Lezersrecensie
Wat resteert is de verbijstering. Amitav Ghosh – Rook en As. De verborgen geschiedenissen van opium
Amitav Ghosh – Rook en As. De verborgen geschiedenissen van opium
Eind november ontving de Indiase schrijver en antropoloog Amitav Ghosh de Erasmusprijs 2024. In zijn jongste boek ‘Rook en As’ klaagt hij de Britse koloniale opiumhandel aan.
Opium. Wat weten we ervan? Een verdovend middel, en verslavend. Een pijnstiller die ook wordt ingezet bij palliatieve (eind)zorg.
Maar dat is niets nieuws. Al ver vóór de Griekse en Romeinse tijd werd het melksap van papavers gebruikt als slaapmiddel en als bestanddeel van allerlei geneeskrachtige mengsels. De uit opium geïsoleerde morfine wordt nog steeds gebruikt als pijnstiller. Maar opium en opiumachtige stoffen (de opiaten) zijn nu vooral bekend als gevaarlijke verslavende middelen.
Opiumholen, opiumkits en opium roken kwamen tot ons via literatuur. Denk hierbij aan Arthur Conan Doyle die ons Sherlock Holmes bracht, misschien wel de eerste verslaafde (westerse) detective. Maar ook Charles Dickens en Oscar Wilde schreven over opiumkelders en hun vaak geheimzinnige en oosterse uitbaters en gebruikers. Hiermee wil ik niet zeggen dat het een uitsluitend Engels probleem was. In Frankrijk was het gebruik meer verbreid en openlijker En ook de Verenigde Staten kenden opiumholen, vooral te vinden in de diverse Chinatowns.
Dat er met de productie, smokkel en verkoop van drugs veel geld verdiend wordt tegenwoordig is bekend. En dat dat geld en de bijkomende macht vooral bij drugskartels ligt ook. Maar hoe zat dat vroeger?
Toen de Indiase auteur Amitav Ghosh onderzoek deed voor zijn romantrilogie over opium werd hem al snel duidelijk hoe die kleine plant, de papaverplant, de loop van de wereldgeschiedenis heeft beïnvloed.
En precies daar komt de verbijstering om de hoek kijken. Het blijkt dat de rijkdom van het Britse Rijk gebaseerd was op de teelt, smokkel en verkoop van opium. Hoe zat dat?
Het monopolie op de Britse handel in Oost-Azië, Zuidoost-Azië en India was in handen van de East India Company. Deze hield zich vooral bezig met de handel in specerijen, katoen, zijde, indigo, salpeter, thee en Chinees porselein. Vooral de theehandel werd een probleem. De theeplant groeide alleen in China en het Chinese Qing-rijk liet zich goed betalen voor de theeblaadjes: in zilver. Maar toen het theegebruik snel groeide en de beschikbare zilverhoeveelheid daalde kwam het Britse rijk in de problemen. Allerlei pogingen werden ondernomen om dit probleem aan te pakken: wilden de Chinezen geen ander betaalmiddel (neen), kunnen we de theeplanten niet elders laten groeien (smokkel van planten en zaden uit het Qing-rijk was verboden en buitenlanders waren er niet welkom).
Uiteindelijk viel het oog van de Britten op de papaverteelt in India. Zij maakten er een staatsonderneming van (met slavenarbeid voor de papaver verbouwende boeren), bewerkten de opium in fabrieken met laboratoria ter verbetering van het product en bewaking van de kwaliteit en exporteerden het naar China met als opzet de Chinese bevolking onderuit te halen. Daarbij moesten private partijen betrokken worden om de waar China in te smokkelen, daar de Britten niet welkom (meer) waren in de Chinese havens. Die tussenhandelaren verdienden daar goed aan! Met het geld dat de East India Company hiermee verdiende, konden ze alsnog de Chinese thee inkopen. Door de snel groeiende handel in opium werd het Britse Rijk schatrijk en steeds meer afhankelijk van die handel om het uitdijende Britse imperium te kunnen blijven financieren. Maar hoe vertel je het en verklaar je het aan je eigen achterland? Nou, eigenlijk niet. Je bent enkel de slimme handelaar die in een grote behoefte voorziet.
