Deel 1 - Wat speelt er zich af ‘In het Museum’ van Joost van Driel
Wat gebeurt er wanneer twee personen, een man en een vrouw, een Brabander en een Haagse, hetzelfde boek lezen? Jan en Natalie lazen voor We Love Lit allebei de debuutroman van Joost van Driel, In het museum. Lees hieronder wat zij van het boek vinden. Zij stelden de schrijver ook een aantal vragen.
1. Hoe lees ik?
Jan en Natalie lezen en interpreteren een boek elk op een eigen manier. Het leek ons leuk om ons leesproces te beschrijven.
Natalie : Voordat ik ga lezen, kijk ik naar de omslag. Zegt de kaft al iets over het verhaal? De flaptekst, verklapt die niet te veel? Ik ben een liefhebber van korte teksten op de achterflap. Dan het lezen zelf. Tijdens het lezen maak ik weinig tot geen aantekeningen. Soms zoek iets op. Pas als ik het boek sluit, laat ik het verhaal bezinken. Vervolgens schrijf ik mijn leeservaring op in mijn leeslogboek. Ik schrijf kort op wat ik van het verhaal vind en waarom. En ik beschrijf hoe ik het verhaal heb beleefd. Het aantal sterren bepaal ik aan de hand van mijn vijf-punten systeem (zie mijn blog https://www.hebban.nl/blogs/boekenbabbel-01-een-kennismaking).
Jan : Voor mij is een boek een ‘studieobject.’ Als ik aan een boek begin, ga ik op zoek naar achtergronden. Eerst wil ik meer weten over de schrijver. Dan kijk ik naar de kaft van het boek. Ik ga er vanuit dat de kaft ‘de lading’ van het boek dekt. Sabien Clement is een Vlaamse illustratrice. Op haar website las ik: “Illustreren is een verhaal tot leven wekken. Meer nog... Met mijn zotte fantasie wil ik graag uw blik op de wereld verruimen, verwarmen en kleuren. Zacht, met de glimlach en een vleugje humor. Of rakend. Omdat een beeld soms het stilzwijgende onverwoordbare verwoordt.” Ik zie op de kaft een jongetje dat vlak bij zijn vader staat. Ze horen echt bij elkaar. Er staat een ‘hekje’ voor het tweetal. Ze staan duidelijk in een museum naar een groot skelet/fossiel te kijken. Een dinosaurus.
Tijdens het lezen maak ik per hoofdstuk aantekeningen, mijn eigen logboek: ik let op mooie zinnen, het vertelperspectief, metaforen, probeer relaties te leggen en ben gespitst op ‘items die ik wil uitzoeken’. Dit boek heet ‘In het museum’ en gaat over het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen in Brussel. Wat is er in het museum te zien? Dat betekent via het internet op zoek gaan. In het museum is een galerij van dinosaurussen, een galerie van de evolutie, een galerij gewijd aan de evolutie van de mens. Als je het boek leest en je kijkt op de site van het Museum, dan zie je dat de schrijver het museum kent. Dus zal het museum wel een belangrijk inspiratiebron zijn geweest voor zijn roman.
Als het boek uit is, laat ik het een paar dagen liggen. Tegenwoordig lees ik het boek daarna opnieuw. Je kent de loop van het verhaal en ontdekt nieuwe elementen, details die je eerst niet opvielen. Als je het boek uit hebt, begrijp je de eerste zin.
Een boek is voor mij literatuur als ik er meerdere lagen in kan ontdekken en als de schrijver bewust bezig is geweest met het zoeken naar mooie zinnen, verrassende beeldspraken, spelen met chronologie, vorm. Uiteindelijk ga ik een aantal sterren toekennen.
Wat voor mij nieuw is, is het vijf-punten systeem van Natalie.
Vragen aan Joost:
1. Heb je invloed gehad op de keuze van de cover?
“Nee, maar de uitgever en ik hebben wel overlegd over de stijl. Ik wilde graag een tekening, iets stripachtigs, met een luchtige en tegelijkertijd weemoedige sfeer. Ik dacht bijvoorbeeld aan het werk van de Franse illustrator Sempé die ook heeft samengewerkt met enkele auteurs die ik bewonder. Ronald Grossey van Uitgeverij Vrijdag voelde meteen aan wat ik bedoelde. Hij stelde Sabien Clement voor. Zij heeft vervolgens op basis van enkele passages uit het verhaal deze illustratie gemaakt. Daarbij is ze helemaal vrij geweest, wat ik trouwens erg belangrijk vind. De cover van een boek moet namelijk een kunstwerk op zich kunnen zijn en Sabien Clement maakt prachtig werk. Ik was heel blij toen ik de coverillustratie zag. Het voelt werkelijk als een grote eer dat mijn verhaal ‘omhuld’ wordt door zoiets moois.”
2. Wat heb je met het Instituut voor Natuurwetenschappen in Brussel. Ben je er met je kind(eren) geweest?
“Ik heb dat museum een aantal jaren geleden voor het eerst bezocht met mijn vrouw en kinderen en het maakte toen een grote indruk. Het is een stijlvol museum met een prachtig collectie, niet te modern en luidruchtig. Niet alleen het museum en de collectie zijn bijzonder, maar ook de impact daarvan op kinderen. Die kunnen helemaal in vuur en vlam raken van al die dinosauriërs en andere natuurwonderen. Dat kinderlijke enthousiasme werkt aanstekelijk en als je je laat meeslepen en vanuit de ogen van een kind naar zo’n gebouw kijkt, dan gaat er een wereld voor je open. Nog steeds kom ik er heel graag. Daar komt bij dat ik Brussel een fascinerende stad vind, een ongrijpbare, surrealistische plek. Link naar de Galerij
Een goed museum – en ook een klooster, kasteel of kunstverzameling – is toch een gewijde plaats waar de tijd even stilstaat; zo’n plek heeft iets magisch, vind ik.
3. Waar kunnen lezers je ontmoeten?
In Goes op 1 april signeer ik bij boekhandel, het Paard van Troje. Elke bezoeker krijgt dan een speciaal voor die dag geschreven verhaal, gesigneerd en al, met als titel: "Stetson versus Borsalino." Een personage uit In het museum keert overigens in dat verhaal terug.