Lezersrecensie
Homo Sapiens
Wat een interessant, meeslepend, confronterend en helder geschreven boek is “Sapiens, een kleine geschiedenis van de mensheid”. Geschreven door Yuval Noah Harari. Een Israëlische historicus. Het boek schetst 70.000 jaar Sapiens geschiedenis: van de cognitieve revolutie (deel 1), de agrarische revolutie (deel 2), de eenwording van de mensheid (deel 3) en de wetenschappelijke inclusief industriële revolutie (deel 4). Zowel Obama (in dit CNN filmpje van 3 september 2016) als Bill Gates (blog 17 mei 2016) prijzen het boek aan.
Harari beschrijft in deel 1 hoe de Homo sapiens het vermogen ontwikkelde om grotere hoeveelheden informatie over te brengen over de leefomgeving (complexe handelingen als het jagen op bizons) en over sociale verbanden (roddelen). Daarnaast ging men informatie overbrengen over dingen die in het echt niet bestaan (imaginair) zoals stamgeesten, naties, naamloze vennootschappen en mensenrechten. Met als gevolg dat de Homo sapiens als ecologische seriemoordenaar 45.000 jaar geleden Australië koloniseert en 16.000 jaar geleden Amerika. Noord Amerika verloor in korte tijd 34 van de 47 soorten grote zoogdieren, Zuid Amerika verloor er 50 van de 60. In Australië zijn van de 24 diersoorten van 50 kg of zwaarder er 23 gestorven. De cognitieve revolutie maakte Homo sapiens van een onbeduidende aap tot koning van de wereld.
In deel 2 wordt beschreven hoe de agrarische revolutie (vanaf 10.000 jaar geleden) voor de overgrote meerderheid van de gedomesticeerde dieren een vreselijke ramp was: sapiens besteedde al hun tijd en energie aan het manipuleren van de levensloop van een paar dier- en plantensoorten tot o.a. het kippenras. In deze periode ontstonden ook de eerste steden en wereldrijken. Men bracht orde aan door de bevolking onder te brengen in imaginaire categorieën. Deze hiërarchie zorgde voor onderdrukking en uitbuiting.
Deel 3 maakt duidelijk hoe vanuit de pretentie om over de hele wereld te willen heersen, in het belang van alle aardbewoners, volkeren werden verwoest. Waar in 10.000 v.C. vele honderden menswerelden naast elkaar bestonden, leefde in 1.450 n. C. 90% van alle mensen in de megawereld Afrika-Eurazië. De geschiedenis stevent af op eenheid. Een mondiaal imperium, geregeerd door een multi-etnische elite, bijeengehouden door een gemeenschappelijke cultuur en gemeenschappelijke belangen.
In deel 4 (wetenschappelijke revolutie) beschrijft Harari de ongeëvenaarde onverzadigbare ambitie van Europeanen om vreemde landen te verkennen en veroveren. De eerste Europeaan zette in 1606 voet op het Australische continent, in 1492 in Amerika en in 1519 op Mexico. De expeditie van Cock (1768) was het begin van de Britse bezetting. Met een humanitaire ramp tot gevolg: tussen de 16e en 19e eeuw werden 10 miljoen Afrikaanse slaven naar Amerika geïmporteerd. De industriële revolutie begon rond 1750 in Engeland en bracht ons nieuwe manieren om energie om te zetten en goederen te produceren. Tijdens de sociale revolutie ontstond de afbraak van gezinnen en lokale gemeenschappen, die werden vervangen door de staat en de markt. Dus waar miljoenen jaren van evolutie ons hebben gevormd om te leven en te denken als leden van een groter geheel zijn we in slechts twee eeuwen tijd veranderd in ontwortelde individuen. En met de opkomst van de vee-industrie en het consumentisme is de angst voor ecologisch verval realistischer dan de angst dat (1) hulpbronnen opraken dan wel (2) dat oorlogen uitbreken. Immers, de zeven decennia na de 2e Wereld Oorlog vormen veruit het vreedzaamste tijdperk uit de geschiedenis van de mensheid.
Samenvattend (Harari’s woorden): “Geschiedenis leert ons dat dingen die hoogstens nog een kwestie van tijd leken nooit plaatsvinden wegens onvoorziene gebeurtenissen en dat andere scenario’s waar niemand zelfs maar bij had stil gestaan juist wel werkelijkheid worden. Keer op keer is gebleken dat grote uitbreidingen van de menselijke almacht het welzijn van de individuele sapiens niet per se ten goede kwamen en meestal gigantisch veel ellende betekenden voor andere dieren. De laatste paar decennia is pas serieuze vooruitgang geboekt op het terrein van menselijke omstandigheden. Zelfs in keiharde dictaturen heeft de gemiddelde moderne mens veel minder kans om slachtoffer te worden van moord dan in de premoderne samenleving. We zijn machtiger dan ooit maar hebben nauwelijks idee wat we met al die macht aan moeten. Erger, de mensheid lijkt onverantwoordelijker dan ooit gezien het voornaamste project van de wetenschappelijke revolutie, te weten het eeuwige leven voor de mensheid.”
