Eindverslag: “In een rijke en poëtische taal slaagt de schrijver erin de mooiste, maar ook de lelijkste ervaringen van het hoofdpersonage in beelden weer te geven.” (*)
(*) Quote Annick
Naar aanleiding van de nominatie van Meer dan een broer van de auteur David Diop, en prachtig vertaald door Martine Woudt uit het Frans naar het Nederlands door de studentenjury van de Europese Literatuurprijs, maar daarnaast ook door de professionele jury, mochten 15 lezers meedoen aan de leesclub rond dit boek. Twee lezers deden nog actief mee met een eigen exemplaar. Het boek was een welkome afleiding tijdens coronatijden en een stevige hittegolf maar allesbehalve een gemakkelijk of ontspannend boek.
-----
Meer dan een broer is een doordringende en een bezwerende roman, die als een poëtische vuistslag aankomt: het is het verhaal van de Senegalese Alfa Ndiaye die met zijn beste vriend, “meer-dan-een-broer” Mademba Diop, in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog mee vecht in het Franse leger. Mademba Diop sterft door zich als eerste uit de loopgraaf op te richten.
David Diop is een Frans-Senegalese auteur die met dit verhaal de kant van de soldaten uit de toenmalige kolonies van de oorlogvoerende partijen in de Eerste Wereldoorlog kiest en uit de doeken doet: een eerder onbekend en toch zeker onaangeroerd thema bij zo wat alle lezers uit deze leesclub. Voor een aantal onder ons was dit een van de weinige keren dat een boek uit dit deel van Afrika of tout court uit Afrika of een Afrikaanse auteur hun aandacht al had getrokken. Dit boek past bv perfect bij het thema ‘Dekoloniseer je boekenkast’ (Decolonize your bookshelf), een frase die zeker in de Amerikaanse (young adult) boekenwereld meer en meer opgang maakt. Literatuur die uit een andere invloedswereld komt of die aanvullend kan zijn op al meer gekende thema’s qua uitgangspunt, achtergrond, geschiedenis, … kan hiervoor in aanmerking komen.
-----
De prachtige poëtische taal en de bij de orale vertelcultuur aanleunende schrijfstijl van dit boek was opvallend voor de meeste deelnemers, ook al gaat het over erge gruwelijkheden, waar we met onze neus op gedrukt werden.
Carel:
“Ik ervaar de schrijfstijl als poëtisch maar ook kwamen termen als archaïsch en bijbels bij mij op. Door de aanhef: Bij de gratie Gods.. ( het is niet zomaar een verhaal wat ik vertel ..God zelf staat aan het begin..) En de herhaling: in steeds andere woorden hetzelfde zeggen maar er steeds een nuance aan toevoegend. Ik weet het ...ik begrijp het.. Ik denk dat dat bij een orale vertelcultuur hoort. Direct een beeld oproepen dat de aandacht trekt, vragen oproept. Herhalen met steeds nieuwe details zodat de aandacht gevangen blijft.”
Omdat de schrijfstijl en de beeldspraak zo anders zijn dan dat we gewoon waren, gingen we op zoek naar enkele mooie metaforen en zinnen. Hieronder volgt een uitgebreide greep uit de reacties:
Ingrid:
“Eigenlijk begint Diop al met de beeldspraak in de opdracht voor in het boek (volgens mij is dat nog niet genoemd, maar misschien lees ik niet goed):
' Voor mijn eerste lezeres, mijn echtgenote,
met ogen vol helder licht,
drie zwarte vlekjes lachen in je irissen.
Voor mijn kinderen, als de vingers van een hand.
Voor mijn ouders, doorgevers van dubbelbloedleven.'
Joran:
“Het boek staat vol met mooie vormen van beeldspraak. Vooral de beeldspraak die te maken heeft met de loopgraven is me erg bijgebleven, zoals:
-
p 15. 'Vanuit de verte kwam onze loopgraaf me voor als de halfopen schaamlippen van een reusachtige vrouw.'
-
p 21. 'Wanneer ik uit de buik van de aarde kom...'”
Annick:
“De beeldspraak die mij doorheen het boek heel erg opviel was hoe Alfa’s verleden als zoon van een landbouwer zijn beschrijvingen van de omgeving in het heden inkleuren. Hij benoemt bommen, kogels en ander oorlogsprojectielen als zaad. Daar waar hij vroeger met zaad zorgde voor gewassen die gezinsleden voedden zorgt dit zaad voor pijn, verlies en dood.
-
Zware korrel oorlogszaad (pag 10, 117)
-
Zware zaadkorrels (pag 37)
-
Metalen korreltjes oorlogszaad (pag 45, 92)
-
Zware, rode korrels oorlogszaad (pag 91)
-
Het is bekend dat het niemandsland (= de strook tussen beide strijdende partijen) na enige tijd van oorlog ontdaan was van elk teken van begroeiing. Het was een kil en dor maanlandschap vol kraters. De oogst van het oorlogszaad.
-
… alsof een heleboel ijzeren veldsprinkhanen er nachtenlang onophoudelijk hun honger hebben gestild. Een veld ingezaaid met eindeloos veel metalen korreltjes oorlogszaad waar niets uit groeit. (pag 45)”
Yvie:
“Het stuk waarin hij seks had met zijn jeugdliefde staat ook bomvol metaforen. Ik heb daar zelfs screenshots naar vriendinnen van gestuurd, gewoon om te vragen wat zij daar nou van dachten :). Bv.: ‘Ik zweer je dat ik niet weet waarom ze het goed heeft gevonden om mijn binnenstebuiten bij zich binnen te laten’ op blz 137.”
