's Nachts is niemand blind
Onlangs verscheen Boeken van de troost van Erwin Mortier: een drie-eenheid waarin Godenslaap en De Spiegelingen worden verbonden door De brieven van Matthew. Mortier maakt het de lezer niet gemakkelijk. Zijn lange, meanderende zinnen vol beeldspraak dagen de lezer uit om grip op de verschillende verhalen te krijgen en wie hoopt op een boek vol actie kan het boek maar beter direct opzij leggen. Maar zoals vaak: de aanhouder wint en de lezer die geduld heeft en de uitdaging aangaat, wordt beloond met drie prachtige romans waarin de personages verbonden worden door de Grote Oorlog.
In Godenslaap vertelt de oude Hélène Demont over haar jeugd en haar grote liefde, Matthew. Vragen die haar vroeger bezighielden, houden haar opnieuw bezig. Overgeleverd aan de zorg van haar hulp, alleen op de wereld nu haar man Matthew, haar dochter Hazel en haar broer Edgard zijn overleden, vindt ze de tijd om schriften vol te schrijven met haar herinneringen. Ze vertelt over de moeizame verhouding met haar moeder, die niet van dichters houdt. ‘Ze wilde me de dagdagelijksheid van het woord in duwen, mijn gedachtewereld in stevige winterkleren wurmen.’ Dat is niet gebeurd: Hélène verloor zich in het lezen en schrijven en haar schriften liggen klaar om verspreid te worden. Naamloos, zoals ze dat zelf graag zou zien. Godenslaap beweegt zich op de grens van de wereld en vertelt over de levens van kleine mensen in een Grote Oorlog.
In De Spiegelingen vertelt de oude Edgard over zijn leven en zijn grote en kleine liefdes. Al jong komt hij terecht in de Grote Oorlog, waar hij ernstig gewond raakt. Pas daarna begint zijn echte leven, zoals ook het leven van Hélène inhoud kreeg door deze oorlog. En dat is een cynisch gegeven: dat een oorlog het beste is dat je kan overkomen. De titel van dit boek doet vermoeden dat Mortier hetzelfde verhaal vanuit een ander perspectief vertelt, maar dat is niet het geval. Daar waar Hélène min of meer chronologisch vertelt, is het verhaal van Edgard veel meer fragmentarisch. Ook de toonzetting is verschillend. Hélène is verbitterd achtergebleven en lijkt soms een nukkige oude vrouw. Edgard straalt vooral melancholie uit. Hij deelt zijn intiemste gedachten over een reeks liefdes: Matthew, Paul, Pierre, Heinz en Noburu, die allemaal een gemeenschappelijke deler hebben in de Grote Oorlog.
Tussen deze twee boeken vol herinneringen, krijgt Matthew nu ook een stem. Getrouwd met Hélène en de grote liefde van Edgard. Ziehier de drie-eenheid in Boeken van de troost. Hélène is vervuld van woorden en hunkert naar het lichaam van Matthew; Edgard is zo helemaal lichaam dat hij naar Matts woorden hunkert. En Matt? Die blijkt zich maar moeilijk te binden, bang als hij is dat hij jong zal sterven. Hij is vaak op reis om zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog in beelden te verslaan. Een ondankbare taak, want ‘…hoe leg je de nervatuur vast van een ontreddering die niet alleen door de bodem trekt, maar door miljoenen die zijn achtergebleven zonder zonen, vaders, broers, verloofden en echtgenoten?’ Hoe zorg je voor je juiste herinneringen?
Herinneringen, dat is waar het om draait in Boeken van de troost. Aan het eind van het leven trekken de hoofdpersonen een gelijkluidende conclusie: we hebben geen herinneringen, ze hebben ons. Verdringen heeft geen zin, vroeg of laat dringen ze zich op. Soms overdag, maar veel vaker in de stilte van de nacht.
Boeken van de troost maakt indruk door de prachtige literaire stijl, de liefde en het respect waarmee Edgard terugkijkt op zijn liefdes en de enorme aanklacht die de drie boeken vormen tegen de oorlog. Mortier laat het nog maar eens weten: na de Eerste Wereldoorlog kreeg de jeugd geen steun en moest ze zichzelf opvoeden, waardoor er een geweldige voedingsbodem ontstond voor een volgende oorlog. Daarmee wordt een verhaal over een periode die honderd jaar geleden is, ineens actueel.
Reageer op deze recensie