Best een pittige boodschap. Het boek hielp mij om het leven in het hier en nu in een groter perspectief te zien. Harari noemt het belang van het veranderen van het bewustzijn van miljarden mensen tegelijk om de imaginaire ordes te veranderen (H6). Hij schrijft over geluk en de correlatie tussen objectieve omstandigheden en subjectieve verwachtingen (H19).
Om de vertaalslag te maken naar de huidige praktijk pakte ik de spiritueel getinte boeken van Jan Geurtz en Eckhart Tolle erbij. Eckhart Tolle (in ‘De kracht van het nu’): “het ik-zuchtige verstand is niet een zinkend schip geworden. Het collectieve ik-zuchtige verstand is het gevaarlijkste, krankzinnigste en vernietigendste wezen dat ooit deze planeet bewoond heeft. Zolang er geen ingrijpende verandering komt in het bewustzijn van de mens, blijft het lijden van de wereld een bodemloze put.” Jan Geurtz (in ‘Verslaafd aan liefde’) schrijft over het loslaten van het behoeftigheidsbewustzijn en het streven naar het overvloedigheidsbewustzijn. “Westerse, psychologische methoden zijn gericht op het ontwikkelen of herstellen van een gezond ego, zodat je systeem van bedekking van zelfafwijzing met liefde en erkenning van anderen optimaal functioneert. Spirituele methoden zijn gericht op het doorzien van dit afdeksysteem, het loslaten ervan en het herkennen van de volmaakte staat van zijn, die erdoor aan het oog wordt onttrokken.”
Zowel Geurtz als Tolle geven concrete handvatten ten aanzien van het ontwikkelen van een open en vriendelijk gewaarzijn van jezelf. Met meditatie als middel om dit te oefenen. Op 22 februari 2017 stelde Remco Pijpers drie vragen aan Harari over zijn nieuwste boek ‘Homo Deus’. In dit interview vertelt Harari dat ook hij dagelijks 2 uur mediteert. Om zijn lichamelijke waarnemingen en de reacties van het brein hierop -de werkelijkheid zoals deze is- methodisch en objectief te bestuderen.
Meestal ga ik pas op zoek naar recensies als ik ongemak voel bij het lezen. Zoals bij het boek van Abram de Swaan “Compartimenten van vernietiging”. Ook al boeide dit boek me enorm, al in het begin van het boek stond de Swaan’s kritiek op Hannah Arendt mij tegen (ik had net ‘Eichmann in Jeruzalem, de banaliteit van het kwaad’ van Arendt gelezen en er een blog over geschreven). Ik ging op internet op zoek naar verklaringen om mijn ongenoegen over de Swaan’s passages te duiden en die vond ik.
Maar bij het boek Sapiens ging ik uit enthousiasme googelen. Ik verwachtte grootse recensies. Ik vond de met slechts 1ster beoordeelde boekrecensie van Hulspas in de Volkskrant (12 april 2014) als eerste. Net als Bert Boekschoten (boekbespreking op 28 juni 2014) had Hulspas kritiek als het gaat om de jager/verzamelaars die Harari omschrijft als de best geïnformeerde en bekwaamste mensen uit de geschiedenis. Het boek biedt volgens Hulspas een overdaad aan borrelpraat. In zijn ogen koos Harari voor een modieuze aanpak. Als ik Hulspas moet geloven vertelt Harari bij lange na niet het grote verhaal wat de zeldzame acteurs Jared Diamond, Simon Schama, Bill Bryson en Charles Mann wel deden. Hij omschrijft het lezen van het boek Sapiens als een teleurstellende ervaring.
Even benam deze recensie me het enthousiasme. Maar ik las door. Gefascineerd. Nu ik het meer dan 400 pagina tellende boek inmiddels uitgelezen heb biedt Hulspas’ recensie me perspectief: er is meer interessant leesvoer over de geschiedenis van de mensheid.Maar nog veel interessanter, er is een lezenswaardig vervolg als ik Bas Heijne mag geloven; hij schreef het voorwoord van het zojuist vertaalde boek Homo Deus. Wat jubelend werd ontvangen door -nee niet de Volkskrant met een magere drie sterren- maar het NRC, met maar liefst vijf sterren ;-).
