Grappen voor de schutters grappig?
Grappen voor de schutters van Mazen Maarouf is een "compacte bundel met verhalen in oorlogsgebied vanuit het perspectief van een jongen." Dat is althans wat de beschrijving ons vooraf meedeelde.
Het boek
Onbevangen, naïef, maar ook wraaklustig beziet het kleine jongetje, de hoofdpersoon en/of verteller in deze bundel, de wereld om zich heen. Hij ziet een koe die tijdens een bombardement door een bioscoop loopt, een man die auto’s in biscuits verandert, en vertelt de grappen uit het titelverhaal aan de schutters van de militie in ruil voor hun bescherming. Kortom, verhalen met een absurd tintje of zelfs ronduit absurde verhalen uit oorlogs- of bezette gebieden.
De deelnemers
Marianne, Marina, Huub63, Inge drewes, Guido Goedgezelschap, Anouk Wouts, Margo de vries, Lieke Roovers, Yves Vansteenkiste, Marcia, Ellen IJzerman, Paul Heijnen, Joke Zwier, Angele Steentjes en Alfred Wald stortten zich op basis van bovenstaande beschrijving en de preview vol enthousiasme op het boek.
De discussie
Omdat het om een verhalenbundel ging, én het aantal deelnemers overeenkwam met het aantal verhalen kreeg iedere deelnemer de kans om bij het aan haar of hem door het lot toegewezen verhaal een vraag of stelling te verzinnen, waarop de anderen dan konden reageren. Dat bleek een gelukkige aanpak, omdat zo telkens (toch) over andere aspecten van de verhalen werd gediscussieerd.
Toch, zoals hieronder bij de reacties en aan de recensies te zien is, zijn er een aantal terugkerende onderwerpen, zoals het gebrek aan (begrijpelijke) humor. Het is de deelnemers te prijzen dat het overgrote deel van hen die moeite hadden om van de verhalen te genieten, dat bleven proberen. Bij elk verhaal opnieuw. Inge Drewes zegt over het titelverhaal: "Ik vind eigenlijk geen een van de verhalen echt grappig. Het is duidelijk dat de schrijver humor gebruikt om de werkelijkheid te pakken, maar die werkelijkheid is zo gruwelijk, er zit steeds zoveel ellende achter, dat ik het heel lastig vind om de humoristische kant ervan te zien." Zij was niet de enige met een soortgelijke opmerking over het eerste verhaal.
Lieke Roovers bekent bij het tweede verhaal: "Ik zie weer helemaal geen lijn in het absurdisme, maar misschien komt dat nog." en vervolgt met: "In dit verhaal ontlokte Maarouf me mijn eerste glimlach als de jongen boos is omdat ze de ventilator moeten verkopen en hij geen stoere toneelstukjes meer op kan voeren voor het apparaat." Elders trekt zij vergelijkingen met Catch-22 en Slaughterhouse Five als zij zich afvraagt of het aan de zwaarte van de onderwerpen ligt dat het verhaal niet om te lachen is, om vervolgens te constateren dat het dát niet is. WOII, in Italië of Duitsland (aan het eind) was tenslotte ook gruwelijk genoeg, en toch "slagen [Catch-22 en Slaughterhouse] er wel in om daaruit humor te putten."
Guido Goedgezelschap, onderbouwt - zoals hij altijd doet in de leesclubs - zijn mening uitgebreid en vreest daarbij niet om over de verhalen heen te kijken, hoewel dat niet altijd helpt: "Als we toch praten over symboliek dat heb ik hier een opmerkelijke vaststelling: de vader is de ‘ enige ‘ die de aanslag met de vacuumbom overleefde. ‘ Enige ‘ is belangrijk in deze passage, want enkele verhalen verder in het boek komt dit nog eens terug. Ik ben er echter niet uit wat de bedoeling van de auteur is." Gelukkig was dit pas het derde verhaal dat we bediscussieerden en had Guido nog tijd genoeg om de bedoeling te achterhalen.
