Lezersrecensie
Geen hoge ogen gegooid
Is het werkelijk mogelijk om helemaal opnieuw te beginnen?
Of is de teerling al geworpen en is ons levenslot bepaald door onze daden en onze omstandigheden?
Zo begint de achterflaptekst van deze roman.
Lukt het de bekende filosoof Jean-Paul Sartre om dit boeiende thema op papier te laten leven?
Jean-Paul Sartre
De filosoof Jean-Paul Sartre (1905-1980) wordt beschouwd als de vader van het Franse existentialisme, waarbij de uniciteit van het individu centraal wordt gesteld. Volgens hem bestaat er geen God en is de mens ‘veroordeeld om vrij te zijn’ en aldus zelf betekenis te geven aan zijn bestaan.
Sartre schreef ook romans en toneelstukken. In 1964 werd hem zelfs de Nobelprijs voor de Literatuur toegekend voor zijn autobiografische werk De woorden. Hij weigerde deze echter omdat hij zijn vrijheid wou behouden en geen prijs in ontvangst wou nemen van het burgerlijke establishment dat eerst op hem neerkeek. Meer daarover kan je hier lezen.
Ben je geïnteresseerd in een beknopte biografie? Neem dan zeker een kijkje op historiek.net.
Les jeux sont faits
Deze oorspronkelijke titel is een Franse uitdrukking die je hoort in casino’s op het ogenblik dat er geen weddenschappen meer mogen afgesloten worden. Alles staat vast en je kan niets meer veranderen. Dat is tevens het uitgangspunt van het boek.
Eva en Pierre worden op hetzelfde ogenblik vermoord.
Tijdens hun leven op aarde kenden zij elkaar niet, maar in het hiernamaals komen ze elkaar tegen en ontdekken ze dat zij eigenlijk voor elkaar voorbestemd waren. Ze krijgen de kans om terug te keren naar het rijk der levenden. Als hun liefde 24u standhoudt en alle hindernissen weet te overwinnen, dan mogen zij hun verdere leven samen op aarde doorbrengen.
Het verhaal zag in 1943 het licht en werd in 1947 gepubliceerd.
Datzelfde jaar werd het ook verfilmd.
Een stukje zien? Klik dan hier.
Leeservaring
Alle ingrediënten voor een goed verhaal zijn aanwezig: het lot als boeiend uitgangspunt, een erg filmische opbouw, moord, intriges, personages uit verschillende milieus,…
En toch weet Jean-Paul Sartre niet te overtuigen.
Het eerste wat opvalt, is dat het hele boek een schoolvoorbeeld is van hoe het “Show don’t tell”-principe met de voeten wordt getreden. Alle emoties worden letterlijk benoemd. De personages zijn kwaad, vrolijk, ontroerd,…
Bovendien verandert hun geestesgesteldheid binnen enkele seconden van het ene uiterste naar het andere. Daardoor voelen de benoemde emoties onecht aan, wat het zeer moeilijk maakt om je in de bordkartonnen figuren in te leven.
Verder vallen ook verschillende inhoudelijke tegenstrijdigheden op.
Waar de dode hoofdpersonen elkaar op pagina 68/69 niet kunnen aanraken, kunnen ze dat op p 71 plots wel.
p69: Dan brengt Pierre zijn handen naar voren als om ze op de schouders van de jonge vrouw te leggen, vervolgens trekt hij ze met een soort teleurstelling weer terug.
‘Goeie god,’ zegt hij, ‘hoe heerlijk zou het zijn je schouders aan te raken. Ik zou je adem willen voelen wanneer je tegen me lacht. Maar ook dat heb ik gemist. Ik heb je te laat ontmoet…’
p71: Pierre grijpt hartstochtelijk de arm van Eva. Maar hij laat hem meteen weer los en zijn gezicht wordt weer ernstig onder de strenge blik die de oude dame op hem werpt.
Pierre werd beschoten. Na zijn terugkeer uit het hiernamaals blijkt hij daarbij echter niet verwond te zijn geraakt. Men leest immers Hij laat hun zijn mouw zien, waarin ter hoogte van zijn schouder een gat zit., maar verder lijkt hij niet gewond te zijn en heeft hij geen verzorging nodig. Nu is het moeilijk voor te stellen dat er een gat in een hemdsmouw zit en dat de beschoten persoon daar geen enkele last van heeft. Zelfs een schampschot zorgt voor de nodige last en vraagt verzorging. Maar hier heeft de hoofdpersoon geen schrammetje.
En zo zijn er nog enkele voorbeelden te vinden.
Valt het boek dan volledig tegen?
Nee. Het filmische aspect komt vooral tot uiting in het voortdurende wisselen van uitgangspunt. De lezer switcht telkens tussen de situatie van Pierre en die van Eva. Dit wordt duidelijk weergegeven in de titel van de stukjes waarin telkens de locatie van de scène vermeld wordt. Deze opbouw maakt dat het boek vlot leesbaar is en een beeldend karakter heeft.
Eindconclusie
Hoewel het boek heel wat elementen bevat die het verhaal tot een hoger niveau zouden kunnen tillen, heeft Jean-Paul Sartre een gouden kans laten schieten.
Van iemand die recht had op de Nobelprijs van de Literatuur hadden we een hoger schrijfniveau mogen verwachten.
Geen hoge ogen dus voor De teerling is geworpen.
Lot of toeval?
Een boeiend thema waarover reeds verschillende boeken en films zijn verschenen.
Kijk op mijn blog om hierover mee te praten of om tips te vinden.
3
Reageer op deze recensie