Echo's in de bergen
afbeelding Dante Alighieri (http://www.ladantesa.com/)
Omdat we net De goddelijke komedie van Dante Alighieri hadden gelezen en onder de indruk waren van het boek, meenden we natuurlijk in elk volgend boek dat we gingen lezen, echo’s terug te horen van Dantes meesterwerk uit de veertiende eeuw. Maar tijdens het lezen van De Toverberg vonden we toch veel verwijzingen en overeenkomsten. Is Thomas Mann geïnspireerd geweest door Dante of is het ouderwetse inlegkunde* van ons? Lees wat we vonden en oordeel zelf.
In Dantes goddelijke komedie bezoekt Dante Alighieri in een visioen het hiernamaals, verdeeld in drie afdelingen, die nog eens allemaal onderafdelingen hebben. Op zijn reis door het hiernamaals heeft Dante twee gidsen. Vergilius, waar Dante een groot bewonderaar van is, begint als gids. Omdat Vergilius als ongedoopte geen toegang heeft tot het paradijs, wordt hij aan het eind van de louteringsberg vervangen door Beatrice, Dantes muze en jeugdliefde. De hel is een trechtervormig gat dat haar einde vindt in het midden van de aarde, waar de duivel huist. De louteringsberg is een gebied tussen hel en paradijs, bestemd voor o.a. zondaars die op het laatst tot inkeer zijn gekomen. De louteringsberg is daarmee het voorportaal van het paradijs. Het paradijs is in de hemel gesitueerd waar God op een troon in de hoogste sfeer zetelt. Als een ziel opstijgt van de louteringsberg naar het paradijs gaat dat gepaard met veel tumult en een beving.
De Toverberg doet natuurlijk al denken aan de titel van het tweede deel van de Goddelijke Komedie: de louteringsberg. Op de louteringsberg doorloopt je ziel een aantal ontwikkelingsfasen die een eeuwigheid kunnen duren. Ook Hans Castorp bevindt zich in een tijdloze, eeuwige wereld boven op een berg. Thomas Mann noemt het in één van de titels van het boek 'eeuwigheidssoep'. Het is niet zo zeer dat de dagen zich herhalen maar dat het steeds dezelfde dag is. De tijd is eigenlijk afwezig. Door de witte sneeuw bevinden we ons ook in een wat abstracte ruimte, geïsoleerd van al het andere leven op aarde. Ook ontbreekt het niet aan rituelen in de Toverberg net zoals op de louteringsberg: vier maal per dag wordt precies zeven minuten lang de temperatuur opgemeten met een kwikthermometer. Ook komt men met een ijzeren regelmaat zes keer per dag bij elkaar om te eten.
Bij de eerste ontmoeting van Hans Castorp met Settembrini haalt deze laatste meteen al Vergilius aan. Vergilius is Dantes gids in de eerste twee delen van De goddelijke komedie, in de hel en op de louteringsberg. Settembrini zal de humanistische gids worden van Hans Castorp, zijn mentor en pedagoog. Hij vermaant en waarschuwt Hans Castorp ook, net als Vergilius bij Dante doet.
afbeelding-http://wp.digischool.nl/latijn/examen-vergilius-2011/
We weten inmiddels ook uit de korte beschrijving van het leven van Hans Castorp dat hij gedoopt is. De zilveren doopschaal van de familie Castorp wordt uitvoerig beschreven. Hans Castorp heeft dus net als Dante toegang tot de louteringsberg.
Thomas Mann refereert een aantal keren letterlijk aan De goddelijke komedie van Dante. Zo noemt Settembrini Dante in het hoofdstuk De thermometer. In hoofdstuk Veranderingen vraagt Settembrini aan Hans Castorp: “Bent u niet bang voor de wervelstorm van de tweede hellekring die de zondaars des vlezes jonast en door elkaar schudt, de ongelukkigen die de rede hebben opgeofferd aan de lust?”. Ook Naphta heeft het in hoofdstuk Operationes spiritualis over danteske taferelen als hij spreekt over een bezoek aan het gekkenhuis. In hetzelfde hoofdstuk wordt verteld over de heilige Elizabeth die "ontstegen was tot in het derde engelenkoor”, een onderafdeling van Dantes paradijs.
Op ongeveer twee derde van De Toverberg, dezelfde plaats in het boek van Dante waar Beatrice de gidsrol overneemt van Vergilius, roept Settembrini uit: “Wat hoor ik ingenieur? Welk gerucht komt mij ter ore? Uw Beatrice keert weer terug? Uw leidster door alle negen tollende sferen van het paradijs? Nu, ik mag hopen dat u ook dan de leidende vriendenhand van uw Vergilius niet geheel zult versmaden!”
In het laatste hoofdstuk schrijft Thomas Mann: “…een historische donderslag die de aarde deed wankelen, maar voor ons de donderslag die de toverberg de lucht in jaagt en de zevenslaper ruw buiten de poorten zet.” Hier zitten een aantal verwijzingen naar Dante in de goddelijke komedie:
- Zowel Hans Castorp als Dante worden wakker na een visioen.
- Als een ziel opstijgt naar het paradijs in De goddelijke komedie, gaat dit gepaard met donderslag en beving.
- Hans Castorp wordt ook nog buiten de poorten gezet. Hiermee zullen de poorten naar de hel, de louteringsberg en het paradijs zijn bedoeld.
Hans Castorp, de ontwaakte zevenslaper, ruikt zwaveldampen (de geur van Dantes hel). Hans Castorp daalt de berg af, terug naar de aarde. De aarde waar Dante de hel situeerde. Hans Castorp, weten we, zal daar beneden op de aarde, inderdaad de hel aantreffen: de eerste wereldoorlog is begonnen.
- Jan Haas -
* Inlegkunde (of eisegese) is het interpreteren van een tekst door het projecteren van eigen vooronderstellingen. Dit in tegenstelling tot exegese (uitleg) die met objectieve criteria wil verklaren wat een tekst wil zeggen. Door uit te gaan van de eigen ideeën en niet van de intenties van de auteur is er een grote kans op misinterpretatie van de tekst.(http://www.encyclo.nl/begrip/Eisegese)