Als het om uitgebreid en deksels goed onderbouwde antwoorden gaat, had Guido deze keer een sterke concurrent aan Paul Heijnen, zoals uit Paul's antwoord bij het verhaal De grap blijkt. Bovendien schuwt Paul niet om vergelijkingen te trekken met zijn eigen situatie: "Ik vraag mij af of dit soort oorlogshumor in feite als kern heeft om degene die de grap maakt, de ander een moment - een tel - uit zijn gevangen patroon te halen. Een moment van lachen, om vervolgens weer hard in de werkelijkheid terug te vallen. Hoe ellendig de stituatie ook is, de grappenmaker gaat voor dat ene moment van bevrijding van de gevangenenkettingen van de ander en zichzelf. Het komt voor mij erg dichtbij als ik denk aan mijn eigen situatie: Levenslang, gevangen in een HersenCel. Het gaat om dat ene moment van bevrijding door wat die ander opmerkt. Een momentum dat gelijk weer verdwijnt."
Marianne geeft bij het verhaal Bioscoop aan "dat voor mij dit verhaal iets sprookjes-achtigs heeft. De terugkerende koe die gevolgd wordt en verder door niemand gezien wordt, de kaas die zich blijft vermenigvuldigen" en sluit af met de constatering dat zij dit verhaal - tot nu toe - het mooiste vindt.
Bij het verhaal Biscuit deelt iedereen, op verzoek van Anouk herinneringen aan ouders of grootouders. Zelf vertelt ze het volgende: "Mijn oma heeft er voor gezorgd dat ik weer aan het lezen ben. Vroeger als kind vond ik het leuk om te lezen maar als puber niet meer gedaan. Mijn oma wist dat ik de Harry Potter serie geweldig vond (toen alleen nog de films), dus zij besloot om voor mijn verjaardag de serie te kopen waardoor ik lezen weer geweldig vind. Ook vind ik het heel gezellig om dan samen met mijn oma bij de openbaar met een boek en wat lekkers te zitten of gewoon gezellig samen in bed een film of serie te kijken."
Yves Vansteenkiste legt, op de vraag van Margot wat de rol van Azra'il in het verhaal is, uit dat hij: "de engel des doods [is] die de ziel uit het lichaam van de mensen scheidt. Hij is magere Hein of Pietje de dood die met zijn zeis de levensloop doorsnijdt. Wie niet kan glimlachen wordt als vijandig ervaren. Dit verhaal gaat volgens mij alweer over verlies en dood." Waar eerder Marianne al kort en krachtig roept: "Azra’il is De engel des doods en daar verwacht je geen grappen van." Knap eensgezind zijn we met zijn allen, er is niemand die denkt dat Azra'il iets of iemand anders is.
Alfred Wald meldt bij het volgende verhaal:"Het andermansdromensyndroom vind ik echt een goed verhaal (het enige uit de bundel eigenlijk...) De werkelijkheid, de droomwerelden en fantasieën als (on)geregisseerde films lopen vloeiend in elkaar over en door elkaar heen. Het zou zelfs kunnen dat de ik-figuur en Hoesaam een en dezelfde zijn!" Lieke is het hartgrondig eens met Alfred, maar is ook over Biscuit wel te spreken. Inge en Huub sluiten zich hierbij aan.
Met Aquarium hebben velen het moeilijk. Het gaat te ver, anderen vinden het vies, maar Marina merkt het volgende op: "Dan bedenk ik dat ik heel wat kerken en musea heb bezocht waar je relikwieën van heiligen: teennagel, stuk bot,... tot de ontelbare monsters ' bloed van Christus' die je , soms nog liquid en wel, kunt bewonderen in gouden schrijnen. Als je onze werkelijkheid met een...tja..absurde/onrealistische/ufo? bril bekijkt, of gewoon met een nuchtere ( wat dat dan ook moge zijn) afstand beschouwt, zie je ineens ook vreemde dingen." Een terechte constatering...
