De gedachtewereld van een jaloers meisje
Een tijdje geleden mocht de Literatuurclub nog eens gezamenlijk een boek lezen! Ik was verheugd om te horen dat het ging over het laatste boek van de warme, gedreven en super-sympathieke Vlaamse schrijfster Diane Broeckhoven: Niemand heeft het gedaan. Sowieso verdient zij met haar lange schrijverscarrière een plek op deze spot.
Door Nathalie
Begonnen als kinderschrijfster schakelde Diane na een aantal jaren over op romans voor volwassenen. Met de ingetogen novelle De buitenkant van meneer Jules van 2001 brak ze internationaal door, er werden maar liefst 17 vertalingen van gemaakt, en ze werd tot verschillende toneelstukken bewerkt. Een monoloog met Vlaams acteur Kurt Defrancq, ging op tournée in België, Nederland, de steden Parijs en Bratislava, en zelfs in Zuid-Afrika. Het boek haalde de longlist van de Ako-literatuurprijs en werd genomineerd voor de Euregio Schülerpreis 2013. De schrijfster stel ik graag uitgebreider voor in een volgend artikel. Hieronder gaan we even dieper in op haar laatste intieme en beklemmende roman.
Waarover gaat het boek?
Niemand heeft het gedaan start direct met een sterke scène: Het verhaal begint op het moment dat de volwassen Bonnie bij haar moeder in het ziekenhuis is. Net als vroeger kruipt Bonnie bij haar moeder in bed, zodra de verpleegster de kamer heeft verlaten. Op dat moment neemt ze een besluit, een besluit om af te dalen in haar herinneringen en terug te gaan naar de periode toen ze een meisje was van 7 jaar. Om op te schrijven wat er in de periode is gebeurd waarbij ze één ding zeker weet: “Niemand heeft het gedaan. Niet ik.”
Anne: “De waarheid en niets dan de waarheid zou ik noteren, zoals ik die zelf beleefd en naar mijn hand gezet had als klein meisje.” Bonnie vertelt, nu haar moeder op sterven ligt, eindelijk het waargebeurde verhaal van meneer Weeda en dat weet de lezer nieuwsgierig te maken.
Bonnie groeit als kind gelukkig op bij haar jonge moeder, die anders is dan de andere moeders, zeer ‘meisjesachtig’. Ze hebben een hechte relatie, en ze slapen nog steeds samen in hetzelfde bed. Samen met oma en over-oma vormen ze een vrouwelijk viergeslacht. Haar moeder houdt een tweedehandswinkel aan huis waardoor ze altijd dicht bij haar dochter kan zijn.
Helena: 'De wereld van Bonnie komt op zijn kop te staan wanneer haar moeder een relatie krijgt met een meester van haar school, Hans Weeda, voor haar meester Weetal. Hans heeft een hartkwaal. Het moeten delen van haar moeder met deze ‘oude man’ valt Bonnie zwaar.’
Sigried: ‘En dan verschijnt daar plots een meisje dat op Bonnie zelf lijkt, een meisje dat licht doorschijnend is en enkel door Bonnie gezien kan worden. Ze heet Niemand en duikt te pas en te onpas op: ”Ze was er gewoon, Niemand, en liet zich niet verjagen. Ze bemoeide zich met alles, gaf me raad en fluisterde me dingen in die ik zelf niet zou durven bedenken.”’
Het standpunt in dit boek is dat van Bonnie. Hier vonden we allemaal wel iets van....
Jan schrijft over het standpunt: ‘De auteur kruipt in de gedachtewereld van een kind, Bonnie, dat aan het begin van het boek zeven jaar is. Een kind kijkt anders naar de werkelijkheid, beleeft die op een andere manier, legt andere accenten en verbanden. Door het verhaal vanuit het perspectief van Bonnie, in de ik-vorm, te vertellen ontstaat automatisch een tweede laag in het verhaal. Wat Bonnie waarneemt of juist niet ziet, wordt door volwassenen anders gezien of krijgt een andere betekenis.’
'Je leest duidelijk de gedachte en redenaties van een kind', vindt Harriet. 'De woordkeus is niet altijd de woordkeus die je van een 7-jarige kan verwachten maar dat neemt niets van de geloofwaardigheid af. Heel subtiel wordt de spanning opgebouwd en je voelt als lezer duidelijk dat er iets staat te gebeuren. Het imaginaire vriendinnetje Niemand doet ook niet vreemd aan in het boek, al is 7 à 8 jaar al wel wat oud voor imaginaire vriendjes. Het is een mooie manier op de onbewuste gedachtegang en de frustraties van Bonnie een stem te geven.'
