Fantasierijk en een verfilming waardig
Van 9 maart tot en met 20 april mogen alle kinderen van 6 tot en met 12 jaar weer stemmen op het beste boek van 2015. Eén van de kerntitels van de Nederlandse Kinderjury 2016 is De Drakendoder van Fiona Rempt. De Drakendoder is het eerste deel van een nieuwe trilogie: ‘De orde van de Drakenmenners’. Een spannende en fantasierijke serie voor jongens en meisjes van 8 tot 12 jaar.
De Finse Matti woont samen met zijn beste vriend Tink in een pleeggezin in Parijs. Toen hij nog heel klein was, zijn zijn ouders op mysterieuze wijze verdwenen. Als de zomervakantie aanbreekt, vertrekt zijn vriend voor een paar weken naar zijn moeder in Tanzania, waar zij een olifantenweeshuis runt. Matti blijft alleen achter bij zijn pleegouders. Wat was hij ook graag eens op avontuur gegaan. Dan staat plotseling zijn oom Jussi voor de deur. Jussi nodigt Matti uit om met hem mee te gaan naar het eiland Drekar Mohoao, waar het hoofdkwartier van de Orde van de Drakenmenners gevestigd is. Op het eiland ontmoet hij de moederloze draak Loef. Al snel blijkt Matti over een groot drakenmennerstalent te beschikken en gaat hij samen met Loef op avontuur.
Naast een goed verhaal, heeft De Drakendoder nog veel meer te bieden. Het is onder andere een verhaal over gemis, moed en vriendschap. Verder maak je kennis met een pleeggezin. Hoe is het om op te groeien bij volwassenen die niet jouw ouders zijn?
De cover van het boek, gemaakt door Daniëlle Futselaar, is een echte blikvanger. Het prachtige sprookjesachtige plaatje doet denken aan de filmposters van The NeverEnding Story. Hoewel de verhalen in niets op elkaar lijken, is het boek van Fiona Rempt beslist ook een film waard!
Het 265 bladzijden tellende boek is opgedeeld in 55 korte hoofdstukken. Boven elk hoofdstuknummer staat het wapen van de Drakenmenners afgebeeld. Deze wapens zijn overigens enkele van de weinige illustraties die je in het boek tegenkomt. Toch mis je de plaatjes niet echt in het verhaal. Rempt schrijft zo mooi, dat tijdens het lezen de beelden van het eiland vanzelf op je netvlies verschijnen.
De illustratrice heeft wel vijf duidelijke plattegronden van het huis en de tuin getekend. Dat is wel heel fijn omdat het moeilijk is om je daar een goede voorstelling van te maken. Het boek ziet er verder heel verzorgd uit. Er is veel wit gelaten en er wordt bewust van lettertype gewisseld. Een brief die voorgelezen wordt is bijvoorbeeld cursief afgedrukt, terwijl een passage uit het drakenhandboek uit vette letters bestaat. Op de naam van het eiland Drekar Mohoao na, komen er geen moeilijke woorden voor in het boek.
Het boek heeft een open einde. Op de allerlaatste bladzijde wordt wel een klein stukje van het tweede deel uit de trilogie onthuld. Het is jammer dat we tot de zomer van 2016 moeten wachten totdat De Drakenjager verschijnt.
Lees hier het Hebban-interview met Fiona Rempt.
Reageer op deze recensie