NIEUWSGIERIG GEWORDEN?
LEES MIJN UITGEBREIDE SAMENVATTING VAN HET BOEK OP www.angelathissen.nl.
Harari beschrijft in deel 1 hoe de Homo sapiens het vermogen ontwikkelde om grotere hoeveelheden informatie over te brengen over de leefomgeving (complexe handelingen als het jagen op bizons) en over sociale verbanden (roddelen). Daarnaast ging men informatie overbrengen over dingen die in het echt niet bestaan (imaginair) zoals stamgeesten, naties, naamloze vennootschappen en mensenrechten. Met als gevolg dat de Homo sapiens als ecologische seriemoordenaar 45.000 jaar geleden Australië koloniseert en 16.000 jaar geleden Amerika. Noord Amerika verloor in korte tijd 34 van de 47 soorten grote zoogdieren, Zuid Amerika verloor er 50 van de 60. In Australië zijn van de 24 diersoorten van 50 kg of zwaarder er 23 gestorven. De cognitieve revolutie maakte Homo sapiens van een onbeduidende aap tot koning van de wereld.
In deel 2 wordt beschreven hoe de agrarische revolutie (vanaf 10.000 jaar geleden) voor de overgrote meerderheid van de gedomesticeerde dieren een vreselijke ramp was: sapiens besteedde al hun tijd en energie aan het manipuleren van de levensloop van een paar dier- en plantensoorten tot o.a. het kippenras. In deze periode ontstonden ook de eerste steden en wereldrijken. Men bracht orde aan door de bevolking onder te brengen in imaginaire categorieën. Deze hiërarchie zorgde voor onderdrukking en uitbuiting.
Deel 3 maakt duidelijk hoe vanuit de pretentie om over de hele wereld te willen heersen, in het belang van alle aardbewoners, volkeren werden verwoest. Waar in 10.000 v.C. vele honderden menswerelden naast elkaar bestonden, leefde in 1.450 n. C. 90% van alle mensen in de megawereld Afrika-Eurazië. De geschiedenis stevent af op eenheid. Een mondiaal imperium, geregeerd door een multi-etnische elite, bijeengehouden door een gemeenschappelijke cultuur en gemeenschappelijke belangen.
In deel 4 (wetenschappelijke revolutie) beschrijft Harari de ongeëvenaarde onverzadigbare ambitie van Europeanen om vreemde landen te verkennen en veroveren. De eerste Europeaan zette in 1606 voet op het Australische continent, in 1492 in Amerika en in 1519 op Mexico. De expeditie van Cock (1768) was het begin van de Britse bezetting. Met een humanitaire ramp tot gevolg: tussen de 16e en 19e eeuw werden 10 miljoen Afrikaanse slaven naar Amerika geïmporteerd. De industriële revolutie begon rond 1750 in Engeland en bracht ons nieuwe manieren om energie om te zetten en goederen te produceren. Tijdens de sociale revolutie ontstond de afbraak van gezinnen en lokale gemeenschappen, die werden vervangen door de staat en de markt. Dus waar miljoenen jaren van evolutie ons hebben gevormd om te leven en te denken als leden van een groter geheel zijn we in slechts twee eeuwen tijd veranderd in ontwortelde individuen. En met de opkomst van de vee-industrie en het consumentisme is de angst voor ecologisch verval realistischer dan de angst dat (1) hulpbronnen opraken dan wel (2) dat oorlogen uitbreken. Immers, de zeven decennia na de 2e Wereld Oorlog vormen veruit het vreedzaamste tijdperk uit de geschiedenis van de mensheid.
Samenvattend (Harari’s woorden): “Geschiedenis leert ons dat dingen die hoogstens nog een kwestie van tijd leken nooit plaatsvinden wegens onvoorziene gebeurtenissen en dat andere scenario’s waar niemand zelfs maar bij had stil gestaan juist wel werkelijkheid worden. Keer op keer is gebleken dat grote uitbreidingen van de menselijke almacht het welzijn van de individuele sapiens niet per se ten goede kwamen en meestal gigantisch veel ellende betekenden voor andere dieren. De laatste paar decennia is pas serieuze vooruitgang geboekt op het terrein van menselijke omstandigheden. Zelfs in keiharde dictaturen heeft de gemiddelde moderne mens veel minder kans om slachtoffer te worden van moord dan in de premoderne samenleving. We zijn machtiger dan ooit maar hebben nauwelijks idee wat we met al die macht aan moeten. Erger, de mensheid lijkt onverantwoordelijker dan ooit gezien het voornaamste project van de wetenschappelijke revolutie, te weten het eeuwige leven voor de mensheid.”
