Allemaal beestjes in Amsterdam
Als je aan Amsterdam denkt, denk je waarschijnlijk niet meteen aan een rondfladderende ijsvogel, zonnebadende roodwangschildpadden en drollendraaiende vossen. Geen nood, want zelfs doorgewinterde Amsterdammers zullen daar niet meteen aan denken. Maar dat is met de komst van Het Amsterdamse beestenboek afgelopen. Vanaf nu kun je bewapend met het boek op safari in de stad.
Amsterdam heeft heel veel beesten, staat in het voorwoord geschreven. Nieuwsgierig geworden over welke beesten dat dan zijn, sla je in eerste instantie een willekeurige bladzijde open en begint te lezen: Bij zeehonden denk je aan de Waddenzee, de Zeeuwse delta of het Noordzeestrand en niet aan de Amstel, de Diem of het IJ. En toch zien we steeds meer zeehonden in Amsterdam.
Als je dat leest, schieten je wenkbrauwen meteen omhoog, want hé… zeehonden in Amsterdam? En dan bedoelen we niet in Artis. Trouwens, daar wonen helemaal geen zeehonden, maar zeeleeuwen.
Het Amsterdamse beestenboek is samengesteld en geschreven door vier stadsecologen van Amsterdam: Anneke Blokker, Auke Brouwer, Remco Daalder en Geert Timmermans. Iedere ecoloog heeft zo z’n eigen specialisatie: Blokker is de vleermuisspecialist, Timmermans weet heel veel over vissen, Brouwer is gek op ganzen en Daalder is als geboren en getogen Amsterdammer een echte liefhebber van de gierzwaluw. De deskundigheid van de auteurs geeft dit Amsterdamse beestenboek een enorme meerwaarde. In de teksten lees je dat ze zelf alle plaatsen bezocht, bekeken, geëvalueerd, gewikt en gewogen hebben. Zoals bij de hotspot van de meerkoet: Mooiste rommelnesten op de grachten (onder andere Keizersgracht, Oudezijds Achterburgwal). Je weet dan dat ze daar zelf zijn gaan kijken.
De geïllustreerde dierengids is zeer overzichtelijk en ingedeeld in de verschillende diersoorten; zoogdieren, vogels, reptielen & amfibieën, vissen en insecten/ongewervelden. Er worden ruim zestig diersoorten beschreven die in en rond de stad leven. Binnen de hoofdstukken krijgt ieder “Amsterdams” dier ruim podium, met tekst, boordevol informatie, een foto van het betreffende dier en een stadsplattegrond van Amsterdam waarop staat vermeld waar de dieren te vinden zijn. Het dier wordt kort en krachtig beschreven, wat hij eet, hoeveel er in de stad leven (omenabij), de bijzonderheden en waar de hotspots zijn. Vooral die hotspots in combinatie met de stadsplattegrond voegt veel toe, want ja, ze kunnen wel zeggen dat Amsterdam een ongekend dierenuniversum is en dat er overal dieren zitten. Maar waarom zie je ze dan niet? Het simpelste antwoord is dat je niet weet waar je zoeken moet en waarop je moet letten. Kijk, en dat is met deze gids verleden tijd. Op stap met de gids in je hand, moet het toch lukken om wellicht oog in oog met een boom- of steenmarter te komen staan.
Tot slot, nog een opmerking over de cover: die is fenomenaal en erg humoristisch. Waarom? Omdat de kaft dezelfde drie kleuren als de Amsterdamse vlag heeft. En met een beetje fantasie kunnen de drie dieren in het midden doorgaan voor de drie kruizen, die de vlag van Amsterdam sieren.
Lees een interview met Remco Daalder
Reageer op deze recensie