Vraag 6: Feministisch antwoord
Het verhaal speelt zich aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog en geeft een mooi tijdsbeeld van het gedachtegoed over vrouwen. De mannen filosoferen onophoudelijk met elkaar, waarbij alles uiteindelijk weer teruggebracht wordt op vrouwen. In het naschrift van de auteur is te lezen dat alle misogyne opvattingen over vrouwen en hun plaats in de wereld parafrasen zijn van teksten van tientallen auteurs, waaronder Freud en Nietzsche. Gedachtegoed over vrouwen die in die tijd dus gemeengoed was.
6.a Vind je dat je in dit verband en geplaatst in de tijd, de mannen (ze weten immers niet beter) van discriminatie kunt beschuldigen? Graag met toelichting.
6.b Het boek wordt gepresenteerd als een ‘briljant feministisch antwoord op De Toverberg’. Vind je, los van of je De Toverberg wel of niet hebt gelezen, dat een terechte aanprijzing?
6.c Of je het boek al dan niet als feministisch zou bestempelen, er zijn wel verwijzingen terug te vinden waarin duidelijk wordt dat de vrouwen hun recht laten gelden, zoals de wraak om elk jaar een mannenleven op te eisen, of misschien wel de keuze die Wojnicz op het eind maakt. Hoe staan jullie daar tegenover?