Geslaagde reflectie op de veertiger
Er zijn te weinig boeken voor mannen. Feit. Schrijven voor mannen is moeilijk. Feit. Bastiaan Ragas heeft al 40.000 boeken verkocht. Feit. Is het succes van zijn nieuwste, Huisje, boompje, buikje daarmee ook een feit? Er zit in elk geval meer in dan je zou denken.
Jonge veertiger Ragas, tegen wil en dank ‘echtgenoot van’ (presentatrice Tooske Breugem), schreef al eerder boeken over zijn chaotische en twijfelende bestaan. In deze derde bundel komen alle worstelingen met relatiesleur, lichamelijk verval en levensangst van de veertiger voorbij. Ragas schuwt de intieme details niet en schrijft daar vlot over. Maar er zit meer achter deze reflectie dan een ambitie om de mannelijke Daphne Deckers te worden: een druk gezin met jonge kinderen, het succes van zijn echtgenote en de dood van zijn broer hakken er flink in. Sterker nog, het boek opent met een misschien wel helemaal niet gefingeerd bezoek aan een arts die hem voorstelt een boek te schrijven over zijn zoektocht naar vervulling.
In een relatie is het geven en nemen, dat wordt wel duidelijk in de tientallen ‘veertigersmomenten’ die de auteur vervolgens beschrijft. Zo komt er géén hond, want daar heeft mevrouw Ragas niets mee, wat Bastiaan columns lang ook probeert. Dan maar ’s een mooie grote boom besteld voor in de achtertuin. Loopt natuurlijk ook niet goed af. Een beetje schrijnend wordt het als Ragas erachter komt dat Tooske en hij nu ook zo’n stel geworden zijn dat niet kán scheiden door de hypotheek - zijn schoonvader staat raar te kijken als Bastiaan deze materialistische kijk op het huwelijksleven met hem deelt. Ragas staat zelf weer met de mond vol tanden als zijn zoontje opmerkt dat het zeker niet meevalt dat papa drie weken niet kan vrijen met mama tijdens de kampeervakantie.
De ironische stijl doet denken aan de treitertrends van Kees van Kooten destijds. Ook bij Kees vielen doe-het-zelfwerken uit elkaar, mislukten pogingen om in een sport te excelleren en stond een echtgenote met een sterke persoonlijkheid op de achtergrond te lachen. Maar wat ís het resultaat dan van die zoektocht naar de zingeving van de veertiger? Ragas heeft besloten het streven naar een groots en meeslepend leven achter zich te laten. Misschien is dat wel heel actueel: overal verschijnen op dit moment Mancaves en ophokplaatsen in winkelcentra waar kerels gewoon kerels kunnen zijn. De man moet zijn plek volgens Ragas terugveroveren als gelukkig mens met alle tekortkomingen die bij hem horen: "Ik breek graag een lans voor mannen die, net als ik, een ouwe zak willen zijn. Die af en toe de kroeg in duikt, iets te dik is en sigaren rookt''.
Drie sterren voor de eerlijkheid en de leesbare stijl en een extra ster voor het zo vaardig vullen van de leegte die Kees van Kooten achterliet.
Reageer op deze recensie