Bericht uit dat ándere deel van de Duitse samenleving
Boos en nog eens boos is de jonge Hazal. Op het onbegrip van haar ouders, op vriendinnen die zich aanstellerig gedragen, op mensen die haar discrimineren… Als die boosheid zich omzet in daden, zijn de poppen aan het dansen. Makkelijk hebben Hazal en haar vriendinnen het dan ook niet. De meiden zijn op en top Duits, maar worden steeds weer als ‘Turks’ gestereotypeerd - hoe er ook op z’n Berlijns wordt gedronken en gefeest. De enige die hen nog een beetje begrijpt is tante Semra, maar die heeft zichzelf geweld aangedaan om zich aan te passen.
Iedereen mag wat van ze vinden, vindt wat van ze. Waarom ze nog niet getrouwd zijn, waarom ze niet vrouwelijk gekleed gaan, waarom ze niet aan de Ramadan deelnemen. Worden ze weer geweigerd op een feest waar ze enorm hun best voor hebben gedaan. Te vol zogenaamd. Je voelt dat er iets niet klopt, maar je kan er niks aan doen. Vernederend. Geen wonder dat Hazal er af en toe een eind aan wil maken. Maar Elma weet hoe je terug kunt slaan. Letterlijk. Op het metroperron op de terugweg slaat de vlam in de pan.
"Lekker jurkje heb je aan. Wil je m’n lul zien? - ik sta minstens vijf meter bij haar vandaan, maar ik zie hoe haar ogen gek worden. Elma haalt met rechts uit en slaat de student met haar vuist in zijn gezicht."
Het incident loopt volkomen uit de hand. Waren het twee of drie mannen? De recherche kan zich niet eens vóórstellen dat een paar meiden zo los zijn gegaan. Al lijken ze sterk, van binnen is er toch iets gebroken. Zo jong nog en altijd maar strijd leveren. "Overal alleen maar ellebogen, van mensen die sterker zijn dan wij. Ellebogen waarmee het leven ons in onze magen heeft gestompt." Tante Semra begrijpt er niks van.
Dan maar naar Istanboel. Ooit een verlokken oord waar Duitse jongeren met Turkse wortels hoopten zich thuis te voelen. Daar is ook niet veel van over. " ‘Om zes uur is er wát?’ ‘Om zes uur is er een uitgaansverbod. Er is een darbe gaande.’ " Hazal weet niet wat een darbe is, tot ze erachter komt dat dat staatsgreep betekent. Voelde ze zich al onvrij in Berlijn, in Istanboel is helemaal geen vrijheid meer. Geen uitweg, geen happy end. Doek.
Op foto’s maakt Fatma Aydemir (Karlsruhe, 1986), die bij een mediabedrijf werkt, een ingetogen indruk, maar in interviews spuwt ze vuur. ‘Altijd weer die vragen. Je ouders waren zeker geschokt? Je bent zelf toch goed terechtgekomen? Je bent toch heel anders dan zij? Hoezo is Hazal asociaal? Ze zou mijn beste vriendin kunnen zijn. Ze is wanhopig en hoopvol, koppig en gekwetst, genereus en begaafd. Wat zij meemaakt is voor mij heel herkenbaar.’ Aydemir, die zelfs een wekelijkse rubriek heeft in een Berlijnse krant over haar ervaringen. ‘Ik merk voortdurend dat ik als ‘anders’ word gezien.’
Meisjes in de kliek van Hazal vertonen mannelijk gedrag: ze vloeken, zijn agressief en opstandig. Ze zetten zich af tegen het stereotiepe beeld van de overdreven vrouwelijke Duitse meiden met een Turkse achtergrond die dikke lagen make-up smeren en op hoge hakken lopen te wankelen. 'Ze laten zich gelden. Zo worden ze tenminste geen slachtoffer', aldus Aydemir. Het tegendeel van zoetsappige chicklit dus. Dat hakte er in Duitsland flink in. Waarom die jongeren toch zo boos waren? Klopte dat wel? Was Hazal een exponent van een mislukte integratie of een gewoon crimineel?
Aydemir zet haar karakters goed neer. En, een groep in de samenleving die je niet veel hoort een stem geven, da’s natuurlijk een mooie rol voor de literatuur.
Reageer op deze recensie