De schrijver in het mediatijdperk
Wie is Sander Bax, en wat heeft hij te zeggen over De Literatuur in Nederland? Bax is universitair hoofddocent literatuurwetenschap, cultuurgeschiedenis, en vakdidactiek Nederlands bij de Universiteit van Tilburg – best veel tekst voor op één visitekaartje. Hij werkt aan een literatuurgeschiedenis van de twintigste eeuw, en schreef eerst dus dit boek, waarin hij onderzoekt of er in dit door de media gedomineerde tijdperk nog wel ruimte is voor ‘echte’ literatuur die vernieuwend of tegendraads is.
Goeie vraag, die niet in een paar soundbytes te beantwoorden is. Daarom pakt Bax het schematisch aan en definieert eerst de hoofdvraag van dit boek: ‘Hoe beïnvloeden de ‘discursieve’ (ongeschreven) regels van het medialandschap het gesprek over literatuur in de massamedia van de eenentwintigste eeuw?’ Met massamedia bedoelt hij radio, tv, dag- en weekbladen en sociale media.
Hij stelt drie van deze ‘regels van de hedendaagse mediacultuur’ aan de orde, en geeft ook aan waarom ze op gespannen voet staan met meer klassieke definities van literatuur. Regel 1 gaat over ‘succes’. Een succesvolle schrijver is aantrekkelijk voor de media, zodat de kans sterk toeneemt om aan de tafel van bijvoorbeeld Jeroen Pauw uitgenodigd te worden. Regel 2 verstrengelt zich daar direct mee: ‘de fascinatie van media voor het ‘echte, intieme, waargebeurde’. Als je succesvolle boek ook diep tragisch is, zal bijvoorbeeld M geïnteresseerd zijn, en zal Margriet niet alleen over het boek beginnen, maar verder graven naar liefst schokkende privé zaken. Hoe meer deze twee aspecten met elkaar samenhangen, hoe meer media-aandacht. Regel 3 tenslotte gaat over actualiteit en politiek. Als je roman een actueel of politiek standpunt verkondigt (bij voorkeur controversieel), dan stijgt de kans aanzienlijk om bijvoorbeeld bij Matthijs van Nieuwkerk aan tafel te komen.
Dit alles is niet nieuw, de insteek van Bax wel: hij zoekt uit of in het huidige medialandschap de definitie van hedendaagse literatuur vergeleken met klassieke literatuur nog wel hetzelfde is. Dat lijkt me niet, zou de oplettende lezer zeggen en inderdaad, die twee definities staan op gespannen voet met elkaar. Maar, en dat is het goede nieuws, ze sluiten elkaar ook niet uit. Het boek geeft een aantal voorbeelden van schrijvers die in het nieuws zijn geplonsd. Daarover volgt een grondige analyse: in welk tv-programma verschenen ze, en welke andere media zoals kranten, tijdschriften, blogs, besteedden aandacht aan ze? De analyses volgen zulke verschillende schrijvers als Maxim Februari, Herman Koch, Kluun, Saskia Noort, Connie Palmen, Abdelkader Benali. Die afwisseling maakt het boek prettig leesbaar, naast de soms taaiere theorie.
We krijgen een goed beeld van het Nederlandse medialandschap, en als we aspirant schrijver zouden zijn, vergaren we tegelijkertijd uitstekende tips om met ons literaire werk in de media te scoren. Een aanrader: “De media bieden voor schrijvers mogelijkheden om aandacht te genereren, nieuw werk te presenteren, maar ook om een maatschappelijk punt te maken. Maar wie van die mogelijkheden gebruikmaakt, kan niet anders dan het mediaspel meespelen. Dat betekent voortdurend manoeuvreren tussen wat je van jezelf wilt laten zien en het beeld dat het medium van jou wil laten zien.”
Reageer op deze recensie