Vraag 2 - Structuur, samenhang en inhoud - I
Het boek bestaat uit 28 vrij korte, ongenummerde hoofdstukken. Deze hoofdstukjes blijken beslissende momenten en gebeurtenissen in de tijdlijn van de “hoofdpersoon” aan te geven. De titels, evenals de titel van het boek, zijn overwegend spreektaal. En spreken soms boekdelen…, vond ik. Tea gaf bij antwoord 1 ook al wat voorbeelden met verwijzingen. De volgende twee had ik voorbereid.
a. Hoofdstuk 2: De eerste zeven dagen – blz. 15-18.
Wat komen wij hier als lezer te weten? Betrek ook de laatste zin in je antwoord: “Hoe zou God zich gevoeld hebben op de achtste dag?”
b. Hoofdstuk 5: “Vier minuten” – blz. 31-38.
In een vooruitwijzing (blz. 34) lezen we dat deze vier minuten de basis zijn voor het drama. Naar welke vierde gebeurtenis wordt verwezen? En is dit geloofwaardig?
c. De schrijver maakt vrij vaak gebruik van deze techniek van flashforwards. Wat vond je daarvan?