In De leesclub rond Wolf Hall hebben we het al volop over ons markante hoofdpersonage gehad. Hij verdient nog een vraag, vind ik, in deze leesclub.

De b- en c-vraag mag je ook als 1 geheel beantwoorden, maar het was even overzichtelijker om het apart neer te zetten hier. 

Vraag 4:

a. Mag je Thomas Cromwell in dit boek meer of minder dan in Wolf Hall?

b. Het toneelstuk waarin kardinaal Wolsey werd bespot, lijkt een grote rol te spelen in dit boek. De mannen, de duivels, ontsnappen niet aan Cromwell's wraak. In hoeverre is het dit enkel wraak? Of vind jij, als lezer, ook dat hun misdaden groot genoeg zijn om daarvoor gestraft te worden? 
c. Verrast de actie uit deel b je? Had je verwacht dat Cromwell het zo zou aanpakken? Of vind je het atypisch voor hem?

d. Stelt Cromwell überhaupt het geluk van de koning nog op de eerste plek? Of vaart hij zijn eigen koers?

e. "Mijnheer, vraagt Rafe, kan de vrijheid van de koning worden verkregen met een spaarzamer gebruik van middelen? Minder bloedvergieten?
Luister, zegt hij. Als je het proces van onderhandelen en compromissen sluiten eenmaal hebt uitgeput, als je eenmaal tot de vernietiging van een vijand hebt besloten, dan moet die vernietiging snel en volledig zijn. Voordat je maar in zijn richting kijkt, moet je zijn naam op een arrestatiebevel hebben, de havens dicht, zijn vrouw en vrienden in je zak, zijn erfgenaam onder jouw hoede, zijn geld in jouw kluis en zijn hond op jouw hielen. Voordat hij 's morgens wakker wordt, moet je de bijl al in je hand hebben." 
Hoe passend vind je dit citaat voor Cromwell's karakter?