Lezersrecensie
Mooi eerbetoon aan de Amerikaanse 'dromers'
03 april 2018
'Zie de dromers’ is de debuutroman van Imbolo Mbue. En wat voor een debuut! Het is een super sterke roman over een actueel thema! Mbue, schrijfster van Kameroense afkomst, woont al meer dan tien jaar in de VS, en heeft er gestudeerd. Ik wens haar alle goeds toe in deze tijden van opflakkerende weerstand tegen en van letterlijk meer obstakels die in de weg worden gelegd voor (legale!) immigratie naar de VS. Zij beschrijft in dit boek een Kameroens koppel, Jende Jonga en zijn vrouw, Neni, dat een beter leven wil opbouwen in de VS, en meer ambities heeft dan in het dorp van afkomst te blijven wonen. Ze zijn een voorbeeld van de zogenaamde groep ‘dromers’ die de Amerikaanse droom willen nastreven die zowel enthousiasmerend als verraderlijk kan zijn. Geschreven én vertaald naar het Nederlands in 2016 zitten we met dit verhaal midden in de huidige voortrazende tijd, waar Mbue ook een aantal mooie nominaties mee binnenhaalde. Jonathan Franzen op de cover: “Imbolo Mbue zou overal en in elke taal een formidabele verteller zijn.”
In het boek leren we Jende kennen, die eerst alleen naar de VS is gekomen, en na in New York in minder goede omstandigheden te hebben gewoond, zijn vrouw Neni en zoontje Liomi heeft laten overbrengen, van zodra hij hen een wat redelijker onderdak kon aanbieden. Gelukkig heeft hij een neef Winston, die hem praktisch en financieel bij staat bij veel zaken. Jende zet in het begin van dit boek, in het najaar van 2007, zijn eerste stappen als chauffeur van Clark Edwards, een topman bij Lehman Brothers, en zijn gezin, een droomjob die hem beter laat verdienen dan ooit voorheen en betere voorwaarden biedt. Zijn vrouw en hij hebben een ietwat ander statuut: hij heeft in feite niet de juiste papieren om hem tegen uitzetting te beschermen als ze hem zouden aanhouden maar nam via Winston al een advocaat in de arm, weliswaar van twijfelachtig allooi, drie weken nadat hij in de VS was toegekomen; zijn vrouw studeert via een studentenvisum en droomt ervan apotheker te worden omdat ze als kind hoorde dat dit een nuttig beroep is om mensen mee te helpen.
Jende en Neni werken allebei hard aan hun geluk, zij is een heel ijverige studente die niet met gemiddelde cijfers tevreden is, maar wil excelleren om zo haar kansen nog te vergroten. Als zij in haar vakantie ook nog wordt aangenomen als huishoudster voor Clark’s vrouw en daarvoor riant vergoed wordt, is ze daar des te gelukkiger mee. Buiten de noodzakelijke uitgaven gaat het meeste van hun inkomsten naar een spaarpotje om daarmee een nog beter leven te kunnen bekostigen en in de eerste plaats de papieren voor Jende.
Achter de rijke façade van de familie Edwards, die twee zonen hebben, waarvan er al één het huis uit is, vinden de Jonga’s uit dat het ook niet al goud is dat blinkt, en blijken er verschillende geheimen aan de oppervlakte te komen. Cindy, de vrouw van Clark, leidt een rijkeluisleventje à la ‘Desperate housewives’ met haar vriendinnen, ook al heeft ze het beste voor met haar jongste zoon, Mighty, maar blijkt onder de oppervlakte heel ongelukkig te zijn en een laag zelfbeeld te hebben. De Jonga’s leren ook Vince kennen, de oudere zoon die op kamers zit om te studeren, maar die niet aan de vooringenomen verwachtingen van zijn ouders wil beantwoorden, en die zijn spirituele heil in tegenstelling tot wat zijn ouders willen, in het buitenland gaat zoeken. De Jonga’s kunnen beide jongens trouwens wel een warme, zorg en vertrouwen gevende omgeving bieden dit in tegenstelling tot hun eigen ouders.
