Feelgood vol rampspoed en humor: Deckers kan dat
Het gaat Annabel niet voor de wind. En dat is zacht uitgedrukt. Op haar 18e verjaardag verloor ze beide ouders. Nu, de dag voor haar 25e verjaardag, staat haar hele leven weer op zijn kop. Ze dreigt niet alleen het nagelaten familiekapitaal te verliezen, maar ook haar huis én haar relatie. De mensen die ze dacht te kunnen vertrouwen blijken toch niet zo betrouwbaar te zijn en zelf is ze ook niet bepaald druk geweest met het veiligstellen van haar toekomst. Ze was vooral erg goed in geld uitgeven. Maar nu ze dat allemaal kwijtraakt én geen baan heeft, zal ze heel wat moeten veranderen om een dak boven haar hoofd te hebben en eten in de koelkast. Helaas doet ze dat niet op de meest handige manier. Verstrikt in twee mannen, twee identiteiten en financiële problemen lijkt er geen einde te komen aan de ellende.
Daphne Deckers (1968) is niet alleen mama en vrouw van bekende tennisser Richard Krajicek, ze is ook model, presentatrice, actrice en schrijfster. Van columns tot jeugdliteratuur en non-fictie, ze doet het allemaal, waarbij ze vooral veel inspiratie vindt in het moederschap. Na haar debuutroman Alles is zoals het zou moeten zijn, is Dubbel zes haar tweede roman. Met een eindeloos C.V. lijkt Deckers een alleskunner te zijn. Maar heeft ze, zo veelzijdig als ze is, ook genoeg talent om van Dubbel zes een succesvolle roman te maken?
De lezer wordt gelijk op de proef gesteld. Hoewel de nieuwsgierigheid wordt geprikkeld door een mid-twintiger zonder ouders in een politiecel, is de opbouw traag en rommelig. Dat is mede te wijten aan de onduidelijke overgangen van heden naar verleden. Te langzaam vertelt Annabel wat er is gebeurd met haar ouders, haar relatie en hoe ze uit de cel gered moest worden door haar onderhuurder. Beetje bij beetje worden achtergronden duidelijk als Annabel de lezer meeneemt in haar malende gedachtestroom en hersenspinsels. De zinnen zijn lang, er wordt regelmatig gevloekt en Deckers is niet vies van het gebruik van Engelse woorden. In het begin is dat veel. Heel veel. De lezer wordt van hot naar her geslingerd tussen heden en verleden en wordt overstelpt met verschillende emoties: verdriet om het verlies van ouders, de walging van al het onbegrip, de overdosis pech waarop Annabel wordt getrakteerd, met als klap op de vuurpijl ook nog de tenenkrommende onhandigheid van deze twintiger.
Wanneer de lezer eenmaal gewend is aan deze drukke manier van schrijven, en het verhaal na een langzame start op gang is, wil je nu ook wel eens weten hoe Annabel dit allemaal gaat oplossen. Nieuwsgierigheid houdt je lezende. Ondanks dat Annabel de zaken niet handig aanpakt, ze decadent leefde, veel te makkelijk geld uitgaf en goedgelovig was, is ze wel ontzettend creatief in het verzinnen van oplossingen. En bovenal: het mag dan tegenzitten, ze steekt haar hand in eigen boezem en neemt het leven zoals het komt. Ook veel lof voor haar heerlijke gevoel voor humor. Een tikkeltje grof, maar ontzettend scherp waardoor hardop lachen niet te voorkomen is. Of het nou gaat over seks of leiderschap, Annabel heeft er een mening over.
“‘Een typisch geval van zeemeeuw management,’ fluisterde ze. ‘Krijsend binnenkomen, alles onderschijten en een heleboel rotzooi achterlaten.’”
De gevatte opmerkingen van Annabel uit de scherpe pen van Deckers, de hilariteit en opeenstapeling van tegenslagen nemen je mee door het verhaal. Ook de diversiteit aan karakters maakt het geen moment saai. De knappe filmster met zijn schattige hondje, de lieve dierenarts en het secreet van een assistente, de hoofdredacteur en baas met ballen en de sneue harteloze ex: een bont, maar fijn gezelschap. Af en toe voelt de rampspoed van Annabel idioot en exorbitant, maar het geheel klopt.
Leek het einde in eerste instantie ver weg, het enigszins voorspelbare einde werd uiteindelijk in sneltreinvaart bereikt. Met haar scherpe en humoristische toon is het Daphne Deckers gelukt om van Dubbel zes een geslaagde feelgoodroman te maken.
Reageer op deze recensie