De leiding van het Qing-rijk zag met lede ogen aan hoe de Chinese bevolking leed onder de opiumverslaving en probeerde met alle middelen om de toevoer te stoppen. Maar daar was geen beginnen aan. Smokkel is illegale handel en uiteindelijk besloten de Chinezen in 1839 dat de hele opium-voorraad die de Britten op eilanden in pakhuizen bewaarde aan de Chinese regering moest worden gegeven, die het zou vernietigen. Dit leidde tot de Opiumoorlogen. Na het verlies van de eerste Opiumoorlog moesten de Chinezen de economie voor buitenlandse handelaars openen, een vergoeding betalen en het eiland Hongkong afstaan aan de Britten.
De tussenhandel was niet enkel in handen van Indiase en andere Aziatische lieden. Steeds meer tussenhandelaren waren afkomstig uit een voormalige Britse kolonie: de Verenigde Staten van Amerika. Die was snel op eigen poten komen staan en groeide snel uit tot een industrie- en handelsnatie met een eigen vloot. Amerikaanse scheepswerven wisten snelle en aan de Zuidoost-Aziatische handel aangepaste schepen te bouwen die niet alleen maar Amerikaanse handelswaar vervoerden. Vele jonge Amerikanen, vaak van gegoede komaf, traden in dienst van in opium handelende firma’s als Jardine, Matheson and Company en Dent and Company om in enkele jaren een kapitaal te verwerven. Geld dat bij terugkeer werd geïnvesteerd in spoorwegen, handels- en winkelbedrijven, universiteiten, musea bibliotheken en andere goede doelen. Geld dat aan de bron stond van de rijkdommen van families als Forbes, Astor, Roosevelt, Coolidge, Bryant enzovoorts. Families waarbinnen over deze oorsprong van het familiekapitaal nooit werd gesproken. Vandaar dat we het niet weten. ‘The winner takes it all’ en de overwinnaar schrijft de geschiedenis.
Verbijstering dus, dat de rijkdom van Engeland en de rijkdom van de Amerikaanse upperclass is gebaseerd op de smokkel van opium. Laat het tot je doordringen!
Amitav Ghosh trekt in zijn boek Rook en As ook nog een parallel naar het heden. De Amerikaanse familie Sackler ligt hevig onder vuur omdat zij met hun bedrijf Purdue Pharma de pijnstiller OxyContin op de markt brachten. Deze bevat oxycodon, een al lang bekend neefje van morfine dat bijna dubbel zo sterk en minstens even verslavend Is als morfine. Volgens de Amerikaanse volksgezondheidsdienst CDC eisten de pillen tussen 1999 en 2020 meer dan 564.000 mensenlevens. Nog eens miljoenen mensen leden en lijden aan de verslaving aan deze zware pijnstillers. De familie Sackler is ter verantwoording geroepen. Het bedrijf Purdue is failliet verklaard. Maar verantwoordelijkheid nemen? Nee, de familie Sackler legt de nadruk op de misbruikers. Zij zijn de boosdoeners en het probleem. Het zijn roekeloze criminelen.
Het was de Amerikaanse fotografe Nan Goldin die een ware veldtocht tegen de familie Sackler begon nadat ze bijna aan een overdosis OxyContin was bezweken. Doel van deze veldtocht waren musea wereldwijd die door de familie Sackler ondersteund werden en een Sacklervleugel of Sacklerzaal hadden. Want ook de familie Sackler profileert zich al decennia als grote mecenas van de kunstwereld. Inmiddels is deze naam uit de musea verdwenen.
Amitav Ghosh is een aanhanger van de Gaia-theorie. In zijn boek ‘Rook en As’ probeert hij de papaverplant een acterende rol te geven. De papaver komt op, verdwijnt en komt terug. Daarbij wordt de mens (door de papaver) als middel ingezet. Hierin kan ik niet meegaan. Verder is het een uiterst informatief boek dat een nieuwe kijk op een stuk geschiedenis geeft, die de lezer verbijsterd achterlaat. Een aanrader!
