Clubrecensie ‘Het geheim van de snoepfabriek’
Het is de droom van ieder kind: dat je ouders een snoepfabriek hebben en jij al die snoepjes mag proeven. Het is zeker de droom van Meda.
Geschreven door Marjoke
Meda haar vader en moeder zijn de trotse eigenaars van de snoepfabriek ‘Van Gent’! Die fabriek was vroeger van opa en daarna van oom Isak. De fabriek moest stoppen toen oom Isak doodging. Meda weet haar ouders over te halen om de fabriek weer op te starten. In het dorp is nog een andere snoepfabriek, de eigenaar is vast besloten te voorkomen dat Van Gent weer snoepjes gaat maken.
Opa was een echte meester in het maken van de lekkerste snoepjes, zelfs nu zijn ze nog bekend. De allerlekkerste waren de ‘zuchtjes’ :
Dat waren snoepjes, zacht en licht als een veertje. Rond en bijna plat en roomwit. Met een beetje geschaafde kokos erop.
Een zuchtje smolt op je tong voor je erop kon bijten. En de smaak bleef nog lang in je mond hangen.
Al snel laat Meda’s vader de eerste overheerlijke snoepjes van de band rollen: babbelaars. Met nog wat extra geld van de bank kan de fabriek weer helemaal starten. De bank stelt één voorwaarde: Van Gent moet weer de beroemde zuchtjes maken. Dus gaat iedereen op zoek naar het geheime recept, zelfs opa helpt mee in zijn rolstoel. Natuurlijk wil de eigenaar van de andere fabriek óók graag dat recept. Waar is het gebleven? Of zou het opa nog te binnen schieten?
Selma Noort schrijft luchtig. Haar personages zijn herkenbaar, een beetje ondeugend, vaak grappig en fantasierijk. Dat geldt ook voor Het geheim van de snoepfabriek. Leuk zijn de namen van de snoepjes: ‘babbelaars’ kennen we en een ‘zuchtje’ klinkt zo lekker dat je hoopt dat ze binnenkort ook in de winkel liggen. Een snoepfabriek die in verval is geraakt, is een omgeving die tot de verbeelding spreekt. Dat de eigenaar van de andere snoepfabriek een jongen inzet om Meda het recept afhandig te maken, maakt het ook spannend. Je voelt de twijfel van de jongen: kiest hij voor zijn vader of een meisje dat hij eigenlijk wel leuk vindt? Het thema is tijdloos, de omgeving ook. Jammer is wel dat in deze druk van het boek een verwijzing naar ‘Heel Holland Bakt’ is opgenomen, dat doet afbreuk aan het verhaal, terwijl dit niet echt nodig is. Het komt ook wat cliché over dat het altijd slecht weer is, als het spannend wordt, al zullen kinderen daar niet echt op letten.
Selma Noort (Leiden, 1960) publiceert al vanaf de jaren tachtig boeken, ze schrijft voor alle leeftijdscategorieën. Ze heeft inmiddels ook veel prijzen gewonnen, zoals de Vlag en Wimpel (2016) en de Thea Beckmanprijs (2016) voor De Zee kwam door de Brievenbus over de watersnoodramp van 1953 en een Zilveren Griffel (2003) voor Mag ik je spook even lenen.
De illustraties en de omslag zijn van Saskia Halfmouw (Den Haag, 1968), die meer boeken uit de serie ‘Het geheim van..’ voor haar rekening neemt en ook onder andere Fuchsia de miniheks van Paul van Loon heeft geïllustreerd.
Het boek is geschikt voor kinderen vanaf acht jaar. Ik geef het drie sterren.