Bibliotheek Oldenzaal - Discussie #2
Gedurende de Hebban Leesclub zijn wij benieuwd naar jouw mening over het boek. Om het boek inhoudelijk goed te kunnen bespreken, vind je hieronder een set leesclubvragen. We gaan de vragen een voor een samen bespreken, waarbij de leesclubcoördinator het tempo aangeeft. Elke vraag krijgt een eigen artikel.
Let op: Wil je antwoorden op iemand, klik dan op de grijze button 'Reageer' rechtsonder die opmerking. Gebruik de roze 'Plaats een nieuwe opmerking'-button helemaal onderaan alleen als je een losse opmerking wilt plaatsen.
Brief van Amstelglorie en verder (blz. 94 e.v.)
1. Wat is jouw interpretatie van ‘Daphne een sprookje’? In hoeverre is dit een verhaal over de natuur?
2. De tien verhaaltjes uit de bundel De achtertuin lijken geschreven voor een jeugdig publiek. Vind je ze op hun plaats in deze bundel als je denkt aan de doelstelling van ‘Nederland Leest’?
Twee vragen naar aanleiding van het in 1994 geschreven essay ‘De schuimspaan van de tijd’, waarin Wolkers zich een ideaal Nederlands landschap van 2010 voorstelt.
3. Een stelling uit ‘De schuimspaan van de tijd om over in gesprek te gaan:
‘Wie zijn gedachten laat gaan over het landschap van de toekomst ontkomt er niet aan om aan steden en dorpen een halt toe te roepen. Het is nog niet te laat, maar als we zo nog enige decennia doorgaan hebben we geen landschap meer over.’
Hoe denk je over die stelling? Wat heeft het beteugelen van steden en dorpen voor consequenties?
4. In ‘De schuimspaan van de tijd’ schrijft Wolkers ook dat hij in dat toekomstige Nederland vele Oostvaardersplassen tegen wil komen, ‘afgewisseld met weilanden zoals ik ze uit mijn jeugd ken’. Hij vervolgt dan:
‘Dat zal economische consequenties hebben die niet op de boerenstand afgewenteld mogen worden. De melkprijs moet verdubbeld worden, maar omdat we een snelheidsbegrenzer op de witte motor gaan zetten, want melk moet wel maar slechts de helft, zal dat ternauwernood nadelig hoeven te zijn voor de consument. Want je proeft het als die dorre, groene lopende banden van onze zuivelindustrie weer veranderd zullen zijn in echte weilanden. En er is nog een belangrijk voordeel. Het mestprobleem zal opgelost zijn omdat het vee het zelf mondjesmaat verspreidt en het woord ‘bullshit’ zal vanzelf uit onze taal verdwijnen.’
Het is een actuele passage in het licht van de huidige discussie rond boeren, milieu en stikstof. Maar wat vind je van Wolkers’ ‘oplossing’?
Algemeen
5. Dood, leven en liefde zijn centrale thema’s in het werk van Wolkers. Of in zijn eigen woorden: ‘Dood, hel, verrotting en seks’. Hoe zie je dat terug in zijn schrijven over de natuur?
6. In Winterbloei heb je kennisgemaakt met Wolkers als auteur in diverse genres: (autobiografische) verhalen, brieven, dagboekfragmenten, columns, essays en een gedicht. Welke Wolkers spreekt je het meest/het minst aan? Waarom?