Voor Sigried is het boek geslaagd, omdat Diane Broeckhoven het perspectief van het kind van begin tot eind op een geloofwaardige manier volhoudt, waardoor de vraag van schuld en onschuld amper gesteld wordt. Het is een uniek boek dat je voor enkele uren naar een betoverde wereld brengt. Anne vermoedt trouwens dat de ervaring van Diane als kinderauteur haar hierbij geholpen zal hebben.
De jaloerse gevoelens van het meisje worden volgens mezelf perfect verwoord door de eenvoudige taal die Diane hanteert. ‘De sfeer is eerst gelukkig in het kleine beschermde leventje van Bonnie maar wordt naarmate het verhaal vordert, beklemmender en spannender. Dat het verhaal zal escaleren, wordt voor de lezer almaar duidelijker.’
Natalie (zonder H) haalt een citaat uit het boek dat op die jaloezie wijst: "Ten vijfde moet je voor mij en de winkel en voor alles zorgen en heb je geen tijd voor een man". Natalie vond op een gegeven moment het gedrag van Bonnie zelfs wat gênant worden: ‘Waarom gunde ze haar moeder haar geluk toch niet? Het kan niet anders dan dat het verhaal tragisch afloopt.’
Er zou een heel boek geschreven kunnen worden over de psychologische laag die schuilgaat in het personage ‘Niemand’ volgens Anne maar knap aan dit boek vindt ze dat de schrijfster haar bijna achteloos ten tonele laat verschijnen. Als lezer moet je volgens haar de aandacht er goed bijhouden om alle verwijzingen naar Niemand en de betekenis daarvan voor Bonnie te vatten. Niemand heeft het gedaan is een boek waarvan vooral de ontknoping de lezer nog lang bij zal blijven.
Hoe beviel ons het boek in het algemeen?
Bij Ine kon het boek minder bekoren. Ze geeft toe dat het over een heftig onderwerp ging, maar het verhaal bleef voor haar te oppervlakkig. En ook de beeldspraak van de eerste pagina is bij haar iets te lang door haar hoofd blijven spoken, waardoor ze het boek toch een tijdje opzij moest leggen.
En dit terwijl Jan enkele wat hem betreft zorgvuldige formuleringen en poëtische zinnen citeert zoals wanneer Bonnie met haar moeder gaat picknicken: “Ik besefte dat geen twee mensen ter wereld meer bij elkaar hoorden dan zij en ik. Dat wij met duizend kleine draadjes aan elkaar geknoopt waren.” Na een les van Hans Weeda over de metamorfose van de vlinder, vraagt ze zich af of er ook een omgekeerde metamorfose is: “Of een kleurige vlinder zichzelf kon oprollen tot er nog slechts een dun bruin worstje overbleef, nagenoeg onzichtbaar voor de buitenwereld.” “De vochtige kou die met muizentandjes in je wangen beet”, is nog zo’n mooie zin. Niemand heeft het gedaan is volgens hem een pareltje van een boek dat met veel gevoel is geschreven.
Ook Helena vindt dit boek een pareltje, hoewel ze geen of weinig verwachtingen bij het boek had want ze kende de schrijfster nog niet. Nu gaat ze in ieder geval meer van Broeckhoven op haar wil-ik-lezen-lijst zetten. Helena verkiest bovendien ook meestal de dikkere boeken van de plank waardoor je misschien toch af en toe een prachtig kleinood mist.
Harriet benadrukt dan weer dat de schrijfstijl plezierig is en gemakkelijk leest, al moet je blijven opletten om de kleine subtiele en soms humoristische speldenprikjes niet te missen.
Natalie beschrijft het boek als een prachtig, maar tegelijk tragisch geschreven verhaal van een innige moeder-dochter relatie. Diane schrijft heel geloofwaardig vanuit het perspectief van het kind. Haar taalgebruik is eenvoudig maar subtiel. Echt een aanrader.
Tenslotte vind ik zelf dat ook het standpunt van het meisje consequent wordt volgehouden; haar stem klinkt weliswaar anders dan je die van de volwassen vrouw, Bonnie, zou verwachten, maar ze is waarachtig en realistisch. Poëtisch en subtiel taalgebruik waar ik zo van houd, maken dit kleinood ‘af’ wat mij betreft.
Wie van jullie heeft dit boek al gelezen of nog andere boeken van Diane? Lees binnen enkele dagen meer over Diane en een interview met haar op deze spot!