Best een pittige boodschap. Het boek hielp mij om het leven in het hier en nu in een groter perspectief te zien. Harari noemt het belang van het veranderen van het bewustzijn van miljarden mensen tegelijk om de imaginaire ordes te veranderen (H6). Hij schrijft over geluk en de correlatie tussen objectieve omstandigheden en subjectieve verwachtingen (H19).
Om de vertaalslag te maken naar de huidige praktijk pakte ik de spiritueel getinte boeken van Jan Geurtz en Eckhart Tolle erbij. Eckhart Tolle (in ‘De kracht van het nu’): “het ik-zuchtige verstand is niet een zinkend schip geworden. Het collectieve ik-zuchtige verstand is het gevaarlijkste, krankzinnigste en vernietigendste wezen dat ooit deze planeet bewoond heeft. Zolang er geen ingrijpende verandering komt in het bewustzijn van de mens, blijft het lijden van de wereld een bodemloze put.” Jan Geurtz (in ‘Verslaafd aan liefde’) schrijft over het loslaten van het behoeftigheidsbewustzijn en het streven naar het overvloedigheidsbewustzijn. “Westerse, psychologische methoden zijn gericht op het ontwikkelen of herstellen van een gezond ego, zodat je systeem van bedekking van zelfafwijzing met liefde en erkenning van anderen optimaal functioneert. Spirituele methoden zijn gericht op het doorzien van dit afdeksysteem, het loslaten ervan en het herkennen van de volmaakte staat van zijn, die erdoor aan het oog wordt onttrokken.”
Zowel Geurtz als Tolle geven concrete handvatten ten aanzien van het ontwikkelen van een open en vriendelijk gewaarzijn van jezelf. Met meditatie als middel om dit te oefenen. Op 22 februari 2017 stelde Remco Pijpers drie vragen aan Harari over zijn nieuwste boek ‘Homo Deus’. In dit interview vertelt Harari dat ook hij dagelijks 2 uur mediteert. Om zijn lichamelijke waarnemingen en de reacties van het brein hierop -de werkelijkheid zoals deze is- methodisch en objectief te bestuderen.
Meestal ga ik pas op zoek naar recensies als ik ongemak voel bij het lezen. Zoals bij het boek van Abram de Swaan “Compartimenten van vernietiging”. Ook al boeide dit boek me enorm, al in het begin van het boek stond de Swaan’s kritiek op Hannah Arendt mij tegen (ik had net ‘Eichmann in Jeruzalem, de banaliteit van het kwaad’ van Arendt gelezen en er een blog over geschreven). Ik ging op internet op zoek naar verklaringen om mijn ongenoegen over de Swaan’s passages te duiden en die vond ik.
Maar bij het boek Sapiens ging ik uit enthousiasme googelen. Ik verwachtte grootse recensies. Ik vond de met slechts 1ster beoordeelde boekrecensie van Hulspas in de Volkskrant (12 april 2014) als eerste. Net als Bert Boekschoten (boekbespreking op 28 juni 2014) had Hulspas kritiek als het gaat om de jager/verzamelaars die Harari omschrijft als de best geïnformeerde en bekwaamste mensen uit de geschiedenis. Het boek biedt volgens Hulspas een overdaad aan borrelpraat. In zijn ogen koos Harari voor een modieuze aanpak. Als ik Hulspas moet geloven vertelt Harari bij lange na niet het grote verhaal wat de zeldzame acteurs Jared Diamond, Simon Schama, Bill Bryson en Charles Mann wel deden. Hij omschrijft het lezen van het boek Sapiens als een teleurstellende ervaring.
Even benam deze recensie me het enthousiasme. Maar ik las door. Gefascineerd. Nu ik het meer dan 400 pagina tellende boek inmiddels uitgelezen heb biedt Hulspas’ recensie me perspectief: er is meer interessant leesvoer over de geschiedenis van de mensheid.Maar nog veel interessanter, er is een lezenswaardig vervolg als ik Bas Heijne mag geloven; hij schreef het voorwoord van het zojuist vertaalde boek Homo Deus. Wat jubelend werd ontvangen door -nee niet de Volkskrant met een magere drie sterren- maar het NRC, met maar liefst vijf sterren ;-).
NIEUWSGIERIG GEWORDEN?
LEES MIJN UITGEBREIDE SAMENVATTING VAN HET BOEK OP www.angelathissen.nl.
2
Reageer op deze recensie