Vraag 6. De opbouw en het plot
Vraag 6.a. Het boek bestaat uit 2 grote delen:
Deel 1. “Not everything that is faced can be changed,
But nothing can be changed until it is faced.” (James Baldwin)
Deel 2. “Gij zult de waarheid verstaan en de waarheid zal u vrijmaken.” (Johannes 8:32)
Kun je die delen karakteriseren? Hoe ontwikkelt de plot zich?
Vraag 6.b. Diepgravertje (facultatief). In het verhaal komen steeds cursieve gedeelten voor. Wat zou de betekenis daarvan kunnen zijn?
Vraag 6.c. Diepgravertje (facultatief). Aan het begin van hoofdstuk 1 staat een cursief stukje: “Ik zal je vinden, kleine koningsvisser. Ik heb je gezien. Je dacht dat ik he niet zou opmerken, of dat ik niet zou weten dat je hier schuilhield. Ik zal je vinden. Ik zal bewijzen dat je bestaat.” Dit stukje gaat over de ijsvogel. Maar kan het ook over iets anders gaan? Heeft deze passage een diepere laag?