Lezersrecensie
Waar ben je?
‘Gelukkige dagen’ van Renée van Marissing begint met een scène waarin biologe Sil met haar collega Chris een verwilderingsproject controleert en uit hun gesprek blijkt dat Sil er een tijdje tussenuit is geweest. Men dacht aan een burn-out, omdat ze toen erg moe was en veel sliep.
De terugkeer naar haar werk blijkt echter geen succes; ze vergeet tijdens presentaties waar ze over praat en heeft haar emoties niet meer onder controle.
Haar partner Lina is ook het een en ander opgevallen en zij zorgt ervoor dat Sil verder onderzocht wordt. De diagnose is dementie en dat komt hard aan, want Sil is nog maar zesenveertig.
“Aan de ene kant was er de opluchting dat er eindelijk een kloppende diagnose was, aan de andere kant de paniek om wat die diagnose inhield. Alzheimer, progressief en uiteindelijk fataal. Ze zou hieraan doodgaan, er was alleen niet te voorspellen wanneer.”
Op haar werk wordt gekeken naar wat ze nog kan, maar al snel blijkt dat ze daar niet meer kan functioneren. Ze heeft al bijna twee jaar dementie en er is al zoveel schade in de hersenen dat zelfs haar eigen aantekeningen haar nu onbekend voorkomen.
Sil en Lina worden goed begeleid door Emilio, een verpleegkundig consulent, die hun met raad en daad terzijde staat.
‘Het heeft geen zin hiertegen te vechten, je moet proberen het te accepteren en uitvinden hoe jullie je leven willen inrichten.’
Het ziekteverloop wordt duidelijk gemaakt door tijdsprongen in het boek, waardoor je de aftakeling van Sil goed meekrijgt. Vrienden Barbara en Pier blijven regelmatig over de vloer komen, maar schrikken iedere keer weer hoe hard de achteruitgang gaat. Doordat zij met Lina praten krijgt de lezer een goed beeld van hoe zwaar het voor haar als partner is om dat mee te maken. Niet alleen verdwijnt de persoon van wie ze houdt, maar naast het vergeten zijn er nog tal van andere symptomen die ervoor zorgen dat ze als mantelzorger niet aan haarzelf toekomt. En er zal uiteindelijk een dag komen dat het niet meer gaat, en wat dan?
In het begin gaat Sil nog regelmatig zelfstandig op pad, al is Lina daar allesbehalve blij mee.
‘Denk je dat ik het niet spannend vond om in mijn eentje op pad te gaan? Dat ik niet bang ben dat ik de weg kwijtraak? Ik snap dat jij het gevoel krijgt dat ik iets doe wat ik misschien beter niet kan doen, maar weet je waar ik allemaal tegen aanloop? Ik vind het elke keer doodeng om in mijn eentje het huis uit te lopen, maar ik was zo bang dat als ik het niet deed, alles echt nu al stopt. Jij staat midden in het leven en ik hang erbij, aan een touwtje of zo, en ik ben bang dat het touwtje breekt als ik te veel afstand van het leven neem.’
De vraag ‘Waar ben je?’ wordt veel keer gesteld in het boek, al het gaat dan niet om de fysieke afwezigheid van Sil maar haar geestelijke afwezigheid; Lina, Barbara en Pier zijn haar regelmatig kwijt en weten dan niet waar ze met haar gedachten zit en of ze die sowieso nog wel heeft. Het mooie aan dit boek is dat de auteur niet alles invult voor de lezer, maar alle ruimte geeft zodat die zelf kan nadenken over hoe het zou zijn als diens partner, vriend of vriendin jong-dementie zou krijgen.
In dit boek komen de vrienden van Sil en Lina nadrukkelijk aan bod, wat een mooie invalshoek geeft en waardoor het inzicht ontstaat dat het voor hen eveneens een grote impact heeft, ook zij verliezen een dierbaar persoon. In heel veel boeken en films komt de hoofdpersoon alle ellende te boven en komt die er sterker uit dan ooit tevoren, maar dementie is een ziekte die je niet kunt overwinnen, die kent alleen verliezers.
