In het leescafé hadden we het al over de “bijzondere” schrijfstijl! 

Hier komt een uitgebreide vraag.

a. Graag je commentaar op de schrijfstijl en schrijftechnieken, denk aan: taal, woordkeuze, zinsbouw, beeldspraak, de dialogen, de vele flashbacks en flashforwards, de kattengezegdes,…. enzovoorts.

Heb je mooie citaten, deel ze met ons! En vooral mooie Vlaamse woorden / uitdrukkingen…

b. Wat vond je van de opbouw, met name Severine en Fauve in een alternerende rol qua perspectief. Was er verschil in schrijfstijl tussen Severine en Fauve?

c. Was het te merken in de schrijfstijl dat de “meisjes” langzamerhand ouder/volwassener werden? Zou je kunnen zeggen dat “Kattentijd” eigenlijk een ontwikkelingsroman is?

FACULTATIEF

d. De vraagt dringt zich toch op: Is er verschil tussen een Nederlandse en een Vlaamse auteur?