Tussendeelsyndroom
Gouden zoon is het tweede deel van de ‘Mars’-trilogie van Pierce Brown, een YA-scifi-reeks die daverend het podium betrad. In Rood, het eerste boek, leren we Darrow kennen, een piepjonge mijnwerker, een Rode. Hij is getrouwd met Eo, verricht elke dag weer zwaar en gevaarlijk werk en weet niet beter dan dat dit het wel zo’n beetje is. Het is in Gouden zoon jaren later, inmiddels is Darrow een jaar of twintig en leeft hij onherkenbaar gemodelleerd als Gouden aan de oppervlakte of zelfs her en der in de ruimte en op schepen. Het universum blijkt een stuk omvangrijker dan zijn volk voorgeschoteld krijgt.
De serie draait, zoals veel boeken in dit genre, om onrecht, ongelijkheid, onderdrukking. Darrow is arm en in slechte omstandigheden opgegroeid en het is zijn doel om alle Kleuren gelijke kansen te geven en het misbruik door de Gouden (de topapen) een halt toe te roepen. Hij weet dat hij dat met beleid zal moeten doen en dat hij een lange adem nodig zal hebben, omdat hij anders niet meer dan een storm in een glas water veroorzaakt. Zijn tactiek is saamhorigheid kweken en loyaliteit opbouwen. Dat lukt vaak, maar tegenslag ervaart hij net zo vaak.
In Rood doorliep Darrow een brute training. De strijd in dit boek verplaatst zich van de oppervlakte van Mars naar het zwarte niks tussen de planeten. De opbouw van de wrijving is gelijk aan het eerste boek en dat is zowel een positief punt, want geweldig geschreven actie, als een negatief punt, want het is wat voorspelbaar. Na Rood weet je dat Pierce Brown kan schrijven. In dit tussendeel moet hij een boek waarin de wereld, de hoofdpersoon, het geweld en de actie worden gepresenteerd vastknopen aan het uiteindelijke slot van de serie. We ervaren niet de verrassing en het spannende van het nieuwe en de ontlading van de conclusie en daar heeft Gouden Zoon enigszins onder te lijden.
Daarnaast gaat dit spelletje van succes en tegenslag zo veelvuldig op en neer dat het voorspelbare wat gaat knagen. Met een boek van 550 bladzijden dik had er wellicht best een verovering en daaropvolgende herovering uit kunnen blijven. Door die heen-en-weer beweging in combinatie met de herhaling van de opbouw uit het eerste deel verliest het boek wat van de spanning die de lezer bij Rood wel heeft kunnen ervaren.
Maar Gouden zoon is wel weer een heerlijk geschreven, spannend en goed boek. Het heeft het verhaal dat zo klein begon in de mijnen op Mars uitgebouwd tot een universum omvattend avontuur inclusief een strijd om wereldheerschappij. De actie is absoluut geweldig, creatief en origineel neergezet. In augustus ontdekken we of Pierce Brown in staat is deze serie af te ronden met de kracht die we in het eerste deel ontdekten. Dan verschijnt Morgenster, het derde en laatste deel van de ‘Mars’-trilogie.
Reageer op deze recensie