Primitief leven in de Zweedse bossen
Wat als de samenleving je tegen gaat staan, wat als je je zo druk maakt over de consumptiemaatschappij dat je er werkelijk ziek van wordt? Het was waar de Deense Andrea Hejlskov (1975) tegenaan liep. Er was maar één optie: Met het hele gezin vertrekken naar de Zweedse bossen om een jaar te leven in een hutje in de natuur. Het was een droom die werkelijkheid werd maar wel met vallen en opstaan, hoogte en veel dieptepunten. Hejlskov hield online een blog bij en verwerkte hun verhaal tot een boek: Wij in het wild. Ze studeerde psychologie en werkte als coach, public speaker en columnist en woont sinds 2011 in de Zweedse bossen met haar gezin. Nu noemt ze zich rewilder, huizenbouwer en bosbewoner.
In de Zweedse bossen zijn op diverse plaatsen kleine verlaten hutjes te vinden, overblijfselen uit vroeger tijden. Zestien vierkante meter, groter zijn de zogenaamde Säberstuga's niet. Andrea en haar gezin vinden een hutje met de naam Svensäter op een berg, vlakbij een riviertje en een meer. Het is een idyllische plek en het biedt genoeg mogelijkheden voor het plaatsen van een tipi en het bouwen een blokhut.
Het is zomer wanneer ze hun intrek nemen in de hut. Ze maken al snel kennis met een buurman 'de Kapitein' die hun helpt met het nieuwe leven in het bos. Het is opvallend hoe snel zij en vooral de kinderen zich aanpassen, maar de zomer blijkt een slecht referentiekader. Zodra de herfst invalt wordt het leven zwaar. Dingen gaan kapot, alles is nat en de bouw van de blokhut loopt constant vertraging op ondanks alle hulp die ze krijgen. De tijd gaat te snel en lichamelijke problemen spelen op en ook de onderlinge verhoudingen veranderen, en meestal niet ten goede. Als de winter begint en de blokhut nog niet af is, moeten ze een drastische keuze maken.
Andrea Hejlskov vertelt het verhaal zoals ze het hebben beleefd. De vele geluksmomentjes, de prachtige natuur, de rust en de geluiden van de dieren en hoe ze met elkaar weer een gezin werden en weer echt met elkaar konden praten. Maar ze laat ook de andere kant van het primitieve leven in de natuur zien. Het is zwaar en fysiek inspannend, er is een chronisch tekort aan geld, depressies steken de kop op, boosheid en zelfs het verlies van liefde zijn een direct gevolg. Ook de contacten met andere bosmensen verlopen niet vlekkeloos en zorgen voor veel spanningen.
Het is een boek met een positieve boodschap: "Laat het leven achter je en kies voor jezelf en de vrijheid in de natuur" maar de sfeer in het boek is anders. De impact van het eerste jaar in het Zweedse bos haalt zoveel naar boven bij deze mensen en het wordt zo eerlijk verteld dat het duidelijk is dat het hebben van dromen en het uitvoeren ervan niet altijd rozengeur en maneschijn is. Ze weten er het beste van te maken maar ze realiseren zich ook dat er compromissen nodig zijn en maken aan het einde van het jaar een belangrijke keuze.
Het einde van het jaar 2011 is ook het einde van het boek en dat is jammer, want hoe gaat het verder? In 2018 wonen ze namelijk nog steeds op primitieve wijze in het bos maar Andrea keert regelmatig terug naar de gewone samenleving waar ze lezingen geeft over hun leven en de kinderen hebben hun eigen levens. Deze aanvullende informatie in een nawoord was een betere afsluiting geweest, nu is de lezer aangewezen op andere bronnen om dat te vinden.
Wij in het wild is een interessant en informatief boek, waarbij vooral de persoonlijke en mentale aspecten van het leven in een Zweeds bos goed worden uitgewerkt. Schoonheid en rust tegenover de keiharde realiteit van primitief leven met alle respect voor de rewilders die kiezen voor een heel nieuw leven.
Reageer op deze recensie