Discussievraag 04: Stemmen
Vandaag (20/4/2020) heb ik een stukje toegevoegd aan deze discussievraag... ik ben benieuwd naar jullie reactie!
Apeirogon bevat een vrijwel oneindige hoeveelheid kleine en (iets) grotere stukken van een gebeurtenissen waarin een aantal personages een stem krijgen via McCann. Over die stemmen en wat ze zeggen, en wellicht over welke stemmen we missen, gaan we het nu hebben.
STEMMEN
Zijn (de stemmen van) de verschillende personages onderscheidend (genoeg)? Zijn ze eigen aan het personage? Geloofde je in ze? Welke stem sprak je het meeste aan, en waarom? Miste je stemmen, en zo ja, welke en waarom?
NB. Het zal jullie opvallen dat ik in de tekst hierboven stemmen afwissel met personages... dat komt omdat ik het niet prettig vind, zelfs wat respectloos om - ook al weet ik dat het boek voor een groot deel fictie is - personage of karakter te gebruiken. Het is, wat mij betreft, een boek vol stemmen ... losgezongen, en toch geworteld in de werkelijkheid. Maar trek van je van mij niets aan: Bassam en Rami zijn personages, net als hun dochters, vrouwen en alle anderen in het boek. Het is fictie. Punt.
(en, ik denk, dáárom wel werkelijker dan de werkeiijkheid voor mij ;))
TOEVOEGING 20/4/2020
Bovenstaande quote is afkomstig uit een review van The New York Times van Julie Orringer. Wat vinden jullie van bovenstaande?
Hieronder de (snel in elkaar geratste) Nederlandse vertaling:
"Te midden van deze geweldige complexiteit merkte ik dat ik zocht naar de stemmen van vrouwen, vooral die van de moeders van de meisjes. De vrouw van Rami, Nurit Peled-Elhanan, is een bekroonde filoloog, academicus en vredesactivist; Salwa Aramin, moeder van zes kinderen, is een mysterie, maar wanneer ze in dit boek verschijnt, is ze fascinerend: ze beschikt over een plagend gevoel voor humor, intellectuele nieuwsgierigheid, intens doelgericht, diepe rouw. McCann interpreteert Salwa's stilte als een keuze: als de journalisten 'haar woede hadden kunnen begrijpen, als ze die op de een of andere manier hadden kunnen vastleggen zonder er een spektakel van te maken, zou ze met hen hebben gepraat, maar ze wist het, ze wist het gewoon: een moslimvrouw , een Palestijn, de 'misdaad' van haar omstandigheden. Ze steunde wat Bassam deed, Rami ook, Nurit ook, maar ze wilde alleen het gewone nastreven. Daar zou ze zegen in vinden. ' Op deze pagina's is haar stilte echter niet nodig. En, zoals Salwa opmerkt, Nurit Peled-Elhanan is helemaal niet geïnteresseerd in zwijgen. In de weken na de dood van haar dochter sprak ze met de pers over haar overtuiging dat het Israëlische regeringsbeleid verantwoordelijk was voor de daad van zelfmoordaanslagen. Het boek bevat deze informatie, maar zou ons misschien meer toegang kunnen hebben gegeven tot het bewustzijn van Peled-Elhanan, of misschien tot Rami's verbeelding van de gevoelens van zijn vrouw."