Realistische verhalen over machtsmisbruik in Zuid-Afrika
Als je wilt weten hoe het op dit moment met Zuid-Afrika gesteld is ben je bij Het Vogelalfabet van S.J. Naudé aan het goede adres. Aan te raden aan iedereen die denkt dat het daar nu vast wel heel goed gaat sinds het einde van de apartheid, en zó realistisch geschreven dat je je haast niet kunt indenken dat de gebeurtenissen in de verhalen níet werkelijk hebben plaatsgevonden.
De ongeneeslijk zieke verpleegster Sandrien heeft in ‘Het busje’ het beste voor met een groep aan aids stervende townshipbewoners, maar de zwarte elite is alleen geïnteresseerd in de luxe lodge die gebouwd wordt waar misschien wel de president komt logeren. Het project is – vanzelfsprekend, zou je bijna zeggen voor wie de berichten uit Zuid-Afrika volgt – omgeven met corruptie.
Haar principes maken het alleen maar gemakkelijker Sandrien als een pion te offeren in een schaakspel tussen de machthebbers. "Jij wilt toch HIV-remmers hebben, yes? Nou, I’ll get them for you. [] Jij moet met Walter praten. Je moet naar hem toegaan in Port Elizabeth, een weekend bij hem doorbrengen. [] Je weet dat hij heel erg op je valt. Geef hem wat hij wil hebben. En jij moet hem overhalen. Jij moet hem overhalen om het onderzoek naar corruptie te laten vallen." De overeenkomsten met de zelfverrijking rond het nieuwste paleis van Jacob Zuma zijn vast geen toeval. Dit schreeuwt natuurlijk om wraak, maar het verhaal eindigt onbevredigend. Later in het boek zal blijken dat Naudé een (door niet alle Nederlandse recensenten begrepen) spel speelt met de lezer.
In ‘VNLS’ wil de blanke Ondien met haar multiraciale zanggroepje uit het moderne Kaapstad de wereld van binnenuit veranderen. Na een griezelig avontuur bij een blanke boer waar ze verblijven wordt ze echter onterecht gearresteerd. Niemand is geïnteresseerd in haar verhaal, de politie al helemaal niet. Haar twee zwarte bandgenoten zouden volgens een pensionhoudster waar ze verbleven weer terug zijn naar het Township. "De politie heeft het laten weten. Allebei terug naar KwaZulu. [] Naar hun eigen familie. Ja, zegt mevrouw Nyathi, naar hun eigen mensen. Daar zullen ze nu lekker kunnen zingen hoor!" Einde zanggroepje, einde idealen. Ondiens zus zucht ondertussen in Amerika onder de agressie van haar psychopathische ex-echtgenoot en maffe zoontje; haar broer voelt zich verbitterd en nutteloos ondanks materieel succes als bankier in Londen.
Naudé snijdt in dit verhaal een gevoelig thema aan: Blanke Zuid-Afrikanen schijnen vaak aan ontheemdheid te lijden. Het strak georganiseerde land van voor 1990 bestaat niet meer, en in het buitenland voelen ze zich ook niet echt thuis. Hun teleurstelling dat er zo weinig terechtkomt van de belofte van Mandela dat het allemaal beter zou worden na de omwenteling is voelbaar in elk van de verhalen in deze bundel. Ook de grote leider zou er als hij nog leefde niet goed van worden. In de jaren negentig had hij het al te stellen met twijfelachtige oligarchen als Tokyo Sexwale, wiens naam nu opduikt bij de Fifa. Lees de uiterst leerzame memoires van zijn assistente Zelda Lagrange er maar op na.
Op de achterflap beveelt André Brink, een van de zogenoemde ‘Zestigers’ die de apartheid kritiseerden, Het Vogelalfabet bij ons aan. De in 2015 overleden literatuurwetenschapper was destijds de eerste Afrikaans schrijvende auteur wiens boeken werden verboden door de toenmalige regering. Wie had gedacht dat het 50 jaar later wéér nodig zou zijn om machtsmisbruik en corruptie in Zuid-Afrika aan de kaak te stellen. Of Naudé de nieuwe Brink is moet we nog even afwachten, maar Het Vogelalfabet heeft er alle kenmerken van.
Reageer op deze recensie