De strijd tegen infobesitas
Dankzij de hedendaagse technologie wordt de mens hoe langer hoe meer een echte ‘supermens’ met buitengewone capaciteiten. Evoluties in de gezondheidszorg door nanotechnologie zijn niet meer weg te denken. Science fictionideeën uit populaire series als Black Mirror lijken plots een reële mogelijkheid. Van horden smartphonezombies die bushaltes en perrons omsingelen kijkt nauwelijks nog iemand op. Steeds vaker verliezen jongeren door de nieuwe technologieën hun grip op de werkelijkheid. Film, tv, internet en virtual reality maken de afstand tussen de analoge en digitale wereld steeds kleiner en intussen houdt een handvol internetbedrijven ons in hun digitale wurggreep.
Hans Schnitzler (1968) schreef eerder al over de schaduwzijde van onze toenemende afhankelijkheid van het internet. In Het digitale proletariaat (2015) wees hij op de gevaren van de digitalisering van onze levens en in dit essay breekt hij opnieuw een lans voor bezinning over ons internetgebruik. Naast het schrijven van opiniestukken voor verschillende kranten doceert hij het vak Digitalisering aan de Bildung Academie in Amsterdam. Onderdeel van het vak is een korte digitale detox. Meer dan honderd studenten waagden zich intussen aan deze digitale onthouding en deelden hun ervaringen.
Naast een immense vooruitgang is de hedendaagse technologie voor velen ook een beklemming geworden. Schnitzler illustreert aan de hand van herkenbare situaties verschillende manieren waarop onder meer sociale media ons beknotten in onze vrijheid. Wie heeft bij het zien van iets bijzonders nooit dat knagende gevoel ervaren niet in het bezit van een smartphone te zijn om zijn aanwezigheid vast te leggen? Of evengoed: wie blijft na het nemen van een foto nog staan om met eigen ogen het natuurschoon te bewonderen? Deze dwangmatige gejaagdheid is helaas kenmerkend onder de meeste smartphonegebruikers. Niet minder bevreemdend is het zogenaamde chilling effect waarbij mensen zichzelf online beperken in hun vrijheid om uit te komen voor bepaalde interesses of meningen, omdat die niet overeenstemmen met hun gevestigde digitale reputatie. De heersende internetcultuur zou mensen bovendien minder empatisch en vergevingsgezind maken. Beide competenties worden immers gecultiveerd door inlevingsvermogen, dat op zich weer getriggerd wordt door verveling. En laat het nu net verveling zijn die we massaal vermijden door op dode momenten telkens weer naar de telefoon te grijpen.
Doorheen de geschiedenis heeft de mens altijd gebruik gemaakt van verlengstukken van zichzelf. Denk maar aan het wiel, het schrift, de camera, de radio, etc. Maar meer dan ooit fungeren het internet en onze virtuele identiteit als vervollediging en verbetering van onszelf. Dat maakt een digitale detox ook zo moeilijk, het voelt werkelijk als een amputatie. Als we deze externe zaken nu eens wegnemen, wat maakt de mens dan tot mens? Bepaalt wat we op Facebook posten onze identiteit? Wat betekent ervaringen opdoen als je ze niet met een ander deelt? Wat maakt het leven nu echt de moeite waard? Via deze en andere vragen probeert Schnitzler een beeld te vormen van de essentie van de mens en de grond van ons bestaan. Hij gebruikt theorieën van filosofen als Plato, Hegel en Heidegger om de link met de virtuele wereld te leggen, maar deze analogieën zijn voor leken niet altijd makkelijk te volgen. Er wordt diep ingegaan op de zijnsleer binnen de wijsbegeerte en de vaak lange en complexe zinsconstructies die ten koste gaan van de leesbaarheid liggen bovendien ook nog eens zwaar op de maag.
Kleine filosofie van de digitale onthouding is dus in de eerste plaats een filosofisch werk en beslist geen zelfhulpboek. Het bevat geen tips om je internetgebruik te minderen maar werkt wel als een eye-opener voor veel van onze onbewuste gewoonten en is in die zin best confronterend. Wat Schnitzler met zijn boek tracht te bereiken is de discussie rond het toenemend internetgebruik op gang te brengen. Hij pleit voor korte vakanties van sociale media om onze aandacht en concentratie weer aan te scherpen en zo infobesitas te vermijden. Met andere woorden: “Smartphone uit, werkelijkheid aan.”
Reageer op deze recensie