Lezersrecensie
Vijftig tinten dubieus - column over Vijftig Tinten Grijs
Ik val maar gelijk met de deur in huis, met schaamrood op mijn kaken en koud zweet in mijn handpalmen: ik ben ook voor de bijl gegaan. Ik ben schoorvoetend naar de boekhandel gelopen en heb de hele serie in één keer aangeschaft. Het was zo gedaan. Ze lagen voorin de winkel, uiteraard. Strak naar de vloer kijkend, – “Mijn God, wat zal die ouwe knakker van een boekverkoper wel niet denken!” – gaf ik de drie paperbacks aan de grijze gestalte achter de balie en trok zonder naar het bedrag te kijken mijn pinpas.
Ja, ik koop ze wel. Ik koop porno. Keihard, ongegeneerde en pijnlijke porno. Ik ben een seksist en kom thuis blijkbaar niet aan mijn trekken. Allerlei excuses voor mijn onzedelijke gedrag bedenkend griste ik het tasje uit zijn handen en snelde de winkel uit. Het was alsof de drie boeken mijn plastic tasje uitbrandden, toen ik mij schichtig weer naar huis begaf.
En daar zat ik op de bank. Ik zal maar gelijk beginnen, dacht ik nog, dan ben ik er ook zo vanaf en kan ik meebabbelen met de hele massa aan geile vrouwen die met glanzende oogjes en een rozige waas over de oortjes, mij ten sterkste aanraden deze boeken te lezen. Ik ben een kuddedier, ik loop mee met de massa, ik wil nu eenmaal niet alleen achterblijven. Zo ben ik. Dat geef ik grif toe. Bovendien: de boeken maken nogal wat los in deze tot nu toe met succes verscholen wereld voor de leken onder ons, die zich op zondagochtend met een zucht en een kreun laten overhalen tot de alom bekende Missionaris. De bondagesets vliegen bij Christine le Duc de winkel uit en inmiddels kan iedereen bij Selekt Vracht op zijn vingers wel natellen wat er in dat mysterieuze pakketje zit dat ze af moeten leveren in de eerste de beste Vinex buurt in Almere.
Ineengedoken op de bank had ik een kwartier later al geen aandacht meer voor wat er om mij heen gebeurde. We nemen een ‘hij’ en een ‘zij’. Zij ontzettend naïef en natuurlijk beeldschoon, hij een veel te rijke Adonis met bakken aan ervaring. Sjonge jonge, kan het nog voor-de-hand-liggender? “Uitgemolken! Uitgemolken! Zo ontzettend cliché,” scandeert mijn Innerlijke Godin (voor de insiders), terwijl ze probeert mijn aandacht van de zinnen in het boek af te leiden door aan mijn haren te trekken. Het lukt haar niet. Waarom blijf ik lezen? Waarom kan ik niet stoppen? Waarom intrigeert het me zo? En tegelijk, waarom erger ik me constant groen en geel en heb ik zin om die Madame Naïef zelf een knal voor haar kop te verkopen met haar onnatuurlijke geveinsde valse bescheidenheid? En Mijn Hemel, wat lijdt die irritant rijke directeur ernstig aan grootheidswaanzin, een overdosis onnodige agressiviteit en een grote hoeveelheid hyperactief testosteron? Is dat nou nodig?
Ik worstel me met niet al te veel moeite door de eerste honderd bladzijden. Het wel en wee van mevrouw Steele en meneer Grey blijf me intrigeren. Dat er complete contracten aan te pas komen waar ze het hebben over geheimhoudingsverklaringen, tepelklemmen en het al dan niet Anaal Fisten (ik moest de betekenis hiervan opzoeken op Google, ik had geen idee en was te lui om mijn logica en beheersing van de Engelse taal erop na te slaan), lijkt me ineens niet meer te schokken. Het lukt me niet om het boekje weg te leggen. Bladzijde, na bladzijde. Boek na boek. Ik blijf maar geboeid en bijna gehaast door bladeren. Hoe kan dit? Waarom voeren intense frustratie en onverdeelde aandacht een constante strijd om de eerste plaats in mijn lijstje aan emoties?
En dan dringt het tot me door. Ik trek het hele boek volledig uit de steigers en bekijk alleen het al casco verhaal. In deze tijd, deze moderne tijd, duikt de ogenschijnlijk onafhankelijke vrouw blijkbaar liever hijgerig in een romannetje over onderdanige vrouwen die hun dominante en agressieve man niet de baas kunnen, dan dat ze hun horizon verbreden en een succesvolle carrière nastreven. Na de hevige strijd in het feminisme uit de 19e en 20ste eeuw waar vrouwen voor vrouwen opkwamen, willen vrouwen nu toch ineens wel graag om de haverklap bedreigd worden met een “goed pak slaag” en “ik leg je over mijn knie als je niet gehoorzaamd”? En dan komt het meest schokkende zinnetje ineens tot mijn niet al te heldere geest op bladzijde 566 van het derde boek: “En je maakt ook nog winst in deze moeilijke tijden,” zegt Christian en ik hoor aan zijn stem hoe trots hij is. “Maar… ik zie je het liefst blootsvoets en zwanger in de keuken.” Wát? Aaaarrggh! Alletta Jacobs en Wilhelmina Drucker zouden zich omdraaien in hun graf als ze dit zouden lezen!