Terwijl Alfred en Guido een korte uitwisseling over de Rode Duivels hebben, bij Een andere persoonlijkheid, en Yves op verzoek van Paul wat kookboeken tipt, breken anderen zich het hoofd over die roestige veiligeheidsspeld. Joke constateert dan ook eerst: "Ik vind dit echt een raar verhaal." om dan te vervolgen met deze interpretatie "Ik denk dat hij zich een andere persoonlijkheid wil aanmeten, omdat hij zich niet geliefd voelt. Hij kan voelt zich zekerder en sterker en tot alles in staat. Hij is invalide en misschien wel schizofreen en daarom heeft hij hulp nodig." Paul laat zich bij deze vraag wederom niet uit het veld slaan en trakteert ons op een uitgebreide analyse.
Paul vraagt bij De wekker naar (de symboliek) van de wekker voor jou en in het verhaal. Huub heeft op dat eerste niet 1-2-3 een antwoord, maar gaat dan verder: "De titel 'De wekker' heeft bij mij niet meteen een symboliek. De wekker heeft denk ik te maken met de realiteit tussen een droomwereld en de werkelijkheid. Een droom kun je vaak maar in gedeelten herinneren. De vrede is voor hem al te lang geleden dus weet hij niet meer wat dat eigenlijk inhoudt." Zo blijkt telkens weer, door de vragen die we aan elkaar stellen, dat we toch een heel eind komen bij het interpreteren van de verhalen. Of wat wij er gezamenlijk uit hebben gehaald er ook (zo) in gestopt is door de schrijver, is daarbij niet echt van belang.
Marcia kan zich zo inleven in Een kuipje jam dat zij zelfs in staat is om in een visitekaartje een wapen te zien. Zij legt dat bijzonder overtuigend uit aan ons: "Het visitekaartje is een wapen, omdat het een connectie is met de politiek. En connecties zijn waardevol. In oorlogstijd kunnen de juiste connecties het verschil maken tussen overleven en overlijden. De partijfunctionaris zou bijvoorbeeld in kunnen grijpen in de wapenhandel van het familielid. Op deze manier zou het visitekaartje als wapen gezien kunnen worden." Zo bezien is het geenszins absurd, nietwaar?
Angele geniet duidelijk van de antwoorden op haar vraag bij Gordijn, hoewel Huub daar wat 'grumpy' "Dit verhaal had weinig humor. Bij mij kon er nog geen glimlach van af" reageert, terwijl Yves lichtjes moest glimlachen om de zielige dwerg, besluit hij met "Echt humoristisch vind ik dit verhaal niet maar in dit boekje is het een welgekomen en wat luchtiger hoofdstukje."
Marcia heeft moeite met het laatste verhaal, zoveel zelfs dat ze het woord walging in de mond neemt. Maar, het gegeven dat de hoofdpersoon een stier blijkt te zijn, is dan wel weer tof. Zij concludeert, daar naar gevraagd door de vragensteller Alfred, dat dit (vertel)perspectief prima past in deze bundel, "omdat koeien en stieren vaker terugkomen én omdat er al zoveel absurditeiten gepasseerd zijn." Waaraan Lieke toevoegt: "Wat vooral past bij de rest van de verhalen is dat pas op het laatste moment wordt onthuld dat de verteller/ik-persoon een stier is. Het wordt gebracht als een twist en dat doet Maarouf wel vaker, zoals bijv. ook bij Het andermansdromensyndroom waar het einde het verhaal verandert."
Wat velen echter ontgaan is, denk ik, is dat Afred nog een vervolgvraag gesteld heeft... er kan nog geantwoord worden op de vraag:
In veel hoofdstukken spelen dieren een (hoofd)rol of noemt Maarouf ze tussen neus en lippen door. Dieren vielen me meteen al op, maar het waarom?
Waardering
Grappen voor de schutters ontving gemiddeld 2,5 sterren van de deelnemers, waarbij aangetekend dat de waardering varieerde van 1 ster tot en met 4 sterren. waarbij 3 sterren slechts één keer werd uitgedeeld. Redelijk zwart-witte meningen, dus...