Burger van twee rijken
Hanna Bervoets (1984) neemt binnen de Nederlandstalige literatuur een bijzondere plaats in. Ze was al goed voor diverse literaire prijzen, maar haar boeken springen vooral in het oog door de thematiek die vernieuwend is, verrast en blijft boeien. Haar achtste roman Welkom in het rijk der zieken is ook weer een boek in wat inmiddels bijna een reeks lijkt te worden van boeken die niet alleen stuk voor stuk origineel en verfrissend zijn, maar ook zijn geschreven in een razendsnelle stijl die niet snel verveelt. Bervoets komt zelfs met glans weg met een boek dat (deels) in de tweede persoon enkelvoud geschreven is en dat is maar weinigen gegeven:
“Net als gisteren ga je na het ontbijt weer in bed liggen, net als gisteren voelt het of je kwark een avondmaaltijd was, alsof het heel laat is en je lichaam zich na een lange dag moet opladen, dat lijf van jou een krakkemikkig mobieltje in haar laatste werkzame weken. Je plugt het ding in een lader en het scherm licht op, een staafje vult zich met pixels maar de batterij is onomkeerbaar versleten, het balkje ontkleurt alweer wanneer je de lader uit het apparaat haalt, ja, zo voelt opstaan tegenwoordig, alsof je jezelf uit het stopcontact trekt.”
De keuze voor dit perspectief geeft het boek iets universeels en dat zal niet toevallig zijn, want wat hoofdpersoon Clay (zijn persoonlijkheid is even kwetsbaar en tegelijk plooibaar als de betekenis van zijn naam) overkomt, kan ons allen overkomen; hij wordt getroffen door een chronische ziekte. Via korte hoofdstukken wordt geleidelijk aan steeds duidelijker wat er speelt en wat de impact van de ziekte is op het leven van Clay; hij blijft bijna tegen beter weten in toch zoeken naar manieren om zijn klachten te beheersen. Zijn relatie met Nora is onder druk komen te staan vanwege zijn ziekte, maar met de eveneens chronisch zieke Marla voelt hij een grote verwantschap. Wat het boek enorm interessant maakt, is de afwisseling van deze hoofdstukken met hoofdstukken die zich afspelen in een soort parallel universum, waarin Clay met ene Susan (die overigens op een bepaalde manier ook een rol speelt in de ‘echte’ wereld) een reis maakt. Dit universum heeft eigen wetmatigheden en er komen veelzeggende en prachtige neologismen voorbij als ‘hoopsmook’ en ‘identiteken’ (En ja, ze zijn gevaarlijk, ze zuigen zich vast, kijk, ze groeien al). Dat beide werelden met elkaar te maken hebben is wel duidelijk; Bervoets verwijst regelmatig naar een boek van de Amerikaanse essayiste Susan (!) Sontag, die schrijft:
“Iedereen wordt geboren als burger van twee rijken. Wij zijn zowel burger van het rijk der gezonden als van het rijk der zieken. Hoewel we bij voorkeur alleen van het goede paspoort gebruikmaken, komt iedereen vroeg of laat gedwongen in dat andere rijk terecht, al is het maar tijdelijk.”
Met Welkom in het rijk der zieken schreef Hanna Bervoets wederom een dijk van een boek waarin ze met kennis van zaken (ze lijdt zelf ook aan een chronische ziekte) uiteenzet welke consequenties chronische aandoeningen kunnen hebben op het leven van mensen en wat dit kan betekenen voor hun identiteit en voor hun relaties met anderen en het getuigt van grote klasse dat zij dit onderwerp op weergaloze wijze vanuit een literaire invalshoek heeft weten te beschrijven.
Reageer op deze recensie