Narcissus: Wie wil je echt zijn?
Er zijn van die boeken die je van je stoel blazen, verhalen die zo niets verhullend en confronterend zijn dat je denkt dat het allemaal wat teveel van het goede is. Je blijft lezen, je wil weten hoe het afloopt. Je wordt gegrepen door de thematiek, de worsteling van de personages.
Sol Bouzamour (1982) is zo’n auteur die mij met zijn debuutroman in eerste instantie overdonderde, met name door de wijze waarop hij van een ‘Narcissus’ transformeert in een man die nu heel anders in het leven staat. Walter van den Berg (‘Schuld’), Alex Boogers (bijvoorbeeld ‘Alleen met de goden’), Robert Vuijsje (bijvoorbeeld ‘Alleen maar nette mensen’) zijn auteurs die in hun werk onder meer de ontworsteling aan de zelfkant van de maatschappij als thema hebben. Narcissus is onmiskenbaar autobiografisch. In het hoofdpersonage van de roman zien we dus de worsteling van Sol zelf in de vorm van een roman.
Op de achterflap van ‘Narcissus’ staat het volgende te lezen: “In de gevangenis leert de Marokkaanse Joshua – die zich voordoet als Israëliër – Klaas kennen, de koning van de Wallen. De twee raken goed bevriend en Klaas doet Joshua een voorstel dat hij niet kan weigeren. Dat is het begin van het einde. In de maanden die volgen, daalt Joshua steeds verder af in de schimmige wereld van de Amsterdamse hoerenbuurt en raakt zo steeds verder verwijderd van de dromen die hij met zijn geliefde Dee wil waarmaken.”
Wie is Sol Bouzamour en wat wil hij met Narcissus vertellen? Een kennismaking met een man die in zijn jeugd in aanraking kwam met justitie en na zijn detentie zijn spiritualiteit vond en op een totaal ander manier, vol van creativiteit, in het leven staat. Motto van zijn debuutroman: een risicovrij leven kan nooit een gezond leven zijn (Deepak Chopra). Wat een verhaal, wat een man!
Interview: Jan Stoel
Banner: Natalie van den Dobbelsteen
Foto's: Sol Bouzamour
Het autobiografische boek is een soort van boetedoening over je verleden. “In die tijd loog ik tegen iedereen over wie ik was en hoe ik heette, ” zegt de hoofdpersoon. Wat is feit en wat is fictie in je boek?
Het boek is zeer zeker autobiografisch. Alleen ga ik niets vertellen over wat fictie en feit is. Ten eerste ont(ver)kracht dat het verhaal en ten tweede wil ik bepaalde personen niet beschadigen. Ik wil de lezer in de waan van het verhaal laten. Dat maakt goede fictie sterk, boeiend en spannend. In Narcissus schrijf ik ook over een BN’er die regelmatig de sekszaak binnenkwam en de donkere kamers in dook om zich af te rukken op tienermeisjes in cheerleaders outfits. Hij had een vrouw en kinderen! Als ik wil scoren, noem ik met koeienletters zijn naam in mijn roman. Zo verleidelijk, maar zo zit ik niet in elkaar. Als je een beetje karakter hebt, houd je gewoon je mond. Wel heel stom van hem.
Mij viel op dat je zo min mogelijk op een Marokkaan wilde lijken. Waarom die verloochening van je afkomst? Wie is Sol Bouzamour eigenlijk?
Toen ik tiener was, wilde je geen Marokkaan zijn. We waren bijvoorbeeld liever latino’s, Italianen, Spanjaarden. Marokkanen werden niet zo positief gewaardeerd, je kent het. Dat waren de hoogtij dagen van Pim Fortuyn die continu zijn gal uitspuwde over Marokkanen en de dood van Theo van Gogh. En daarvoor natuurlijk de aanslagen op de Twin Towers. En daarvoor borrelde het ook al een tijd. Ik werd op de arbeidsmarkt vaak afgewezen maar bleef doorzetten en daardoor werd ik creatiever in het verzinnen van leugens om toch aan de slag te kunnen. Ik moest wel. Zelfs mijn dates zag ik nooit meer terug als ik ze vertelde dat ik Marokkaans was! Dus ik moest er wat op verzinnen. Vandaar: “Joshua de Israëliër, aangenaam, neuken?” Dat ging veel makkelijker. Ik was een opgroeiende tiener, moest het allemaal zelf zien te rooien. Geen begeleiding, niks. Van niemand niet. Altijd hoofd omhoog en gaan. Een ezel stoot zich geen twee keer toch? Nou deze ezel heeft zich honderd keer gestoten. Het leven was te mooi om boos te zijn, ik wilde genieten. En als je niet sterk tussen je oren was, dan werd je schizofreen. Daarom ontsporen al die jonge Marokkanen, ik begrijp het helemaal. En nu? Het kan me werkelijk geen balzak meer schelen. Ik doe me niet voor als iemand anders en vooral niet beter dan ik ben. Dat zie je jammer genoeg overal. Het egoïsme dat ervoor zorgt dat we maar niet met elkaar binden. Weg met dat energieslurpende rollenspel. Ben dat ontstegen. Jezelf zijn is machtiger. Ik ben universeel. Een vrije geest. Dat hokjesdenken waar we in Nederland superieur in zijn, is de bron van alle ellende. Als anderen mij definiëren, is dat hun probleem. Ze beperken zichzelf. We kunnen het samen zo goed hebben.