Eind november ontving de Indiase schrijver en antropoloog Amitav Ghosh de Erasmusprijs 2024. In zijn jongste boek ‘Rook en As’ klaagt hij de Britse koloniale opiumhandel aan.
Opium. Wat weten we ervan? Een verdovend middel, en verslavend. Een pijnstiller die ook wordt ingezet bij palliatieve (eind)zorg.
Maar dat is niets nieuws. Al ver vóór de Griekse en Romeinse tijd werd het melksap van papavers gebruikt als slaapmiddel en als bestanddeel van allerlei geneeskrachtige mengsels. De uit opium geïsoleerde morfine wordt nog steeds gebruikt als pijnstiller. Maar opium en opiumachtige stoffen (de opiaten) zijn nu vooral bekend als gevaarlijke verslavende middelen.
Opiumholen, opiumkits en opium roken kwamen tot ons via literatuur. Denk hierbij aan Arthur Conan Doyle die ons Sherlock Holmes bracht, misschien wel de eerste verslaafde (westerse) detective. Maar ook Charles Dickens en Oscar Wilde schreven over opiumkelders en hun vaak geheimzinnige en oosterse uitbaters en gebruikers. Hiermee wil ik niet zeggen dat het een uitsluitend Engels probleem was. In Frankrijk was het gebruik meer verbreid en openlijker En ook de Verenigde Staten kenden opiumholen, vooral te vinden in de diverse Chinatowns.
Dat er met de productie, smokkel en verkoop van drugs veel geld verdiend wordt tegenwoordig is bekend. En dat dat geld en de bijkomende macht vooral bij drugskartels ligt ook. Maar hoe zat dat vroeger?
Toen de Indiase auteur Amitav Ghosh onderzoek deed voor zijn romantrilogie over opium werd hem al snel duidelijk hoe die kleine plant, de papaverplant, de loop van de wereldgeschiedenis heeft beïnvloed.
En precies daar komt de verbijstering om de hoek kijken. Het blijkt dat de rijkdom van het Britse Rijk gebaseerd was op de teelt, smokkel en verkoop van opium. Hoe zat dat?
Het monopolie op de Britse handel in Oost-Azië, Zuidoost-Azië en India was in handen van de East India Company. Deze hield zich vooral bezig met de handel in specerijen, katoen, zijde, indigo, salpeter, thee en Chinees porselein. Vooral de theehandel werd een probleem. De theeplant groeide alleen in China en het Chinese Qing-rijk liet zich goed betalen voor de theeblaadjes: in zilver. Maar toen het theegebruik snel groeide en de beschikbare zilverhoeveelheid daalde kwam het Britse rijk in de problemen. Allerlei pogingen werden ondernomen om dit probleem aan te pakken: wilden de Chinezen geen ander betaalmiddel (neen), kunnen we de theeplanten niet elders laten groeien (smokkel van planten en zaden uit het Qing-rijk was verboden en buitenlanders waren er niet welkom).
Uiteindelijk viel het oog van de Britten op de papaverteelt in India. Zij maakten er een staatsonderneming van (met slavenarbeid voor de papaver verbouwende boeren), bewerkten de opium in fabrieken met laboratoria ter verbetering van het product en bewaking van de kwaliteit en exporteerden het naar China met als opzet de Chinese bevolking onderuit te halen. Daarbij moesten private partijen betrokken worden om de waar China in te smokkelen, daar de Britten niet welkom (meer) waren in de Chinese havens. Die tussenhandelaren verdienden daar goed aan! Met het geld dat de East India Company hiermee verdiende, konden ze alsnog de Chinese thee inkopen. Door de snel groeiende handel in opium werd het Britse Rijk schatrijk en steeds meer afhankelijk van die handel om het uitdijende Britse imperium te kunnen blijven financieren. Maar hoe vertel je het en verklaar je het aan je eigen achterland? Nou, eigenlijk niet. Je bent enkel de slimme handelaar die in een grote behoefte voorziet.
