Eindverslag; giftige slangen en sterke vrouwen
Dit is het verslag van een bijzondere leesclub. Een leesclub met 20 zeer actieve en betrokken deelnemers, twee geweldig meepratende auteurs en twee leesclubleiders. Gea mocht 'stage' lopen en was in deze drukke groep echt een aanwinst. Het was een leesclub waarbij de deelnemers echt met elkaar in gesprek gingen en we het niet alleen over Het Evacomplex hadden, maar ook over Leiden en haar burgermeester, over verplichte leeslijsten op school, over andere boeken en de andere boeken van beide auteurs. Daarnaast ook een leeclub waarbij het boek door 8 deelnemers beoordeeld werd met 5 sterren en de rest vond het boek 4 sterren waard. Tot slot kregen de leesclubdeelnemers de uitnodiging van Jeroen Windmeijer om, als alles weer open is, met hem op wandeltocht door Leiden te gaan en alle plekjes uit zijn boeken te bezoeken. Lezen jullie mee?
De discussie
We begonnen de leesclub met de normale hoeveelheid van vijftien deelnemers, maar al snel meldden zich de eerste lezers met een eigen exemplaar en uiteindelijk waren we dus met een groep van 20 lezers en twee auteurs die zich mengden in de discussie, maar waar we ook in een aparte rubriek vragen aan mochten stellen. Het is een heel diverse groep, mannen en vrouwen en van zestigers tot tieners, iedereen doet mee.
Een heel aantal lezers heeft zich ingeschreven of het boek gekocht, omdat ze Jeroen Windmeijers eerdere werk kennen en waarderen. Een enkeling is ook bekend met het solowerk van Jacob Slavenburg, of het eerste gezamenlijke boek 'Het Isisgeheim' van dit duo. En natuurlijk zijn er ook deelnemers die helemaal blanco in het verhaal stappen. De cover van het boek spreekt ook aan. We praten over de slang met zijn (haar) cirkelvorm, over de rozenbottels?, de perkamentachtige achtergrond, de schildering uit de Sixtijnse kapel die omgedraaid is afgedrukt en de vage letters.
Willy: Ik wilde graag meedoen met deze leesclub, omdat ik het liefst historische romans lees van Nederlandse schrijvers met een dikte tussen de 350 en 1100 bladzijden. Dit is mijn eerste leesclub en toen ik las waar het boek over ging, was ik verkocht.
Over de schrijfstijl is iedereen het wel eens. Vlot, niet te ingewikkeld. Lekkere korte hoofdstukken waardoor je steeds door wilt lezen.
JKleest: Jeroen Windmeijer heeft een vlotte prettige schrijfstijl. Het boek wordt wat mij betreft niet gekenmerkt door prachtige volzinnen, maar is plotgedreven. De spanning van het verhaal staat centraal met daarbij natuurlijk ook veel aandacht voor de verwijzingen naar geschiedenis, kunst en religie.
de_Stefs: Ik vind de schrijfstijl van Jeroen heel prettig. Over het algemeen neemt hij de lezer namelijk goed 'aan het handje' mee in het verhaal, waardoor het ondanks de vele feiten en soms ingewikkelde inhoud goed te volgen is. En dan zonder dat het docerend of non-fictie overkomt, wat erg knap is.
De opbouw van het verhaal was ook onderdeel van gesprek. Het boek begint met een korte, maar indringende proloog. De beschrijving van een lijk met een opgerolde slang op zijn borst. Dan volgen er vier delen waarbij ieder deel echt een eigen karakter heeft. Deel één is de introductie van de verschillende personages, deel twee is meer gericht op de ontdekking van een dode en hier worden ook de twee rechercheurs geïntroduceerd. In deel drie komt het verhaal tot een hoogtepunt en komt Magda (journalist en één van de hoofdpersonages) tot haar grootste ontdekkingen over Eva en dan is deel vier de afronding. Hierna volgt dan toch nog een 'vrij bijzondere' epiloog. Als we het over de epiloog hebben krijgen we een reactie van Jacob Slavenburg:
Ik denk dat in een boek met een proloog ook een epiloog wordt verwacht. Jeroen is daar altijd heel sterk in en deze epiloog is pas na een aantal omwerkingen in zijn huidige vorm gekomen.
Soms zijn er nietszeggende prologen, maar een goede proloog moet mijns inziens een soort entree zijn van de dramatis personae en de actie in de volgende hoofdstukken.
Antoinette: Op één of andere manier vind ik dat een epiloog iets moet toevoegen. Eigenlijk weet je alles al van het boek, maar je neemt nog geen afscheid van elkaar, je krijgt als lezer een toegift.
Het verhaal is geschreven in de derde persoon en vanuit verschillende perspectieven. Over de rol van de verschillende personages wordt al vrij snel uitvoerig heen en weer geschreven. Er worden verbanden gezocht en vragen aan elkaar gesteld. Er is een soort tweedeling tussen Cat en Frank, de leden van de Pinkstergemeente, enerzijds en Magda en Hielco, de onderzoekers anderzijds. Maar ook worden de vrouwen tegenover de mannen gezet en als dan ook nog de dominee en zijn zoon een steeds grotere rol krijgen, worden die ook in de discussie meegenomen. Wat willen de schijvers zeggen met deze personen en in hoeverre zijn zij representanten van Bijbelse figuren?
Jeroen Windmeijer: Ik begon de oerversie met een ik-perspectief, maar dan krijg je allerlei problemen als schrijver omdat je dan alleen kunt schrijven over situaties waarbij zij aanwezig is. Of mensen moeten haar vertellen wat er is gebeurd.