Voor mij is een van de belangrijkste zinnen in je boek: “Het klikte om wie ik was, niet waar mijn ouders vandaan kwamen.” De ontworsteling aan de zelfkant van de maatschappij is voor mij een sleutelthema in je boek. Klopt dat?
Jazeker. Goed opgemerkt. Scherpe observaties maak je. Hou ik van. Wie wil er nou dat er telkens naar je identiteit wordt gevraagd als je er zelf niet om vraagt? Ik heb nooit met de vinger gewezen, nooit gediscrimineerd, nooit in ‘wij’ en ‘zij’ gedacht. Ik was daar totaal niet mee bezig. Maar ik werd wel gedwongen om mij Marokkaans te voelen op een negatieve manier. Ik heb er nooit om gevraagd. Ik wilde gewoon geld verdienen, carrière maken en lekker wippen. En op die leeftijd, kan je twee kanten op, omhoog of omlaag. Ik was zwaar zoekende, ik heb alles aangepakt, had soms vier banen tegelijk. Voor wat ik fout heb gedaan, ben ik gestraft. Karma laat niemand ongestraft wegkomen. Wie je ook bent. Ik heb ervan geleerd en heeft me gemaakt tot wie ik nu ben. Van iets negatiefs maak je iets positiefs. Dat is het leven. Elkaar helpen en steunen. Echt, als iedereen dat zou inzien, dan liepen er heel wat meer verlichte zielen rond met veel meer liefde voor elkaar. Hoofdthema’s van mijn roman zijn vriendschap en verraad. Ik vind dat intrigerend. Hoe kan iemand die je goed kent, vriend of familie, je zo van de een op de andere dag je de rug toe keren. Of je iets flikken? Ik snap het werkelijk niet. Zo fascinerend.
Het motto van je boek is: Een risicovrij leven kan nooit een gezond leven zijn (Deepak Chopra). Waarom juist dit citaat? Je houdt je bezig met spiritualiteit. Hoe is dat zo gekomen? Waarom inspireren Chopra en Dyer je zo?
Ik wilde sowieso een citaat van een van mijn grote voorbeelden in mijn debuutroman. En laat deze uitspraak nou precies zijn wat ik altijd al dacht in mijn leven. Zonder risico’s geen voorspoed. Het citaat past ook precies bij het verhaal. Zonder tegenslagen kun je je niet ontwikkelen tot een diepzinnige wezen. Je blijft oppervlakkig, star en serieus. Ik ben blij dat ik dat allemaal op jonge leeftijd heb ondervonden. Wayne Dyer heeft de grootste impact in mijn leven gehad. Ik zocht een leermeester. Ik was een leermeester voor anderen, maar niet voor mezelf. Toen ik voor het eerst naar Wayne Dyer luisterde, vond ik wat ik zocht: echte levenswijsheid. De kunst van het leven. Verander je gedachtes, verander je wereld. Ik leerde er meer van dan alle leraren, studies, cursussen en twintig jaar onderwijs bij elkaar. Jezus, we zouden het onderwijs hoe we het nu kennen moeten afschaffen. Al die kleine kids die we totaal niet relevante vakken onderwijzen, het verschil tussen een witte eik of een normale? Waar leven aardvarkens? Wie vermoordde Willem van Nassau? Wanneer was de tachtigjarige oorlog? Wie neukte Adolf Hitler? Alsjeblieft zegt, wanneer worden we nou wakker? Deepak Chopra gaat dieper op zoek naar wie we werkelijk zijn. Hij is een profeet in metafysica en kwantummechanica. We zijn spirituele wezens die een menselijke ervaring hebben. En niet andersom. En je kan je eigen leven inrichten zoals jij dat wilt. Een interessant ontdekkingsproces begint en dan ga je als een prachtige bloem beetje bij beetje langzaam open. Deepak Chopra en Wayne Dyer zijn de grootste spirituele denkers van de afgelopen decennia. Iedereen zou hun boeken moeten lezen. Ik zou drie jaar geleden een lezing van Wayne Dyer in Londen bijwonen, twee maanden daarvoor overleed hij. Hij zat dag in, dag uit in mijn oor. Honderden uren naar hem geluisterd. Tientallen boeken gelezen. Jaar in, jaar uit.. Hij was een tweede vader voor me. Ik viel ermee in slaap en werd ermee wakker. Zelden in mijn leven heb ik een traan gelaten. Toen hij stierf, liet ik er één.
