Verslag
op 22 februari 2016
door
Witte warmte
+1
Eind februari vindt een explosie aan leesclubs plaats bij Hebban. Het is nog winter en hoewel niemand een nanoseconde gelooft dat er dit jaar een Elfstedentocht inzit, snakken we naar een beetje afwisseling in de grijze dagen. Uitgeverij Manteau stelt 15 exemplaren van Witte warmte ter beschikking, ‘een aangrijpende en eigentijdse roman. Rijk aan ideeën en ontregelend herkenbaar tezelfdertijd.’. De leesclubleden hebben er zin in! Geertje vindt zo’n leesclub ‘altijd leuk en verdiepend’, zowel Karel als José beschouwen het feit dat auteur Dimitri Casteleyn een Vlaming is als een extra toemaatje, Sigried werkt zelf aan een universiteit en houdt van romans die zich afspelen in het academische milieu. 15 kandidaten voor de leesclub zijn snel gevonden. Begin maart gaan we van start. Ingridje ontvangt haar boek pas eind maart. Da’s een beetje sneu.
De beïnvloedingsgrens
De eerste discussie gaat al meteen off-topic. Geertje heeft Witte Warmte razend snel in haar bezit, veel sneller bijvoorbeeld dan de Vlaamse deelnemers. Zij beschrijft een gevoel dat menig fervent lezer herkent: ‘Als zo'n boek voor je neus ligt, daagt het wel uit om in te beginnen’. Helaas bevalt het boek haar niet. ‘Pagina 109 en de ergernis groeit me bijna over het hoofd’. De debuterende leesclubcoördinator ziet deze eerste reactie verschijnen en de leesmoed zinkt haar in de schoenen. Zoveel mensen, zoveel smaken, wordt gezegd, maar ze weet van zichzelf dat, als er een kern van waarheid schuilt in Geertjes opmerking, het een verdomde opgave gaat zijn om het boek te lezen. Ze lanceert de vraag of een negatieve uitlating over een boek het leesplezier van de anderen beïnvloedt. Geertje antwoordt dat het haar niet uitmaakt of iemand negatief dan wel positief is. Ze leest zelden of nooit een recensie vooraf, zodat ze neutraal kan beginnen. Een negatieve uitlating heeft als enig effect dat ze gaat kijken of ze er ook zo over denkt. Omgekeerd heeft het meer effect op Geertje. Als zij een boek helemaal niets vindt en ze leest dan hele enthousiaste lezersreacties, dan twijfelt ze wel eens acuut aan zichzelf. José geeft schoorvoetend toe dat het haar wel een beetje beïnvloedt, net zoals een vijfsterrenwaardering dat doet, maar dan in de andere richting. Sigried geeft een boek altijd een eerlijke kans, maar merkt bij zichzelf dat ze toch wel rekening houdt met gelezen negatieve en/of positieve reacties. Weert heeft ook de neiging zich door negatieve recensies te laten beïnvloeden en las er zo eentje op Hebban, maar merkte op dat bol.com erg positieve beoordelingen bevat. Het maakt haar nieuwsgierig naar haar eigen mening. eReader voelt zich door deze discussie enigszins geremd om nog voluit haar mening te geven. ‘Het is wellicht beter om mijn mening nog even voor me te houden. Als je je zo min mogelijk wilt laten beïnvloeden, sla dan ook de leesclubvragen over, is mijn advies.’ En ook Mary laat zich beïnvloeden, zelfs in die mate dat ze zich even onthield van de discussie. ‘Ook ik vind het boek niet geweldig maar ik heb me vooraf nogal geërgerd aan de negatieve op- en aanmerkingen op dit boek. Daar ontkom je niet aan als het boek niet bij iedereen in de smaak valt, maar het heeft mijn leesplezier wel wat bedorven.’ Een leesclub is een groeiproces en precies daarom is het mooi dat eReader later in de discussie alle remmingen laat varen. ‘Lees eerst je boek en bekijk dan wat anderen ervan vinden als je van jezelf weet dat het je leeservaring beïnvloedt. Simpel. Ik heb me geremd gevoeld om op Geertjes (eerste – nvdr) reactie te reageren, maar die fase heb ik gehad en nu gebruik ik de pagina waarvoor hij bedoeld is. In vrijheid kunnen discussiëren.’