Echt willen en maatschappelijk verantwoord?
“Nu trek je het te zwaar uit zijn verband,” zegt mijn Innerlijke Godin, terwijl ze afkeurend met haar wijsvinger heen en weer zwaait, “Het gaat allemaal om rollenspel, dat is toch duidelijk? Bovendien: we willen toch allemaal een sterke man die voor ons kan zorgen en ons een levenslang orgasme bezorgt?”. Ik twijfel na het luisteren naar deze woorden. Willen we dat echt? Wij sterke en onafhankelijke vrouwen die kiesrecht hebben, in plaats van aanrecht? Gaan we nu ineens weer terug naar het oergevoel, waarbij manlief de Neanderthaler op jacht gaat naar beren met zijn knuppel, terwijl wij thuis in ons holletje aan de lopende band kinderen werpen en over een kokend hete pan met soep gebogen staan te roeren? Is dat wat we eigenlijk willen, gewoon allemaal onder het mom van ‘rollenspel’, terwijl we in het ‘echte leven’ de sterke en onafhankelijke vrouw uithangen die keihard knokt voor een carrière en eigen verworven succes? Poeh, dat maakt de wereld dan wel even behoorlijk ingewikkeld. Willen we het één, maar doen we het ander?
Het zet me aan het denken. Ja, misschien wel. Ik twijfel. Keihard op-z’n-hondjes genomen worden op het robuuste mahoniehouten bureau van je ontzettend hete, woest uitziende en supergespierde en enorm rijke directeur, ja, dat is misschien toch wel geil. Door je zeer welvarende aanbidder in een privéjet over het noordelijk halfrond gevlogen worden, ach, daar kan ik best mee leven. En misschien is het tot in de lengte van dagen, op ieder gewenst moment van de dag, als een “explosie om hem heen klaarkomen” ook wel geweldig. Al lijkt me dat knap vermoeiend, ik heb ook nog een baan weet je. Misschien, mevrouw Innerlijke Godin, misschien lijkt het me in zekere zin wel wat, maar uit alle voorzorg: ik geef je niks zwart-op-wit. Maar, laten we wel wezen, een leuke Audi R8 (alweer voor de insiders) voor mijn verjaardag; die sla ik natuurlijk niet af. In het rood graag. Zwart en wit zijn voor mietjes.
Ja, ik koop ze wel. Ik koop porno. Keihard, ongegeneerde en pijnlijke porno. Ik ben een seksist en kom thuis blijkbaar niet aan mijn trekken. Allerlei excuses voor mijn onzedelijke gedrag bedenkend griste ik het tasje uit zijn handen en snelde de winkel uit. Het was alsof de drie boeken mijn plastic tasje uitbrandden, toen ik mij schichtig weer naar huis begaf.
En daar zat ik op de bank. Ik zal maar gelijk beginnen, dacht ik nog, dan ben ik er ook zo vanaf en kan ik meebabbelen met de hele massa aan geile vrouwen die met glanzende oogjes en een rozige waas over de oortjes, mij ten sterkste aanraden deze boeken te lezen. Ik ben een kuddedier, ik loop mee met de massa, ik wil nu eenmaal niet alleen achterblijven. Zo ben ik. Dat geef ik grif toe. Bovendien: de boeken maken nogal wat los in deze tot nu toe met succes verscholen wereld voor de leken onder ons, die zich op zondagochtend met een zucht en een kreun laten overhalen tot de alom bekende Missionaris. De bondagesets vliegen bij Christine le Duc de winkel uit en inmiddels kan iedereen bij Selekt Vracht op zijn vingers wel natellen wat er in dat mysterieuze pakketje zit dat ze af moeten leveren in de eerste de beste Vinex buurt in Almere.
Ineengedoken op de bank had ik een kwartier later al geen aandacht meer voor wat er om mij heen gebeurde. We nemen een ‘hij’ en een ‘zij’. Zij ontzettend naïef en natuurlijk beeldschoon, hij een veel te rijke Adonis met bakken aan ervaring. Sjonge jonge, kan het nog voor-de-hand-liggender? “Uitgemolken! Uitgemolken! Zo ontzettend cliché,” scandeert mijn Innerlijke Godin (voor de insiders), terwijl ze probeert mijn aandacht van de zinnen in het boek af te leiden door aan mijn haren te trekken. Het lukt haar niet. Waarom blijf ik lezen? Waarom kan ik niet stoppen? Waarom intrigeert het me zo? En tegelijk, waarom erger ik me constant groen en geel en heb ik zin om die Madame Naïef zelf een knal voor haar kop te verkopen met haar onnatuurlijke geveinsde valse bescheidenheid? En Mijn Hemel, wat lijdt die irritant rijke directeur ernstig aan grootheidswaanzin, een overdosis onnodige agressiviteit en een grote hoeveelheid hyperactief testosteron? Is dat nou nodig?
