Lezersrecensie
Feit en fictie lopen hier hand in hand
De schrijfster Jeanine De Vries is niet aan haar proefstuk toe in het genre historische roman/feelgood. Door de research van haar vorig roman Het rupsenhuis stootte de schrijfster op de Amsterdamse vroedmeester Frederik Ruysch. Een man waar haar interesse onmiddellijk door werd getriggerd. Echte personages doorheen het plot laten lopen typeert deze historische roman. Het geheel balanceert tussen feit en fictie, ook het bijfiguur Lysbeth Jans was een personage dat écht heeft bestaan.
*Amsterdam 1695: Eefje kan zich bijna vroedvrouw noemen, al is er één stap die ze nog moet zetten. Deze stap is trouwen, zonder bewijs van huwelijk kan Eefje geen examens afleggen. Volhardend blijft ze de lessen van de befaamde vroedmeester Frederik Ruysch volgen. Een leraar waar ze enorm naar opkijkt. Wanneer haar moeder in schuld komt te zitten, wordt Eefje verplicht om in het hoerenhuis te werken. Daar leert ze Bebe kennen, vanaf het eerste moment voelt Eefje een diepe vriendschap voor deze voormalige slaaf.
Het boek weet de lezer mee te slepen en dit door de vlot leesbare en ervaren pen van de auteur. De auteur blijft trouw aan de woordkeuze, waardoor je de tijdsgeest en de stad Amsterdam voelt doorheen het plot. Toch heerst er een schaduw overheen het verhaal, De vroedvrouw van Groenburgwal is een overvol vat van thema’s. Er worden heel wat punten aangehaald, jammer genoeg door het ‘te veel’ worden deze niet altijd mooi uitgewerkt. Hier blijft de lezer met momenten op zijn honger zitten en verdwijnt het karakter van Eefje soms achter onrealistische en snelle emoties. Emoties die niet altijd kloppen met Eefjes levenservaringen en beslissingen. Deze schaduw blijft doorheen het verhaal over het plot hangen en daar moet de lezer proberen doorheen kijken. Heel verrassend is het mooie deel historische verantwoording achteraan het boek, schrijfster Jeanine De Vries een blik achter het verhaal. De schrijfster loopt voor de tweede maal de weg ‘historische roman’ op en dit straatje ligt haar zeker wel. Buiten te veel aan thema’s weet ze feit en fictie hand in hand te laten gaan, waardoor de lezer een blik werpt om de wereld van de vroedvrouw in 1695.
*Amsterdam 1695: Eefje kan zich bijna vroedvrouw noemen, al is er één stap die ze nog moet zetten. Deze stap is trouwen, zonder bewijs van huwelijk kan Eefje geen examens afleggen. Volhardend blijft ze de lessen van de befaamde vroedmeester Frederik Ruysch volgen. Een leraar waar ze enorm naar opkijkt. Wanneer haar moeder in schuld komt te zitten, wordt Eefje verplicht om in het hoerenhuis te werken. Daar leert ze Bebe kennen, vanaf het eerste moment voelt Eefje een diepe vriendschap voor deze voormalige slaaf.
Het boek weet de lezer mee te slepen en dit door de vlot leesbare en ervaren pen van de auteur. De auteur blijft trouw aan de woordkeuze, waardoor je de tijdsgeest en de stad Amsterdam voelt doorheen het plot. Toch heerst er een schaduw overheen het verhaal, De vroedvrouw van Groenburgwal is een overvol vat van thema’s. Er worden heel wat punten aangehaald, jammer genoeg door het ‘te veel’ worden deze niet altijd mooi uitgewerkt. Hier blijft de lezer met momenten op zijn honger zitten en verdwijnt het karakter van Eefje soms achter onrealistische en snelle emoties. Emoties die niet altijd kloppen met Eefjes levenservaringen en beslissingen. Deze schaduw blijft doorheen het verhaal over het plot hangen en daar moet de lezer proberen doorheen kijken. Heel verrassend is het mooie deel historische verantwoording achteraan het boek, schrijfster Jeanine De Vries een blik achter het verhaal. De schrijfster loopt voor de tweede maal de weg ‘historische roman’ op en dit straatje ligt haar zeker wel. Buiten te veel aan thema’s weet ze feit en fictie hand in hand te laten gaan, waardoor de lezer een blik werpt om de wereld van de vroedvrouw in 1695.
1
Reageer op deze recensie