Boevenromantiek, maar wel vlot geschreven boevenromantiek
Van de ene op de andere dag duikelt de welopgevoede ‘Bibi’ uit Amsterdam-Zuid de wereld in van champagne en sterrenrestaurants met haar nieuwe penozevriend. "Ik zag het als een spelletje en daarom was het dat ook. Ik was vijfentwintig." Zo werkt dat dus met die vreemde - hij te poenerig, zij te jong - stellen. Er zit een tragisch kantje aan de relatie tussen de jonge Bibi en haar bijna tweemaal zo oude (hij heeft al een puberzoon en -dochter) Walrus. Bibi heeft een minderwaardigheidscomplex. Ze is populair en doet het goed op school, maar voor haar ouders is het nooit goed genoeg.
"Later kwam de tijd dat ik perfect moest zijn, aan alle verwachtingen moest voldoen."
Geloofwaardig beschrijft Bregje Bleeker (1970) hoe de kille opvoeding leidt tot het idealiseren van haar spannende vriend. Hij vertelt Bibi hoe ze goede wijn en goed eten kan waarderen, is thuis in de schilderkunst, behandelt haar als een prinses. "Leer ik jou hoe het leven in elkaar zit, leer jij mij wat manieren." Alarmbellen gaan wel af, maar niet hard genoeg.
" ‘Wat doe je eigenlijk precies voor werk? Je verdient wel heel veel hè?’
‘Ik handel in illusies, dat doe ik.’ "
Verbaasd aanschouwt de wel heel onwetende Bregje, sorry, Bibi, voor het eerst een ‘zeepje’: "jij kunt misschien goed studeren, maar ik ben professor in de hasj." Zo heel dom is Walrus overigens niet, hij werd van het Lyceum in Brugge getrapt om eigenlijk niks en was daar zo boos om van dat hij in softdrugs begon te handelen. Steeds meer raakt Bibi betrokken in het wereldje van ‘kantoren’ en ‘zendingen’. In de scènes waarin de creeps voorkomen met wie Walrus zakendoet, laat Bleeker zien wat ze kan: de rillingen lopen over je rug.
Steeds serieuzer wordt hun relatie. "Ik heb dit nooit gehad, ik", aldus Walrus in zijn eigen, eigenaardige idioom. Hij maakt zelfs kennis met Bibi’s moeder, die lijdt aan ‘mensonterend geheugenverlies’. Maakt niet uit, hij leidt het oude mens al bellend met leveranciers en afnemers graag rond in het museum. Steeds meer zelfvertrouwen krijgt Bibi. Ze durft zelfs zichzelf in de spiegel aan te kijken. "De dalen van angst waren door Walrus gevuld met grind en zand." Uitstapjes naar Parijs, Monaco… Walrus vreet, zuipt en feest maar door. Zijn hart en hoofd zijn minder en minder bij de handel. Bibi helpt hem de administratie op orde te brengen en raakt steeds meer bekend in de ‘business’. En dan gaat het helemaal fout...
Geen idee of het nog steeds zo is, maar in gelegenheden als Wildschut in Amsterdam en Villa Thalia in Rotterdam was het traditie dat mooie, verwende meisjes lekker losgingen met foute gasten, om zich een paar jaar later op hun ‘naiveté’ te beroepen en kinderen te krijgen met een brave bankier of een prins. Bregje Bleeker daarentegen is nooit helemaal over haar Walrus heen gekomen. 'Het was liefde, echte liefde', verzucht ze tegen het Parool. Nico was in haar verliefde ogen zó anders dan die anderen, daar kan niemand aan tippen.
Natuurlijk zit Bregje, zoals het van scepsis doordrenkte interview in het Parool al aangeeft, met het geromantiseerde beeld van haar drugshandelaar helemaal fout. Dat criminaliteit niet goed te praten is, weet ze ook wel (‘ik herinner me wroeging, maar hij is ook heel goed voor me geweest’), maar het ligt vooral aan ‘die anderen’. De politie (‘idioot dat de maatschappij dit liet bestaan’), de Belastingdienst (‘we werden gedoogd’), de afnemers die ‘erom vroegen’. Boevenromantiek dus, maar wel goed geschreven boevenromantiek. NRC sprak bij de oorspronkelijke uitgave (het boek dateert van 2007) van een belangwekkend debuut…
Reageer op deze recensie