Te veel, te weinig
De discussie over onze beïnvloedingsgrenzen zorgt ook meteen voor leestijd. Zoetjesaan benen de anderen Geertje bij en wordt het gesprek inhoudelijker. Eerlijkheid gebiedt te zeggen dat Geertje daar wel meteen mee begon. ‘Er ontbreekt van alles: diepgang, karakterontwikkeling, spanning, logica, ... Tegelijkertijd is er ook op veel fronten te veel: te veel clichés, te veel ingevulde patronen, te veel voorspelbaarheid, te veel verwijzingen, te veel details. Met andere woorden: te weinig vertrouwen van de auteur in de leesvaardigheid van de lezer. Ironisch genoeg past dit wel weer bij de controledwang van de hoofdpersoon.’ Die hoofdpersoon is Victor, voormalig professor nanotechnologie die nu een eigen bedrijf opricht. José vindt na vijf hoofdstukken dat het boek droge kost is. Ze vraagt zich in dat stadium van lezen af of die droge kost niet ingezet zou kunnen zijn als functioneel stijlelement. Ze vindt Victor een akelige man die er een dieptrieste manier van leven op na houdt, al lijkt hij daar zelf anders over te denken. Geertje reageert laconiek dat Victor ook haar type niet is. Weert sluit zich aan bij de lezers die Victor een vervelende man vinden. Wat ze mist is inleving en emotie. ‘Het verhaal is meer een beschrijving dan dat het geschreven is van binnenuit. Er ziet weinig emotie in. En dat vind ik juist belangrijk bij echte goede literatuur.’ Inge Otter-Helder raakt moeizaam in het boek. Ze mist diepgang en verrassende elementen maar blijft dapper verder gaan. Liesje meldt na zeven hoofdstukken dat haar mening genuanceerder is dan die van sommige andere leesclubdeelnemers. Witte warmte leest vlot en het gebrek aan emotionele diepgang van de belangrijkste protagonisten kan als functioneel element beschouwd worden. Ze vindt wel dat er stilistisch ruimte is voor verbetering. ‘Het taalgebruik is vrij basic en doet mij als lezer zelden spreekwoordelijk “naar adem happen”’. José beaamt dat zij literatuur ook liever niet in ‘Jip en Janneke’ stijl heeft en Jeannie vindt het verhaal vooral vlot weglezen. Witte warmte is in haar ogen geen literatuur, maar wel een boek dat je aan het denken zet. Sigried gaat met haar mee. ‘Het lijkt alsof de auteur eerder een boodschap wilde overbrengen, dan een roman schrijven.’ Het inspireert José tot het in het leven roepen van een nieuw genre: kwaakalarm. Sandra snapt de negatieve reacties op Witte warmte niet. Ze vindt het een boek waarbij je tussen de regels moet lezen en houdt ervan.
