Frisse literaire orgie
Geheel toevallig zijn er dit voorjaar twee boeken uitgekomen die in meerdere of mindere mate gebaseerd zijn op het leven en de persoon van de Amerikaanse arts en Nobelprijswinnaar Daniel Carleton Gajdusek. Notities uit de jungle van Hanya Yanagihara en Een honger van Jamal Ouariachi. Waar Yanagihara dichtbij het verhaal van Gajdusek is gebleven, heeft Ouariachi de indruk van de man op eigen wijze ingekleurd en van leven voorzien. Het resultaat is een zinsbegoochelende reis door het leven en de tijd van Alexander Laszlo, kind van gevluchte, gefortuneerde Hongaarse adel, toevallige ontwikkelingswerker, gepassioneerde minnaar en veroordeeld pedofiel.
Naar aanleiding van de zaak-Nico S. schrijft Laszlo een brief naar de krant die hij eindigt met: "Een gezonde dosis pedofilie zou onze maatschappij meer goed doen dan kwaad." Door die brief trekt hij de aandacht van het redactieteam van Bord op Schoot, een televisieprogramma dat op DWDD-achtige wijze aandacht aan de actualiteit besteedt. Aurélie Lindeboom, lid van de redactie, krijgt de opdracht 'de pedo' uit te nodigen voor een uitzending naar aanleiding van de zaak-Nico S. Het is een klus die Aurélie liever niet uitvoert, maar waar ze niet onderuit komt zonder het waarom uit te leggen. En dat doet ze nóg liever niet, als ex-minnares van 'de pedo'.
Hoewel ze Laszlo uiteindelijk toch moet afzeggen voor die uitzending, is het contact dat jaren geleden zo abrupt verbroken werd, weer gelegd. Laszlo maakt van de gelegenheid gebruik om Aurélie te vragen een boek over zijn leven, maar vooral over zijn denkbeelden over pedofilie en de onterechte angst daarvoor te schrijven. Aurélie aarzelt en aarzelt, maar besluit toch om in de zomerpauze van Bord op Schoot het boek te schrijven. Ze ontmoeten elkaar regelmatig in Wassenaar, waar Laszlo in een grote verwaarloosde villa woont. Aurélie neemt het op en neer reizen voor lief, omdat ze thuis en Laszlo gescheiden wil houden. Thuis betekent haar man Philip, maar veel belangrijker nog, haar dochtertje van twee, Lydia. Ze vertrouwt Laszlo niet.
In de tuin van de villa in Wassenaar vertelt Laszlo en schaaft, suggereert en vult Aurélie het vertelde aan. Tergend langzaam, gedreven door honger naar erkenning, honger naar toehoorders en in het geval van Aurélie nieuwsgierigheid, verschijnt door de ruis en twijfels van het heden Van weldoener tot duivel. De bekentenissen van Alexander Laszlo en krijgt Laszlo door de publicatie van het boek, alsnog de gelegenheid om zijn ideeën bij Bord op Schoot en andere tv-programma's uiteen te zetten. Die vallen echter niet op vruchtbare bodem. Integendeel.
Voorin Een honger staat een quote van Philip Roth die eindigt met "to allow for the chaos, to let it in". Die quote slaat niet (alleen) op het verhaal zelf, maar ook op de wijze waarop het is verteld. Ouariachi gebruikt een allegaar aan wisselende perspectieven, gaat voortdurend heen en weer in de tijd (van de opstand in Hongarije via draadjesvlees met jus, hongersnoden in Afrika, naar constant jengelende mobieltjes en terug), haalt grappen en grollen uit zoals een hoofdstuk vol pastiches op bekende auteurs als Nabokov, Auster en Campert, maakt post-moderne geintjes, dicht en schrijft ik-hoofdstukken, hij-hoofdstukken, dagboekdelen, die weer afgewisseld worden met een alwetende verteller of een 'droog' essay dat doet denken aan de verhandelingen in de Max Havelaar.
Deze orgie van literaire stijlen zorgt ervoor dat wat in andere handen een suf pamflet zou hebben opgeleverd, nu aangenaam verfrissend in je gezicht bubbelt en briest, terwijl dat het laatste is waar je aan denkt bij een biografie over een pedofiel. Zeker als die pedofiel bij de kennismaking beschreven wordt als "bedekt door een zompige laag ouderdom" terwijl hij voorzien is van "een riante onderkin, grauwe schmink op zijn gezicht - het lijkt allemaal onecht, maar het is wel degelijk echt. Het zilvergrijze haar is er nog wel, al heeft het zich teruggetrokken over zijn schedel, één langgegroeide lok heeft hij met brillantine over de kale plek gekamd."
Reageer op deze recensie