Enz…
Onze lezers hebben genoten van het spel met taal, dat inderdaad prachtig naar het Nederlands is vertaald.
Uiteraard is het belangrijk om te weten wat de thema’s zijn uit dit boek. Samen lijstten we er heel wat op: vriendschap, liefde, hechting, verlies, trauma, wraak, racisme, zelfreflectie, schuld, spijt, wroeging, … allemaal kwamen ze ongeveer aan bod.
Vriendschap en schuld zijn de twee belangrijkste thema’s die we er allemaal wel uithaalden.
Nel Crea ziet bv. ook krankzinnigheid als thema:
“Over krankzinnigheid vond ik dit stuk heel intens: ‘Maar tenslotte hoorde ik toevallig gefluisterde woorden en wist ik dat de vreemde de krankzinnige was geworden. En daarna de krankzinnige de tovenaar was geworden. Tovenaarssoldaat. Vertel me niet dat er op het slagveld geen krankzinnige nodig zijn. Bij de waarheid Gods, de krankzinnige is nergens bang voor. De anderen, wit of zwart. spelen voor krankzinnige, spelen de komedie van de woeste krankzinnigheid om zich onbekommerd voor de kogels van de vijand van tegenover te werpen.’ Dit stuk heb ik een paar keer goed gelezen en dat raakt mij.”
De motto’s vooraan in het boek zijn ook met het thema vriendschap verbonden, over hoe twee zielen zo nauw met elkaar in contact kunnen staan, over hoe ze een twee-eenheid kunnen vormen.
Er werd stilgestaan bij Alfa Ndiaye, en de nadruk op zijn verhaal waardoor je niet naar een andere versie zoekt, je niet aan zijn geloofwaardigheid twijfelt. Je gaat volledig mee in zijn ervaring:
Els drukt het heel juist als volgt uit:
“Doordat de auteur met een verteller werkt weet je als lezer dat je één visie meekrijgt. Verder is veel voor interpretatie vatbaar. De lezer kan zelf veel invullen. Ik ben daar helemaal in mee, voor mij hoefde het dus niet anders. Bij deze manier om een verhaal te vertellen is het helemaal niet de bedoeling van een auteur dat alles precies wordt uitgelegd. Het is niet de bedoeling dat de lezer de "juiste" interpretatie achterhaalt want die is er niet.”
Religie, geloof en bijgeloof spelen een belangrijke rol voor Alfa.
AnnDV maakt hier wel enkele interessante kritische bemerkingen bij:
“Ik vind dat een moeilijke vraag over de religie. Ik vind dat de relatie van Alfa met God heel dubbel is.
‘Bij de waarheid Gods’ is Alfa’s mantra maar:
- ‘Er is geen barmhartige God, want God zal zich schamen om zijn verminkte wapenbroeders te zien’, dat vertelt Alfa al op het eerste blad.
- In XII: ‘Dat is de oorlog wanneer God achterloopt op de muziek van de mensen wanneer hij de lijnen van teveel lotsbestemmingen niet uit elkaar kan houden.’ Maar je kan het God niet kwalijk nemen.”
De deelnemers konden reacties uitwisselen over heel diverse kwesties. Uiteindelijk bleek dat aan de hand van de gestelde vragen iedereen, zowel de deelnemers als de coördinator, heel wat meer uit het boek heeft geleerd dan zonder deze leesclub het geval was geweest.
Sommigen onder ons waren erg geraakt door de gruwel uit het boek, hadden het nogal moeilijk met de laatste hoofdstukken of vonden het nogal complex qua vorm. Toch waren ze blij dat ze door deze leesclub meer uit het boek gehaald hadden, en is het daardoor langer blijven hangen. Dat is zeker een meerwaarde voor dit boek.
Ada:
“Al viel het boek wat tegen, ik heb wel genoten van de discussies. Juist bij zo'n boek als dit heeft dat extra waarde. Jullie opmerkingen laten mij dingen zien die ik zelf niet ontdekt had en maken de beleving van het boek intenser. Zonder leesclub zou ik het boek teleurgesteld hebben weggelegd en snel vergeten. Nu heb ik er voor mijn gevoel veel meer uitgehaald.”
De hoge verwachtingen van Margo werden ingelost:
“Toen ik zag dat onze roman zowel door de vakjury als door de studentenjury was genomineerd voor de Europese Literatuurprijs werd ik helemaal enthousiast. Ik was verrast door de stijl. Zo prachtig geschreven, dat kom je niet heel vaak tegen. Ik wist niet dat Afrikaanse jonge mannen werden geronseld voor de Eerste Wereldoorlog. Dat heb ik dus geleerd.”
Carel tenslotte is bij een tweede lezing overtuigd geraakt door de poëtische kracht van dit boek, dat hij zelf ook nog eens erg poëtisch kan aanraden:
“Enigszins nieuw was dat ik dit proza als poëzie heb ervaren en vooral bij tweede lezing genoot van beginrijm, klankrijm, de prachtige taal, de metaforen. Martine Woudt heeft er een “ Nederlands” heldendicht van gemaakt! Een ding dat ik graag onthoud en niet zal vergeten is ..mijn binnenste buiten. Dat voor mij symbool staat voor het boek. Dit boek is voor de liefhebber van een gruwelijk goed gedicht.”
Het boek scoorde een gemiddelde van vier mooie sterren. Vertaler Martine Woudt stond ter beschikking voor vragen, en verrijkte met haar antwoorden deze leesclub.