Van Eland naar We doen wat we kunnen: verschillen en overeenkomsten
In 2015 debuteerde Lykele Muus met Eland, een ontroerende bildungsroman. Dit jaar verscheen zijn tweede boek: We doen wat we kunnen. Zijn er overeenkomsten tussen deze boeken te vinden?
In Eland volgen we het opgroeien van Daniel. Nadat hij zijn moeder ontzettend heeft zien huilen, besluit hij dat hij altijd alleen maar de waarheid zal spreken. Dat blijkt lastiger dan gedacht. We doen wat we kunnen vertelt het verhaal van twee bevriende gezinnen die samen een vakantiehuisje delen. Als hun dochters een ongeluk krijgen en in het ziekenhuis belanden, komen de ouders al snel voor een onmogelijke keuze te staan.
Let op: in dit artikel kunnen spoilers staan!
Soortgelijke start
We doen wat we kunnen start met eenzelfde soort scenario als Eland: met een ongeval. In We doen wat we kunnen gaat het mis als de meiden een ritje op de quad maken. In Eland is er het inktcident (zo mooi gevonden!) als Daniel als klein kindje de giftige fotoinkt van zijn vader opdrinkt. Zodoende belanden we in beide boeken al vrij snel in het ziekenhuis. Het thema angst om je kind te verliezen komt dan ook in beide boeken naar voren. Dit geeft de aanzet tot het bespreken wat deze angst met relaties doet.
In Eland draait het in eerste instantie om de moeder-kind relatie die verstoord wordt. Moeder blijft Daniel veel te lang borstvoeding geven, ook als dat sociaal zeer ongemakkelijk wordt, omdat ze ervan overtuigd is dat ze hem zo beter kan maken. In We doen wat we kunnen is er niet zoveel ouder-kind relatie om te verstoren, want Elisa ligt in coma. In dit boek gaat het dan ook meer om wat het ongeval met de relatie tussen de ouders doet. Waar in Eland het kind grotendeels centraal stond, draait het in We doen wat we kunnen met name om de ouders en hun relatie met elkaar en met het andere bevriende stel.
In beide boeken gaat het over de relaties tussen ouders en hoe die verslechteren. De ouders van Daniel gaan uit elkaar. Zijn moeder houdt er al tijden een andere man op na en op een gegeven moment besluit zijn vader dat hij zo niet wil leven. Hij verlaat het gezin en verdwijnt uit hun leven.
'We hadden afgesproken dat we bij elkaar zouden blijven, Winnie. Dat was de afspraak.'
'Over de liefde kun je geen afspraken maken,' zei Winnie alsof ze tegen een kind sprak.
Ook de personages in We doen wat we kunnen merken dat hun relatie onder druk komt te staan. Na het ongeluk van hun dochter wordt dat pijnlijk duidelijk, worden ze ermee geconfronteerd, maar het sluimert natuurlijk al veel langer.
Het doet haar even denken aan vroeger, toen zij en Tom ook aan één blik genoeg hadden. Alles was nog mogelijk en wat het ook zou worden, blindelings zouden ze elkaar volgen. Gód, wat mist ze de connectie die ze vroeger met hem had.
Relaties en hoe die veranderen over tijd is dus een thema dat in beide boeken onderzocht wordt.
De invloed van tijd
In Eland volgen we Daniel van baby tot in volwassenheid. Het verhaal is chronologisch verteld, waardoor je Daniel als het ware ziet opgroeien. Hierdoor leer je dit personage goed kennen.
In We doen wat we kunnen is voor een andere tijdsindeling gekozen. De meiden zijn al tieners als het verhaal start. Het verhaal is niet chronologisch, maar wordt naast wat korte flashbacks af en toe onderbroken met een uitgebreidere terugblik, bijvoorbeeld de eerste ontmoeting van dochters en hun moeders. Ook de periode waarover verteld wordt, de terugblikken op de kleutertijd van de meiden niet meegerekend, is korter.
Deze tijdsindeling heeft twee effecten. Aan de ene kant is het verhaal intenser, omdat er een korte periode gekozen is waar het echt even helemaal om dé kritieke gebeurtenis in het leven van de twee gezinnen draait. Aan de andere kant leren we personages hierdoor minder goed kennen dan dat we bijvoorbeeld Daniel hebben leren kennen. We hebben ze immers veel korter meegemaakt. Dat het verhaal ook op meer personages focust dan in Eland het geval is, helpt daar wellicht ook niet aan mee. De terugblikken op eerdere periodes uit het leven van de personages is dan wel weer een mooie aanvulling, omdat je zo net wat meer achtergrond van de personages meekrijgt.
Leesbaarheid
Beide boeken zijn opgedeeld in delen die weer bestaan uit korte hoofdstukjes. Daardoor kun je snel even nog een hoofdstukje lezen. De schrijfstijl leest makkelijk en vlot door. Toch lijkt Eland net even wat lekkerder weg te lezen, wat vooral lijkt te komen door het ontbreken van leestekens bij de dialogen in We doen wat we kunnen. Hierdoor is er soms wat verwarring wie er nu precies aan het woord is en óf diegene nu wel echt aan het woord is.
Waar Eland echt een roman is, lijkt We doen wat we kunnen wel wat van een filmscript weg te hebben door de manier van vertellen. Dat dit boek verfilmd wordt, is daardoor veelbelovend. Op het witte doek zou dit verhaal wel eens heel goed uit de verf kunnen komen!
Welke verschillen en overeenkomsten heb jij ontdekt in Eland en We doen wat we kunnen?