Clark krijgt uiteraard te maken met de grote bubbel waarin Lehman Brothers zich bevindt, en vraagt zich bij wijlen inderdaad af waar zijn bedrijf en zijn collega’s in godsnaam mee bezig zijn. Op termijn ontploft deze bubbel uiteraard, en zal het schandaal in de media het koppel achtervolgen als schandvlek, maar financieel blijft Clark zijn schaapjes op het droge te kunnen houden, ook al kan hij Jende niet aanhouden als chauffeur. En de economie stort uiteraard in elkaar: weg de droom op een beter huis, op een even goede job in de toekomst voor Jende.
Dit tezamen met slecht nieuws van de immigratiedienst tekent uiteraard de evolutie bij de Jonga’s, die de nodige gevolgen inhoudt voor hun relatie. Daarom krijgt Jembe een ander vooruitzicht voor ogen: met zijn Amerikaans spaargeld, zijn gezin in hun land van afkomst een goed leven te bieden. Als ze in de VS zouden blijven, zou het steeds puzzelen zijn en bijeenschrapen van geld in slecht betaalde baantjes. Nu Neni zo goed vertrouwd is geraakt in hun wijk in New York, met een zeer dichte gemeenschap van Afrikaanse immigranten, en met het uitzicht op een goede opleiding, ziet ze dit echter totaal niet meer zitten, en zo groeien ze meer uit elkaar. Jende blijft de man, de kostwinnaar, die de beslissingen neemt, hoe weinig Neni dit ook ziet zitten, en hoe Amerikaans Neni ook geworden is, daar kan en durft ze hem amper in tegenspreken. “Ze zeggen dat de economie gaandeweg zal verbeteren, maar zal ik jou eens wat vertellen? Ik weet niet of ik wel zo lang kan wachten. Ik weet niet of ik deze lijdensweg nog langer wil doorstaan omdat ik zo nodig in Amerika moet wonen.”
Het ganse boek is een aaneenschakeling van overwinningen en tegenslagen voor de Jonga’s tegen de achtergrond van de wereldwijde economische achteruitgang van 2007-2008. Ook het gezin Edwards wordt trouwens zeer menselijk neergezet, hun menselijke emoties en zwakten komen uiteindelijk ook naar boven die in tegenstelling komen te staan met hun rijke, comfortabele leventje waarin veel voor hen gedaan wordt. Thema’s als immigratie, armoede én decadente rijkdom, de invloed van een ineenstortende economie, cultuur, geweld, de dominantie van mannen, en de rassenkwestie in de VS worden behandeld. Het verhaal is enorm meeslepend, de personages worden levend vanaf de eerste pagina waarin je je volledig kan verplaatsen. Het is genieten van de vertelkracht en de sterke sfeersetting van Mbue. Ook de krachtige, beeldende taal en de Nederlandse vertaling doen zeker geen afbreuk aan het boek. De dromers in Amerika krijgen met dit verhaal een mooi eerbetoon toegekend.
In het boek leren we Jende kennen, die eerst alleen naar de VS is gekomen, en na in New York in minder goede omstandigheden te hebben gewoond, zijn vrouw Neni en zoontje Liomi heeft laten overbrengen, van zodra hij hen een wat redelijker onderdak kon aanbieden. Gelukkig heeft hij een neef Winston, die hem praktisch en financieel bij staat bij veel zaken. Jende zet in het begin van dit boek, in het najaar van 2007, zijn eerste stappen als chauffeur van Clark Edwards, een topman bij Lehman Brothers, en zijn gezin, een droomjob die hem beter laat verdienen dan ooit voorheen en betere voorwaarden biedt. Zijn vrouw en hij hebben een ietwat ander statuut: hij heeft in feite niet de juiste papieren om hem tegen uitzetting te beschermen als ze hem zouden aanhouden maar nam via Winston al een advocaat in de arm, weliswaar van twijfelachtig allooi, drie weken nadat hij in de VS was toegekomen; zijn vrouw studeert via een studentenvisum en droomt ervan apotheker te worden omdat ze als kind hoorde dat dit een nuttig beroep is om mensen mee te helpen.
Jende en Neni werken allebei hard aan hun geluk, zij is een heel ijverige studente die niet met gemiddelde cijfers tevreden is, maar wil excelleren om zo haar kansen nog te vergroten. Als zij in haar vakantie ook nog wordt aangenomen als huishoudster voor Clark’s vrouw en daarvoor riant vergoed wordt, is ze daar des te gelukkiger mee. Buiten de noodzakelijke uitgaven gaat het meeste van hun inkomsten naar een spaarpotje om daarmee een nog beter leven te kunnen bekostigen en in de eerste plaats de papieren voor Jende.