Ik worstel me met niet al te veel moeite door de eerste honderd bladzijden. Het wel en wee van mevrouw Steele en meneer Grey blijf me intrigeren. Dat er complete contracten aan te pas komen waar ze het hebben over geheimhoudingsverklaringen, tepelklemmen en het al dan niet Anaal Fisten (ik moest de betekenis hiervan opzoeken op Google, ik had geen idee en was te lui om mijn logica en beheersing van de Engelse taal erop na te slaan), lijkt me ineens niet meer te schokken. Het lukt me niet om het boekje weg te leggen. Bladzijde, na bladzijde. Boek na boek. Ik blijf maar geboeid en bijna gehaast door bladeren. Hoe kan dit? Waarom voeren intense frustratie en onverdeelde aandacht een constante strijd om de eerste plaats in mijn lijstje aan emoties?
En dan dringt het tot me door. Ik trek het hele boek volledig uit de steigers en bekijk alleen het al casco verhaal. In deze tijd, deze moderne tijd, duikt de ogenschijnlijk onafhankelijke vrouw blijkbaar liever hijgerig in een romannetje over onderdanige vrouwen die hun dominante en agressieve man niet de baas kunnen, dan dat ze hun horizon verbreden en een succesvolle carrière nastreven. Na de hevige strijd in het feminisme uit de 19e en 20ste eeuw waar vrouwen voor vrouwen opkwamen, willen vrouwen nu toch ineens wel graag om de haverklap bedreigd worden met een “goed pak slaag” en “ik leg je over mijn knie als je niet gehoorzaamd”? En dan komt het meest schokkende zinnetje ineens tot mijn niet al te heldere geest op bladzijde 566 van het derde boek: “En je maakt ook nog winst in deze moeilijke tijden,” zegt Christian en ik hoor aan zijn stem hoe trots hij is. “Maar… ik zie je het liefst blootsvoets en zwanger in de keuken.” Wát? Aaaarrggh! Alletta Jacobs en Wilhelmina Drucker zouden zich omdraaien in hun graf als ze dit zouden lezen!
Echt willen en maatschappelijk verantwoord?
“Nu trek je het te zwaar uit zijn verband,” zegt mijn Innerlijke Godin, terwijl ze afkeurend met haar wijsvinger heen en weer zwaait, “Het gaat allemaal om rollenspel, dat is toch duidelijk? Bovendien: we willen toch allemaal een sterke man die voor ons kan zorgen en ons een levenslang orgasme bezorgt?”. Ik twijfel na het luisteren naar deze woorden. Willen we dat echt? Wij sterke en onafhankelijke vrouwen die kiesrecht hebben, in plaats van aanrecht? Gaan we nu ineens weer terug naar het oergevoel, waarbij manlief de Neanderthaler op jacht gaat naar beren met zijn knuppel, terwijl wij thuis in ons holletje aan de lopende band kinderen werpen en over een kokend hete pan met soep gebogen staan te roeren? Is dat wat we eigenlijk willen, gewoon allemaal onder het mom van ‘rollenspel’, terwijl we in het ‘echte leven’ de sterke en onafhankelijke vrouw uithangen die keihard knokt voor een carrière en eigen verworven succes? Poeh, dat maakt de wereld dan wel even behoorlijk ingewikkeld. Willen we het één, maar doen we het ander?
Het zet me aan het denken. Ja, misschien wel. Ik twijfel. Keihard op-z’n-hondjes genomen worden op het robuuste mahoniehouten bureau van je ontzettend hete, woest uitziende en supergespierde en enorm rijke directeur, ja, dat is misschien toch wel geil. Door je zeer welvarende aanbidder in een privéjet over het noordelijk halfrond gevlogen worden, ach, daar kan ik best mee leven. En misschien is het tot in de lengte van dagen, op ieder gewenst moment van de dag, als een “explosie om hem heen klaarkomen” ook wel geweldig. Al lijkt me dat knap vermoeiend, ik heb ook nog een baan weet je. Misschien, mevrouw Innerlijke Godin, misschien lijkt het me in zekere zin wel wat, maar uit alle voorzorg: ik geef je niks zwart-op-wit. Maar, laten we wel wezen, een leuke Audi R8 (alweer voor de insiders) voor mijn verjaardag; die sla ik natuurlijk niet af. In het rood graag. Zwart en wit zijn voor mietjes.
6
Reageer op deze recensie