Guido Goedgezelschap geeft ons prachtige omschrijvingen van de verschillende personages met verwijzingen naar bekende personen in de geschiedenis of in onze huidige tijd:
Frank is het voorbeeld van de man die zich door de ideeën van de dictator al te gemakkelijk laat gebruiken. Hij doet alles. Zelfs slangen meezeulen naar bijeenkomsten ondanks het feit dat hij zeer goed weet welke gevaren dat met zich kan meebrengen. Hij is vergelijkbaar met Goebbels, de onvoorwaardelijke rechterhand van …
Nel Crea schrijft over hetzelfde personage:
Vind ik een lieve stoere man, maar ondanks dat hij dol is op slangen en daar goed mee om kan gaan toch een beetje onzeker. Kan zich snel van de kaart laten brengen en soms staat hij niet helemaal in het echte leven.
We hebben het ook over de verhouding tussen verhaal en informatie. Het boek bevat namelijk naast een verhaal over misdaad en moord ook een heleboel uitleg over de verhalen in Genesis, het eerste Bijbelboek. Vanuit verschillende richtingen wordt er gekeken naar de zondeval en het eten van de appel.
Grafie: Ik vind het allereerst geweldig dat er zowel geschiedenis als verhaal in voorkomt. De verhouding tussen die twee is heel goed in balans. Bij de passages die puur verhalend zijn, is het heel vaak ontzettend spannend en maken ze je heel ongeduldig om verder te lezen. De passages geschiedenis zorgen eerst voor verbazing en ongeloof en daarna voor nog meer nieuwsgierigheid.
Marianne: Juist omdat het haast spelenderwijs gebeurt, had ik geen idee van de verhouding. Ik kan daar alleen maar uit concluderen dat de verhouding goed was. Op geen enkel moment het idee gehad dat ik meer of minder van een van de twee wilde.
Marijke: Heel slim gekozen om een hoofdpersoon te creëren die over deze materie schrijft en via verschillende kanalen, een foto, een rabbijn met informatie over Lilith, de informatie over de Sixtijnse Kapel, de gekregen informatie naar de lezer doorsluist.
Ook hadden we het over de verwijzingen naar actuele gebeurtenissen. Zo wordt er in het verhaal gesproken over de brand van de Notre Dame en over Freek Vonk die werkzaam is bij Naturalis. Zijn dit soort verwijzingen prettig of maakt het een boek snel gedateerd?
Leon: Ik vindt dat verwijzingen naar een gebeurtenis en of persoon in een boek laat zien dat de auteur weet waar hij over schrijft en niet zomaar iets opschrijft.
Als lezer weet je dan in welke periode het verhaal zich afspeelt, je weet dan in ieder geval dat het boek niet over vorige maand gaat. Daarom zijn historische boeken mooi om te lezen en je leert er van.Susanne: De brand in de Notre Dame is een prima ijkpunt, Freek Vonk vind ik dan minder, die herinnert niemand zich meer. Zo'n dertig (of meer) jaar geleden las ik een detective waarin de schrijver alle agenten en rechercheurs de achternaam had gegeven van de ministers van het kabinet van die tijd. Toen heel grappig, nu zegt het niemand meer iets.
VM van Erp: Dit soort verwijzigingen zijn een soort anker voor het verhaal en geven het een zekere geloofwaardigheid. Het zijn ook voor de lezer handvatten om het verhaal duidelijk te krijgen.
Het oordeel
De verwachtingen waren meest hoog en gelukkig zijn deze ook waargemaakt. Het Evacomplex kreeg van niemand minder dan vier sterren. Daarmee lijkt het een boek dat door veel mensen gewaardeerd zal worden. Zowel mensen die zich thuisvoelen in het historische genre, als mensen die meer houden van spannende boeken. Zelfs mensen met een voorkeur voor literatuur kunnen, door alle verbanden die gelegd kunnen worden en de thema's die worden aangehaald heel veel plezier aan dit boek beleven.
Catharina: Na Het Isisigeheim (2020) is dit succesvolle resultaat voortgekomen uit het tweede intelligente samenwerkingsverband van dit duo.
Ingrid Do: Een thriller is het niet echt te noemen, maar het is wel een spannend boek. Je wil het mysterie ontrafelen en het blijft tot het einde onduidelijk of dat gaat lukken.
Theemuts: Dit boek is naar mijn mening toch wel een van de beste, misschien wel het beste boek van Jeroen en Jacob. Ze nemen je mee op een fantastische reis over het geloof, geschiedenis, de kracht van de vrouw, slangen en vriendschap.
Gabriëlle: Voor de ene personage ontwikkel je sympathie, terwijl je aan de ander een hekel krijgt, wat voor mij inhoudt dat de schrijvers knap werk hebben geleverd als je als lezer bepaalde gevoelens tot een personage ontwikkelt.
Carin: Als je je ooit eens hebt afgevraagd hoe het nou zit met Adam en Eva, dan lees je in dit boek een versie die je niet loslaat. Een uniek boek.
Gea: Het Evacomplex is een mix van giftige spanning en - soms even giftige - religieuze inzichten.
Tot slot
Tommy vroeg zich af of we met deze groep alsjeblieft ook het volgende boek van Jeroen en Jacob mogen bespreken. Zo gezellig hadden we het blijkbaar met elkaar.
Tommy: Een fantastisch boek en misschien wel de leukste leesclub waar ik al aan heb deelgenomen.
Het Evacomplex kreeg van ons gemiddeld 4,4 sterren.