Bij de titel Narcissus denk ik meteen aan de Griekse mythologie. En als ik naar de cover kijk, denk ik meteen aan Pegasus, het gevleugelde paard. Pegasus vloog naar de berg Helicon, waar de negen Muzen leefden. Op de plek waar Pegasus met zijn hoeven de grond raakte, ontstond een heilige bron, de Hippocrene (de Paardenfontein). Wie het water uit de bron dronk, kreeg de gave van het dichten. Jij hebt de gave van het schrijven ontdekt. Maar het paard op de cover staat op zijn kop, net zoals het leven van het hoofdpersonage in je boek, Joshua, op zijn kop komt te staan als hij op de Wallen de Narcissus moet exploiteren. Vanaf dat moment gaat het bergafwaarts met Joshua.
Alleen de kenners zien dat, weer een scherpe observatie. Chapeau! Man, wat hadden die gekke Grieken toch een fantasie. Heerlijk. Ik hou van gek. Als je niet gek bent, geloof ik ook niet dat je echt creatief kunt zijn. Geen geestelijke barrières, niks. Pure energie. Dan ontstaan de mooiste dingen. De gave heb ik ontdekt omdat ik mezelf leerde kennen, hoe puurder ik werd hoe meer ik mezelf ontdekte. En inderdaad, Pegasus, maar zonder vleugels. En dan mag jij weer raden waarom. Het schiet me opeens te binnen, maar ik heb me nooit voor Griek uitgemaakt. Haha gek he?
Het boek heet Narcissus. Ook zo’n mythologisch figuur, die de verliefdheid van Echo niet beantwoordde en gestraft werd. Hij werd verliefd op zijn eigen spiegelbeeld, maar stierf uiteindelijk. Dat narcistische van Joshua komt in het hele boek terug. En dat heeft voor Joshua grote gevolgen. Was dat voor Sol ook het geval?
Narcissus was een gestoorde gast die een bloedhete zeiknatte nimf links liet liggen. Dat weten we allemaal. Sol heeft narcistische trekjes. Maar Sol neukte wel alles wat er rondliep. Hoezo narcist? Uit psychologisch onderzoek dat ik ooit heb gedaan toen ik de landmacht inging, bleek dat ik narcistische trekjes had. Het blijkt dat iedereen narcistische trekjes heeft. Jij ook, lieve Jan. Voor alle duidelijkheid, ik ben geen narcist. Ik ben gewoon ijdel. Ik verzorg mezelf goed omdat ik van mezelf hou. En iets teveel naar de zonnebank ga. En naar de sportschool. Haha.
Er komen een aantal figuren in je boek voor die ik link aan bekende figuren uit Amsterdam. Is Bruine Steven Steve Brown, destijds drugskoning van de Wallen? Ben je echt bij hem in dienst geweest? Is Klaas Charles Geerts, de koning van de Wallen? En wie is toch die Kroonprins van de Partij van de Afzetterij?
Jij bent niet de eerste met deze uiterst interessante vragen! Alleen moet ik je helaas teleurstellen. Ik zal nooit vertellen wie wie is. Respect en erecode. Mensen willen niet dat er over ze wordt gepraat en dat doe ik dan ook niet. Alleen die Kroonprins van de Partij van de Afzetterij is toch een makkie? Knipoog. Haha.
Waarom zoveel seks in je boek en vaak zo grof? Omdat het past bij de scene waarin Joshua actief was? Vind je het niet too much?