De leiding van het Qing-rijk zag met lede ogen aan hoe de Chinese bevolking leed onder de opiumverslaving en probeerde met alle middelen om de toevoer te stoppen. Maar daar was geen beginnen aan. Smokkel is illegale handel en uiteindelijk besloten de Chinezen in 1839 dat de hele opium-voorraad die de Britten op eilanden in pakhuizen bewaarde aan de Chinese regering moest worden gegeven, die het zou vernietigen. Dit leidde tot de Opiumoorlogen. Na het verlies van de eerste Opiumoorlog moesten de Chinezen de economie voor buitenlandse handelaars openen, een vergoeding betalen en het eiland Hongkong afstaan aan de Britten.
De tussenhandel was niet enkel in handen van Indiase en andere Aziatische lieden. Steeds meer tussenhandelaren waren afkomstig uit een voormalige Britse kolonie: de Verenigde Staten van Amerika. Die was snel op eigen poten komen staan en groeide snel uit tot een industrie- en handelsnatie met een eigen vloot. Amerikaanse scheepswerven wisten snelle en aan de Zuidoost-Aziatische handel aangepaste schepen te bouwen die niet alleen maar Amerikaanse handelswaar vervoerden. Vele jonge Amerikanen, vaak van gegoede komaf, traden in dienst van in opium handelende firma’s als Jardine, Matheson and Company en Dent and Company om in enkele jaren een kapitaal te verwerven. Geld dat bij terugkeer werd geïnvesteerd in spoorwegen, handels- en winkelbedrijven, universiteiten, musea bibliotheken en andere goede doelen. Geld dat aan de bron stond van de rijkdommen van families als Forbes, Astor, Roosevelt, Coolidge, Bryant enzovoorts. Families waarbinnen over deze oorsprong van het familiekapitaal nooit werd gesproken. Vandaar dat we het niet weten. ‘The winner takes it all’ en de overwinnaar schrijft de geschiedenis.
Verbijstering dus, dat de rijkdom van Engeland en de rijkdom van de Amerikaanse upperclass is gebaseerd op de smokkel van opium. Laat het tot je doordringen!
Amitav Ghosh trekt in zijn boek Rook en As ook nog een parallel naar het heden. De Amerikaanse familie Sackler ligt hevig onder vuur omdat zij met hun bedrijf Purdue Pharma de pijnstiller OxyContin op de markt brachten. Deze bevat oxycodon, een al lang bekend neefje van morfine dat bijna dubbel zo sterk en minstens even verslavend Is als morfine. Volgens de Amerikaanse volksgezondheidsdienst CDC eisten de pillen tussen 1999 en 2020 meer dan 564.000 mensenlevens. Nog eens miljoenen mensen leden en lijden aan de verslaving aan deze zware pijnstillers. De familie Sackler is ter verantwoording geroepen. Het bedrijf Purdue is failliet verklaard. Maar verantwoordelijkheid nemen? Nee, de familie Sackler legt de nadruk op de misbruikers. Zij zijn de boosdoeners en het probleem. Het zijn roekeloze criminelen.
Het was de Amerikaanse fotografe Nan Goldin die een ware veldtocht tegen de familie Sackler begon nadat ze bijna aan een overdosis OxyContin was bezweken. Doel van deze veldtocht waren musea wereldwijd die door de familie Sackler ondersteund werden en een Sacklervleugel of Sacklerzaal hadden. Want ook de familie Sackler profileert zich al decennia als grote mecenas van de kunstwereld. Inmiddels is deze naam uit de musea verdwenen.
Amitav Ghosh is een aanhanger van de Gaia-theorie. In zijn boek ‘Rook en As’ probeert hij de papaverplant een acterende rol te geven. De papaver komt op, verdwijnt en komt terug. Daarbij wordt de mens (door de papaver) als middel ingezet. Hierin kan ik niet meegaan. Verder is het een uiterst informatief boek dat een nieuwe kijk op een stuk geschiedenis geeft, die de lezer verbijsterd achterlaat. Een aanrader!
2
Reageer op deze recensie