Boekenblogklus: Het Ministerie
Voor de nieuwe boekbloggerklus viel mijn oog op Het ministerie van Joop Quint. Waarom? Het was ingedeeld als literauur-roman/chicklit. Chicklit? Een mannelijke schrijver en een setting als het ministerie en dan een chicklit? Mijn nieuwsgierigheid was gewekt.
Korte samenvatting:
Henk Bakker wordt directeur Topsport van het ministerie van Sport, Voeding en Cultuur. Daar werken ongeveer honderd mensen. Hij kijkt zijn ogen uit. Er gebeuren allerlei ongelofelijke dingen, maar ze schijnen normaal te zijn. Na een tijdje denkt hij dat hij depressief wordt van zijn nieuwe baan. Intussen raakt hij betrokken bij het FOOS. Met het Fonds Oranje Olympische Spelen worden IOC-leden omgekocht om te zorgen dat de Olympische Spelen in 2028 in Amsterdam komen. Drijvende kracht achter het FOOS is een Amsterdamse wethouder. Zijn secretaresse is een charmante lesbienne. Henk wordt verliefd op haar, maar zij niet op hem. Zijn huis en café Marcella, vlak bij elkaar aan de Prinsengracht, zijn de enige vaste plekken in zijn leven. Uiteindelijk loopt bijna alles goed af.
Joop Quint
Over de schrijver is op internet niet veel te vinden.
Dit profiel vond ik op https://www.mediawerf.nl/auteurs/joop-quint
Joop Quint is zelfstandig gevestigd als organisatieadviseur in Amsterdam. Daarvoor was hij vanaf 1990 partner en mede-oprichter van het organisatieadviesbureau Hoorweg & Quint te Den Haag. Hij deed eindexamen (hbs-b) in Den Helder en in Altoona
(Pennsylvania, VS). In 1967 studeerde hij af als sociaal-psycholoog aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Quint begon zijn carrière als organisatieadviseur in 1968 bij het bureau Bosboom & Hegener te Amsterdam. Daarna werkte hij onder meer bij de Nederlandse Organisatie Kring in Utrecht. Hij deed ruim honderd projecten, veelal bij de overheden en non-profitorganisaties. Hij publiceerde vooral op het gebied van crisisbeheersing. Zijn hobby’s zijn koken, in het café zitten en thrillers schrijven. Dat doet hij in zijn woonplaats Amsterdam of in zijn stacaravan op Texel. Quint is vaste columnist van het Texelse dorpsmaandblad De Hoornder.
Opvallend is dat hij heel veel van zijn eigen ervaring heeft gebruikt in het boek. Zo was Henk een organisatie adviseur voordat hij naar het Ministerie overging. Henk woont in Amsterdam en bezoekt daar graag het café van Marcella en Elsofie doet een opleiding psychotherapie. En er wordt in het boek ook veelvuldig gekookt en gegeten.
Henk
Henk is een gewone man, heeft twee katten, houd wel van een sigaar. Hij had een goeie baan als organisatieadviseur, maar kiest voor een functie als Directeur Topsport op het ministerie in Den Haag. Daar gaat een hele nieuwe wereld voor hem open. Overleg na overleg met diverse afkortingen dag in dag uit, einde dag borrel, nog meer overleg, en zo raakt hij langzaam bekend met de cultuur van een overheidsinstantie en probeert zich erin aan te passen.
Er waren maar twee mogelijkheden: hij moest ook een beetje gek worden en dit allemaal normaal gaan vinden, of hij moest echt orde op zaken gaan stellen. blz 60
Maar het wringt, is dit wat hij wil? Depressie ligt op de loer. Gelukkig kan hij praten, met vrienden en vooral met Elselien, hij valt op haar, maar Elselien is lesbisch. En is de interesse van Elselien wel zo belangeloos?
Het was weer zo’n dag geweest met gedoe, met aardige mensen die niet deden wat hij wilde, met vergaderingen waar hij net zo goed niet bij had kunnen zijn, met stukken die niet goed warenn en weer terug moesten, met leeg gepraat tijdens de lunch, met telefoongesprekken die nergens over gingen. Henk betrapte zich erop. Het was weer zo’n dag dat hij alles niks vond. Een typische ministeriedag. Hij wist dat het gedeeltelijk in zijn hoofd zat. Hij moest ermee uitkijken, er kwamen teveel van dat soort dagen. blz 271
Het boek
Het ministerie is een aparte roman. Als genre staat roman/chicklit aangegeven, maar ik kan alleen maar bedenken dat dat laatste een foutje is. Het hele verhaal kabbelt. Het is een beetje als een soap zoals het werk op het ministerie wordt uitgelicht, en de persoon Henk is surrealistisch. Ik zou deze hele setting kunnen verplaatsen naar een satirisch tv programma, waar het waarschijnlijk hoog scoort, juist door het herkenbare, maar toch onwerkelijke karakter van de setting en de personages. Ook de drang om de Olympische Spelen van 2028 naar Amsterdam te halen speelt een grote rol.
Hij probeerde duidelijk te maken dat de mensen niet zoveel verschilden […], maar dat het systeem vreemd was en dat er vreemde dingen gebeurden. Hij vertelde maar niet over de collega van Voeding die hij met een breiwerkje in de koffiehoek was tegengekomen. Dat was toch niet uit te leggen. blz 104
De schrijfstijl is prettig en vlot, de hoofstukken variëren van heel kort tot net te lang. De bladspiegel mag opvallend worden genoemd, elke alinea wordt gescheiden door een witregel, waardoor het allemaal op zich zelf staande korte verhaaltjes zijn (lijken). Het maakt het lezen wel makkelijk, maar het vinden van een vloeiend lopende lijn is lastiger.
Wat ook opvallend is, is dat het hele boek wordt verteld uit perspectief van Henk, maar dat er een paar hoofdstukken ineens buiten vallen, omdat die ineens worden verteld door een ander personage. Per personage maar één keer en kort, het lijkt niets toe te voegen aan het verhaal.
Conclusie
Een boek wat voor de afwisseling een goede keus is. Een kijkje nemen in het reilen en zeilen van het Ministerie is niet voor iedereen weggelegd, maar dankzij Joop Quint kan dat toch. Of we het serieus moeten nemen? Met een korreltje zout…
Voor Henk is het duidelijk, directeur Topsport, het klinkt fantastisch, maar hij had beter plaatsvervangend directeur kunnen zijn, die doet alle leuke dingen. Voor Henk is het nog niet te laat, hij gaat terug naar waar hij vandaan komt en blijft dromen.
En ik? Ik heb me prima vermaakt met dit boek, maar een chicklit? Nee dat heb ik niet kunnen ontdekken.