De duivel leeft!
De strijd tussen goed en kwaad is voor veel auteurs een belangrijk thema in hun boeken. Die strijd kan er enkel en alleen zijn wanneer het ultieme goede en het ultieme kwade bestaan, voortleven in de wereld en in ons: God en de duivel. Emeritus hoogleraar Religie Philip C. Almond (universiteit van Queensland, Australie) heeft de 'strijdbijl' opgepakt en zich gewaagd aan het schrijven van een biografie over het kwaad zelf: de duivel. Tweeduizend jaar lang kon het verhaal van de mens niet worden verteld los van zijn bestaan. De strijd tussen goed en kwaad was de weerspiegeling van een kosmische strijd tussen God en Satan. De weerslag van die strijd vinden we in het knap geschreven en boeiende verhaal van Almond.
In de proloog zet de schrijver in met een fragment uit The Exorcist (1973). Hiermee toont hij aan hoe de duivel zijn herintrede deed in de westerse 20e eeuw. Hernieuwde aandacht voor de duivel in literatuur, muziek, film en televisie. Deze aandacht is er tot op de dag van vandaag. In veel films, muziek en boeken zien we expliciet dan wel impliciet de boze, het kwade de strijd aanbinden met de mens of met God zelf. In de laatste jaren zien we die aandacht voor het kwaad heel duidelijk bij de verfilmingen van Harry Potter en The Lord of the rings. Gelukkig zegeviert het goede nog altijd over het kwaad...
Hierna neemt de auteur de lezer mee op een boeiende reis door de tijd. In het eerste hoofdstuk laat Almond zien waar de duivel vandaan komt, zijn geboorte. In het volgende hoofdstuk analyseert hij de constructie van het christelijke verhaal over de duivel in de eerste vijf eeuwen van het christendom en de oorsprong van de demonische paradox. Vanaf hoofdstuk 4 belandt de lezer in de elfde eeuw; de opkomst van de magie in het westen. Hoofdstuk 6 laat zien hoe de hekserij ontstond en hoe hevig de heksenjacht was. Het boek eindigt met hoofdstuk 9: de 'dood' van de duivel. De schrijver toont aan hoe het westerse, elitaire denken ervoor zorgde dat velen de duivel voor dood verklaarden. Halverwege de achttiende eeuw waren de intellectuele omstandigheden dusdanig gewijzigd dat er zowel bij religieuzen als niet-religieuzen ruimte kwam om het niet-bestaan van de duivel te overwegen.
De auteur maakt in zijn boek gebruik van vele joodse en niet-joodse bronnen en baseert zich op tal van bijbelse en buiten-bijbelse teksten. De grote deskundigheid van Almond zorgt voor een degelijk standaardwerk. De lezer is vooraf gewaarschuwd: Houd je hoofd er goed bij. Gemakkelijk is dit werk niet! Er wordt een groot beroep gedaan op de woordenschat van de lezer, Almond strooit graag (zoals een hoogleraar betaamt) met moeilijke woorden en fraaie volzinnen. Het boek kent prachtige foto's van kunstwerken waar de duivel op staat afgebeeld in diverse verschijningsvormen. Deze kunstwerken vormen de rode draad in het boek. Almond besluit zijn boek als volgt: "Ik hoop dat deze nieuwe biografie van de duivel hem enigszins terug mag brengen op de centrale plaats die hij in de westerse intellectuele geschiedenis heeft gehad gedurende het grootste deel van de afgelopen tweeduizend jaar en dat zij mag bijdragen aan de erkenning van de centrale rol die hij speelde en nog altijd speelt in de geschiedenis van ons allen."
Reageer op deze recensie