Kwaakalarm
Kwaakalarm is een soort van ecologisch sprookje, geschreven door Eline, de bijna twintigjarige dochter van Victor. Gevraagd naar het waarom van dit integrale verhaal in het boek, antwoordt Dimitri Casteleyn: ‘Eline staat symbool voor de jonge generatie mensen die het global warming thema veel ernstiger nemen dan al wie 40+ is in onze samenleving (zoals haar vader Victor). Zij snapt maar niet dat de oudere generatie feestend verder doet alsof er niets aan de hand is en daarbovenop durft te stellen dat we nog maar aan het begin van de mensheid zitten. Zij vindt dat ze haar pen als wapen moet inzetten en reageert zich ten dele af door een ecologisch sprookje te schrijven die het thema op de kaart zet en die tevens kan gelezen worden als symbool voor de problematisch relatie die ze met haar vader heeft. En ze wacht op het juiste moment om het verhaal in te zetten (in het verhaal). Het is poëtisch geschreven (en als dusdanig afwijkend van het prozaïsche verhaal) maar dat mocht (van mij als auteur) omdat het een verhaal binnen het verhaal is.’ De schrijver schrijft, de lezer leest… Geertje blijft vinden dat het boek diepgang mist. ‘Ik denk dat de auteur er beter aan had gedaan om een keuze uit de thema's te maken. Een boek dat waarschuwt voor de gevolgen van... Dan kun je het beter uitdiepen en komt het veel beter aan bij de lezer, zeker in een boek van deze omvang.’ Ook eReader vindt weinig toegevoegde waarde in Kwaakalarm. ‘Het is een saai verhaal, dat me volkomen uit de flow van het boek haalt.’ Jeannie denkt dat de schrijfstijl bewust een beetje saai is: ‘Het sprookje speelt een belangrijke rol in het boek. Het leert Victor en Sophie hoe hun dochter over de wereld denkt en wat haar oplossingen zouden zijn. Het duurt erg lang eer bij Victor het kwartje valt. Daarnaast is er natuurlijk ook de parallel met de extreme klimaatsverandering uit het verhaal en dat daar een verandering in het materialistische denken van de mensen voor nodig is om daarin een verandering aan te brengen. Het sprookje is niet volmaakt, dat kan ook niet want Eline is nog maar net aan het schrijven, daardoor is de schrijfstijl hier anders, volgens mij is dat bewust gebeurd.’
Het eindoordeel
Op het einde van de leesclub zijn er 13 onderbouwde lezersrecensies, die gemiddeld 2.6 sterren opleveren. Jeannie en Sandra hebben beiden 4 mooie sterren veil voor dit boek. ‘Dimitri Casteleyn heeft een vlot lezende roman neergezet die enerzijds handelt over de maakbaarheid van het leven waarin de witte warmte in het gezin ongenaakbaar wordt bloot gelegd. Anderzijds laat Casteleyn de lezer ook in de spiegel kijken: waar leidt onze hang naar materialisme toe, wat gebeurt er met het klimaat en met onze wereld?,’ vat Jeannie samen. Gerd en eReader zorgen voor de tegenstem: zij geven beiden de minimumscore, één ster. ‘Witte Warmte is in een vlotte, prettig lezende, stijl geschreven. Dat maakt het extra spijtig dat een in beginsel boeiend plot niet uit de verf komt. De opzet van het verhaal verzandt in saaie dialogen, oppervlakkige karakters en veel ongeloofwaardigheden. Een gemiste kans voor de auteur en voor de lezer een boek dat de moeite van het lezen niet waard is,’ besluit eReader.
Meer nog dan het product, het boek, komt in dit verslag het proces, de discussie, aan bod. De meeste deelnemers namen actief deel aan de discussie. Sigried meldt: ‘Ik vond dit een heel actieve leesclub, en vond het leuk en interessant om er deel van uit te maken.’ Weert beaamt dat het een bijzondere leesclub werd, met verschillende meningen die het boeiend maakten. Mary blijft achter met een wrang gevoel. De negatieve berichten, die al snel verschenen en waar ze het uiteindelijk mee eens was, hadden toch een flinke invloed op haar leesplezier. De reacties op haar post in de discussie, hadden een invloed op haar verdere deelname. Als debuterend leesclubcoördinator kan ik maar één ding zeggen: hou vol, Mary! Dit soort discussies moet het hebben van schriftelijke communicatie en die is nooit zaligmakend. Neem het allemaal niet te persoonlijk (zo is het trouwens ook helemaal niet bedoeld) en dapper verder blijven doen.
Aan Mary, alle anderen en Dimitri: dank voor jullie bijdrage.