Doodgewone boer, vader en dader als ik-verteller
Jazeker, Jij bent van mij heeft een aantal raakpunten met de moord op het zestienjarige meisje Marianne Vaatstra, in 1999. Pas in 2013 wordt een Friese melkveehouder veroordeeld, als hij na een grootschalig DNA-verwantschapsonderzoek uiteindelijk de verkrachting en moord bekent. Deze zaak heeft Peter Middendorp (1971) mooi verwerkt in zijn nieuwste roman. Het verhaal bevat verder vooral fictie, ontkiemd in het brein van de auteur.
“Ze lag voorover in het gras, het jonge leven, de jonge huid, besmeurd met aarde. Met het leven was ook de schoonheid uit haar weggetrokken, de bovengemiddelde aantrekkingskracht. De lange, blonde haren, aanvankelijk bijeengebonden in een hoge paardenstaart, plakten in slierten aan haar gezicht. Alsof er overheen gelopen was.”
Een jonge boer en vader van twee kleine kinderen verkracht en doodt op een nacht Rosalinde, een zestienjarig meisje uit het dorp. Tille Storkema wordt maar al te vaak afgewezen door zijn vrouw Ada. Zelf adoreert hij mateloos zijn dochter Suze. Twee asielzoekers worden aangezien als de vermeende daders. Jaren later ziet Suze haar zestiende verjaardag naderen. Precies de leeftijd van het slachtoffer van de moord van zo’n dertien jaar geleden. Storkema wordt opgepakt, na een groots DNA-onderzoek.
Stilistisch bekeken is Jij bent van mij van een heel hoog niveau. Kundig mixt de schrijver de gebeurtenissen met dialogen en bespiegelingen. Hij koppelt het verhaal los van de tijd; waarbij verleden en heden één worden. Krachtige zinnen en aantrekkelijk proza geven het verhaal een extra steuntje in de rug.
Maar waarom kruipt Middendorp niet echt diep in het hoofd van de dader? Hij grijpt nooit zijn kans en blijft eerder aan de oppervlakte. Bewust, wellicht. Het echte waarom wordt nooit verklaard. Is het uit seksuele deceptie? Hoe kan het hoofdpersonage verder blijven leven met dergelijke misdaad op zijn geweten?
Het meeste spitwerk en het zoeken naar antwoorden wordt overgelaten aan het inlevingsvermogen en de fantasie van de lezers.
Je wordt gedwongen onder de huid te kruipen van een onopvallende moordenaar en tevens trotse vader van een opgroeiende dochter. Een innige vaderliefde met een erg scherp randje. Precies alsof het gevaar achter elke hoek schuilt. Gaat Tille ook daar de verkeerde kant op? Je begrijpt wel dat hij een jeugdtrauma met zich meedraagt; als twaalfjarige ziet hij hoe zijn vader een been verliest door een ongeluk met de maaidorser. Vanaf dat moment staat de protagonist nooit meer in het middelpunt van de belangstelling. Een leven dat niet brengt wat hij ooit heeft gehoopt.
“… die één keer, onder de druk van zeer bijzondere omstandigheden, ja, toch wel op een verschrikkelijke manier door de remmen is getrapt. Hij kan het zelf niet eens begrijpen.”
Tille is van mening dat hij niet schuldig is aan het ‘ongeval’ (zoals hij de gruwelijke moord op Rosalinde noemt). Steeds zoekt hij naar excuses, omdat hij werkelijk niet beseft – of onderkennen wil – welke afschuwelijke daad hij op zijn geweten heeft. Gevoelens drukt hij handig weg. Een gestoorde geest? Een rasechte psychopaat kun je hem niet noemen; hij werkt keihard in zijn bedrijf, zorgt voor zijn gezin. De protagonist is een man die meer houdt van zijn dochter dan van zichzelf. Zijn zoon Friso krijgt nauwelijks enige aandacht. Jij bent van mij is het schokkende verhaal van een doodgewone boer, vader en dader. De ik-verteller die jarenlang leeft met een schandelijk geheim.
Reageer op deze recensie