Ik vind de seks echt wel meevallen. Ik denk dat seksscenes opvallen omdat je dénkt dat er veel seks in voorkomt. Het zijn inderdaad niet de standaard seksscenes die je meestal leest. Dat was ook mijn bedoeling. Als ik je over een jaar vraag hoe er is geneukt, wedden dat je dat dan nog weet? Ik heb me juist ingehouden. De grofheid is realistisch. Dit wilde ik zo authentiek mogelijk houden, anders zouden de karakters niet geloofwaardig zijn. Daar moet je niet mee willen spelen. In die context is dat perfect gelukt. Wist je trouwens dat ‘grof’ in bepaalde delen van Limburg ‘geil’ betekent?
Je schrijft beeldend met scherpe metaforen, vaak vol humor. Dienen die zich vanzelf aan of denk je daar lang over na? Gebruik je die humor bewust in je boek als tegenwicht tegen het ‘geweld’?
Nu komt ‘gave’ ter sprake. Ik heb weinig gedacht bij het schrijven van deze roman. Ik verzin het niet. Het ontstaat. Toen ik dat ontdekte en toen het gebeurde vond ik het eng omdat ik niet geloofde dat het echt gebeurde. Net seks met een bloedgeile meid. Je gelooft het niet maar het gebeurt wel. Ik stond echt een paar keer van de bureautafel op om mezelf te bekijken in de spiegel. Was ik het wel? Naarmate het schrijfproces vorderde, kreeg ik er controle over en paste ik metaforen en humor toe waar mijn gevoel zei dat ik het moest doen. Dat gebeurde ook met de verhaallijn, de opbouw, de karakters, echt alles. Ik heb het echt niet zelf geschreven. Ik kreeg input van iemand anders. We waren met zijn tweeën. En wie die andere was, kan ik niet verklaren. Eng hè?
Je schrijft, maar bent ook beeldend kunstenaar? Waar kunnen we wat van je zien?
Het ging uit met mijn vriendin, Dee uit de roman, en vanaf dat moment maakte ik grote sprongen in de spirituele wereld. Het was een bevrijding. Want we hadden veel gezeik. Dat bedoel ik met pure energie. Als je helder bent, weet je wat je moet doen. Toen begon alles te komen. Een automatische piloot bracht me naar de Action en ik kocht daar de grootste schilderdoeken en de winkelkar gooide ik vol tubes verf. Weer dat gekke. Als kind tekende ik altijd onbewust kleine figuren op papier als ik de mogelijkheid had. Ik weet nog dat ik op de basisschool bij het rekenen een schrift vol met 3D-kubussen, driehoeken en rechthoeken getekend heb. Ik tekende maar door. En nu schilder ik abstract. Bizar hè? Piet Mondriaan inspireert me. En af en toe komt er een landschap voorbij. Mijn allereerste werken waren van het heelal. Sterren en zo. Het universum heeft letterlijk een weg via mij gevonden om zich te uiten. Toen ik serieus met schrijven begon, moest ik stoppen met schilderen want ik wilde me honderd procent geven voor het schrijven. Ik ga het binnenkort weer oppakken en er serieus mee aan de slag. Klassieke muziek op de achtergrond en dan sta ik naakt te schilderen. Ik heb al drie werken verkocht. Kicken.
Waarom die verantwoording achter in het boek in de epiloog?
Het is vanzelfsprekend dat je de mensen hoort te bedanken die jou geholpen hebben. Ik geniet ervan als ik weet dat ik een ander heb geholpen. Als ik hen bedank of op een voetstuk plaats, zullen zij ook genieten en zich gewaardeerd voelen. Ze hebben mij geholpen met mijn roman en ze hebben ook een inkijk in mijn ziel gehad. Intiemer kan niet. Behandel een ander zoals je zelf ook behandeld wilt worden. Ik denk er niet over na, ik doe het gewoon. Het is omdat je het me nu vraagt maar die dingen gaan bij mij als vanzelf. Net zoals ik jou ga bedanken na dit interview. Of je stelt een hele verkeerde vraag en we krijgen ruzie. Haha. Je hebt de moeite genomen om mij te contacten en mijn verhaal aan te horen. Weet je wat, ik dank je nu gewoon! Ik ben net terug uit Marrakech, dus op zijn Marokkaans: shokran!
Sol Bouzamour: wat een man, wat een verhaal, wat een boek!