De terugkeer naar haar werk blijkt echter geen succes; ze vergeet tijdens presentaties waar ze over praat en heeft haar emoties niet meer onder controle.
Haar partner Lina is ook het een en ander opgevallen en zij zorgt ervoor dat Sil verder onderzocht wordt. De diagnose is dementie en dat komt hard aan, want Sil is nog maar zesenveertig.
“Aan de ene kant was er de opluchting dat er eindelijk een kloppende diagnose was, aan de andere kant de paniek om wat die diagnose inhield. Alzheimer, progressief en uiteindelijk fataal. Ze zou hieraan doodgaan, er was alleen niet te voorspellen wanneer.”
Op haar werk wordt gekeken naar wat ze nog kan, maar al snel blijkt dat ze daar niet meer kan functioneren. Ze heeft al bijna twee jaar dementie en er is al zoveel schade in de hersenen dat zelfs haar eigen aantekeningen haar nu onbekend voorkomen.
Sil en Lina worden goed begeleid door Emilio, een verpleegkundig consulent, die hun met raad en daad terzijde staat.
‘Het heeft geen zin hiertegen te vechten, je moet proberen het te accepteren en uitvinden hoe jullie je leven willen inrichten.’
Het ziekteverloop wordt duidelijk gemaakt door tijdsprongen in het boek, waardoor je de aftakeling van Sil goed meekrijgt. Vrienden Barbara en Pier blijven regelmatig over de vloer komen, maar schrikken iedere keer weer hoe hard de achteruitgang gaat. Doordat zij met Lina praten krijgt de lezer een goed beeld van hoe zwaar het voor haar als partner is om dat mee te maken. Niet alleen verdwijnt de persoon van wie ze houdt, maar naast het vergeten zijn er nog tal van andere symptomen die ervoor zorgen dat ze als mantelzorger niet aan haarzelf toekomt. En er zal uiteindelijk een dag komen dat het niet meer gaat, en wat dan?
In het begin gaat Sil nog regelmatig zelfstandig op pad, al is Lina daar allesbehalve blij mee.
‘Denk je dat ik het niet spannend vond om in mijn eentje op pad te gaan? Dat ik niet bang ben dat ik de weg kwijtraak? Ik snap dat jij het gevoel krijgt dat ik iets doe wat ik misschien beter niet kan doen, maar weet je waar ik allemaal tegen aanloop? Ik vind het elke keer doodeng om in mijn eentje het huis uit te lopen, maar ik was zo bang dat als ik het niet deed, alles echt nu al stopt. Jij staat midden in het leven en ik hang erbij, aan een touwtje of zo, en ik ben bang dat het touwtje breekt als ik te veel afstand van het leven neem.’
De vraag ‘Waar ben je?’ wordt veel keer gesteld in het boek, al het gaat dan niet om de fysieke afwezigheid van Sil maar haar geestelijke afwezigheid; Lina, Barbara en Pier zijn haar regelmatig kwijt en weten dan niet waar ze met haar gedachten zit en of ze die sowieso nog wel heeft. Het mooie aan dit boek is dat de auteur niet alles invult voor de lezer, maar alle ruimte geeft zodat die zelf kan nadenken over hoe het zou zijn als diens partner, vriend of vriendin jong-dementie zou krijgen.
In dit boek komen de vrienden van Sil en Lina nadrukkelijk aan bod, wat een mooie invalshoek geeft en waardoor het inzicht ontstaat dat het voor hen eveneens een grote impact heeft, ook zij verliezen een dierbaar persoon. In heel veel boeken en films komt de hoofdpersoon alle ellende te boven en komt die er sterker uit dan ooit tevoren, maar dementie is een ziekte die je niet kunt overwinnen, die kent alleen verliezers.
3
Reageer op deze recensie