Achter de rijke façade van de familie Edwards, die twee zonen hebben, waarvan er al één het huis uit is, vinden de Jonga’s uit dat het ook niet al goud is dat blinkt, en blijken er verschillende geheimen aan de oppervlakte te komen. Cindy, de vrouw van Clark, leidt een rijkeluisleventje à la ‘Desperate housewives’ met haar vriendinnen, ook al heeft ze het beste voor met haar jongste zoon, Mighty, maar blijkt onder de oppervlakte heel ongelukkig te zijn en een laag zelfbeeld te hebben. De Jonga’s leren ook Vince kennen, de oudere zoon die op kamers zit om te studeren, maar die niet aan de vooringenomen verwachtingen van zijn ouders wil beantwoorden, en die zijn spirituele heil in tegenstelling tot wat zijn ouders willen, in het buitenland gaat zoeken. De Jonga’s kunnen beide jongens trouwens wel een warme, zorg en vertrouwen gevende omgeving bieden dit in tegenstelling tot hun eigen ouders.
Clark krijgt uiteraard te maken met de grote bubbel waarin Lehman Brothers zich bevindt, en vraagt zich bij wijlen inderdaad af waar zijn bedrijf en zijn collega’s in godsnaam mee bezig zijn. Op termijn ontploft deze bubbel uiteraard, en zal het schandaal in de media het koppel achtervolgen als schandvlek, maar financieel blijft Clark zijn schaapjes op het droge te kunnen houden, ook al kan hij Jende niet aanhouden als chauffeur. En de economie stort uiteraard in elkaar: weg de droom op een beter huis, op een even goede job in de toekomst voor Jende.
Dit tezamen met slecht nieuws van de immigratiedienst tekent uiteraard de evolutie bij de Jonga’s, die de nodige gevolgen inhoudt voor hun relatie. Daarom krijgt Jembe een ander vooruitzicht voor ogen: met zijn Amerikaans spaargeld, zijn gezin in hun land van afkomst een goed leven te bieden. Als ze in de VS zouden blijven, zou het steeds puzzelen zijn en bijeenschrapen van geld in slecht betaalde baantjes. Nu Neni zo goed vertrouwd is geraakt in hun wijk in New York, met een zeer dichte gemeenschap van Afrikaanse immigranten, en met het uitzicht op een goede opleiding, ziet ze dit echter totaal niet meer zitten, en zo groeien ze meer uit elkaar. Jende blijft de man, de kostwinnaar, die de beslissingen neemt, hoe weinig Neni dit ook ziet zitten, en hoe Amerikaans Neni ook geworden is, daar kan en durft ze hem amper in tegenspreken. “Ze zeggen dat de economie gaandeweg zal verbeteren, maar zal ik jou eens wat vertellen? Ik weet niet of ik wel zo lang kan wachten. Ik weet niet of ik deze lijdensweg nog langer wil doorstaan omdat ik zo nodig in Amerika moet wonen.”
Het ganse boek is een aaneenschakeling van overwinningen en tegenslagen voor de Jonga’s tegen de achtergrond van de wereldwijde economische achteruitgang van 2007-2008. Ook het gezin Edwards wordt trouwens zeer menselijk neergezet, hun menselijke emoties en zwakten komen uiteindelijk ook naar boven die in tegenstelling komen te staan met hun rijke, comfortabele leventje waarin veel voor hen gedaan wordt. Thema’s als immigratie, armoede én decadente rijkdom, de invloed van een ineenstortende economie, cultuur, geweld, de dominantie van mannen, en de rassenkwestie in de VS worden behandeld. Het verhaal is enorm meeslepend, de personages worden levend vanaf de eerste pagina waarin je je volledig kan verplaatsen. Het is genieten van de vertelkracht en de sterke sfeersetting van Mbue. Ook de krachtige, beeldende taal en de Nederlandse vertaling doen zeker geen afbreuk aan het boek. De dromers in Amerika krijgen met dit verhaal een mooi eerbetoon toegekend.
1
Reageer op deze recensie