Lezersrecensie
Interessant inkijkje in het leven van een vroedvrouw in de 17e eeuw
In ‘de vroedvrouw van de Groenburgwal’ schrijft Jeanine de Vries over de Amsterdamse Eefje. Het is 1695, Eefje wil vroedvrouw worden. Ze staat op het punt haar examen halen bij de beroemde geleerde Frederik Ruysch, ware het niet dat er bepaalde voorwaarden zijn waar ze niet aan voldoet. En zou ze er wel aan voldoen, kan ze nog steeds geen examen doen, want haar moeder levert haar af bij een hoerhuis. Ze moet geld verdienen om de rekeningen te kunnen betalen. Daar leert ze de zwarte Bebé kennen. Zij weet erg veel over bevallingen en na enig aandringen deelt ze haar kennis met Eefje. Hierdoor komt ze bijvoorbeeld te weten hoe je met kruiden een zwangerschap kunt afbreken. Ook al zijn de schulden voldaan en voldoet Eefje aan de eisen om haar examen af te leggen, ze blijft de vaste ‘haalhoer’ van Johannes. Hij is vriendelijk en goed voor haar. Mede door hem kan ze de rekeningen blijven betalen en zich ontwikkelen tot een goede vroedvrouw. Door haar werk in het hoerhuis schuift Eefje naar de rand van de samenleving. In de 17e eeuw is prostitutie een synoniem van oneerlijk. Eefje doet er alles aan om haar werk in het hoerhuis verborgen te houden. De auteur schetst een rauw beeld over het harde leven van vrouwen en hoe zij moedig standhouden. Eefje komt, soms met angst en beven, voor zichzelf op. De Vries heeft met deze roman een verhaal neergezet over de moed van Eefje en de omstandigheden waarin zij moest leven. Ze laat zien dat de positie van vrouwen in de tijd geen lolletje was. Het was interessant om te lezen hoeveel moeite Eefje moet doen om haar droom te verwezenlijken. Graag had ik ook nog iets gelezen over hoe het haar verder vergaan is. Maar ondanks dit gemis, was het een zeer boeiend verhaal.
Jeanine de Vries schrijf over sterke vrouwen uit de vorige eeuwen. Zij doet hier gedegen onderzoek naar. Haar historische romans bevatten altijd personages die werkelijk bestaan hebben. Zoals de beroemde geleerde Frederik Ruysch. Zijn ontdekkingen hebben de gezondheidszorg verbeterd. Hij keek verder dan zijn neus lang was en was niet bang zijn nek uit te steken. In de 17e eeuw was zijn huis beroemd in Amsterdam. Er stonden kasten vol glazen potten met in alcohol drijvende wezens. De planken van zijn kabinetten droegen de meest bijzondere verzamelingen uit de Oost en de West. Ook komt in dit boek de tropische plant Pauwenbloem voor. Deze plant heeft kleurige bloemen in de kleuren geel, oranje, roze en rood. Na de bloei ontstaan er peulen en je schijnt het te kunnen horen als ze open knappen. Er is iets bijzonders aan de hand met de zaden die in deze peulen zitten. Maria Sibylla Merian (die we ook tegenkwamen in het boek ‘Het rupsenhuis’) ging eind 17e eeuw naar Suriname, waar ze in aanraking met de Caesalpinia Pulcherrima, ofwel de Pauwenbloem.
Jeanine de Vries schrijf over sterke vrouwen uit de vorige eeuwen. Zij doet hier gedegen onderzoek naar. Haar historische romans bevatten altijd personages die werkelijk bestaan hebben. Zoals de beroemde geleerde Frederik Ruysch. Zijn ontdekkingen hebben de gezondheidszorg verbeterd. Hij keek verder dan zijn neus lang was en was niet bang zijn nek uit te steken. In de 17e eeuw was zijn huis beroemd in Amsterdam. Er stonden kasten vol glazen potten met in alcohol drijvende wezens. De planken van zijn kabinetten droegen de meest bijzondere verzamelingen uit de Oost en de West. Ook komt in dit boek de tropische plant Pauwenbloem voor. Deze plant heeft kleurige bloemen in de kleuren geel, oranje, roze en rood. Na de bloei ontstaan er peulen en je schijnt het te kunnen horen als ze open knappen. Er is iets bijzonders aan de hand met de zaden die in deze peulen zitten. Maria Sibylla Merian (die we ook tegenkwamen in het boek ‘Het rupsenhuis’) ging eind 17e eeuw naar Suriname, waar ze in aanraking met de Caesalpinia Pulcherrima, ofwel de Pauwenbloem.
1
Reageer op deze recensie