervaring. Weinig schrijvers bereiken dat niveau. Rustig voor gaan zitten en over je heen laten komen. En af en toe bedenken hoe bekroond vertaler Robbert-Jan Henkes hier weer een prijswaardige prestatie levert.
Reageer op deze recensie