Het dagboek van M
Van John F. Kennedy was bekend dat hij veel van vrouwen hield en er diverse minnaressen op na hield. Zo zou hij een relatie hebben gehad met de actrice Marilyn Monroe, die voor hem zong op zijn 45ste verjaardag. Een andere vrouw met wie hij de laatste jaren, voordat hij vermoord werd, een verhouding had, was de schilderes Mary Pinchot Meyer. Zij had een dagboek, maar dat verdween. Paul Wolfe schreef een nieuwe versie.
Om dit dagboek goed te kunnen begrijpen is het goed om enige voorkennis van de geschiedenis te kennen. Die wordt hierna kort geschetst.
Wie was Mary Pinchot Meyer?
Haar vader was een rijke advocaat, haar moeder een journalist en haar oom was gouverneur van Pennsylvania geweest. Ze werd opgeleid aan de prestigieuze Brearley School in Manhattan. Aan de Cambridge School of Design leerde ze schilderen. In 1945 trouwde ze met Cord Meyer, na hem een jaar eerder ontmoet te hebben. Hij was toen luitenant van het Korps Mariniers. Tijdens de oorlog had hij zijn linkeroog verloren. Zij was toen journaliste. Beide waren pacifisten. In 1951 trad Cord in dienst bij de Central Intelligence Agency en verhuisde het stel naar Washington D.C.
In de zomer van 1954 kochten John F. Kennedy en zijn vrouw Jackie het huis naast de Meyers. Zo leerde Jackie Kennedy Pinchot Meyer kennen. Mary en John F. Kennedy kenden elkaar al van een feest op de middelbare school. In 1958 vroeg Mary echtscheiding aan. Ze verhuisde naar Georgetown, begon weer te schilderen, experimenteerde met drugs en raakte bevriend met Robert F. Kennedy, die in 1957 het huis van zijn broer, Hickory Hill, had gekocht.
In oktober 1961 bezocht Pinchot Meyer John F. Kennedy in het Witte Huis en kregen zij een relatie. Ze was een van de gasten op het feest dat Jacqueline Kennedy organiseerde op het jacht Sequoia ter gelegenheid van zijn 46ste en laatste verjaardag op 29 mei 1963. Aan kennissen - Washington Post-verslaggever James Truitt en zijn vrouw, de kunstenaar Anne Truitt – vertelde Mary Meyer dat ze een dagboek bijhield. In november 1963 werd John F. Kennedy vermoord.
Op 12 oktober 1964 maakte Mary Meyer haar gebruikelijke dagelijkse wandeling langs het jaagpad van het Chesapeake and Ohio Canal in Georgetown. Met twee schoten, een in het hoofd en een in de borst werd ze doodgeschoten. Waarschijnlijk wist ze te veel. Ze werd professioneel vermoord, enkele weken na de publicatie van het rapport van de commissie Warren, die geconcludeerd had dat de moord op Kennedy het werk van een eenling was. Het waren conclusies die Mary Meyer sterk in twijfel trok. In die tijd werd haar telefoon afgeluisterd en had een CIA-agent geprobeerd in haar appartement in te breken. De moord is onopgelost gebleven.
Het dagboek
Volgens Truitt ontmoetten Mary Meyer en Kennedy elkaar in de periode van januari 1962 tot de dood van de president in november 1963 ongeveer dertig keer. Dit gebeurde doorgaans als Jackie Kennedy de stad uit was. Na de moord op Mary Meyer bracht Truitt alle betrokkenen, inclusief de hooggeplaatste contra-inlichtingenagent James Angleton, op de hoogte van het bestaan van het dagboek van Mary Meyer. Vanwege de verhalen die Truitt kende over Meyers affaire met president Kennedy gedurende de laatste twee jaar van zijn leven – ze zouden onder meer marihuana in zijn slaapkamer gerookt te hebben - werd besloten snel op zoek te gaan naar het dagboek. Ben Bradlee, zijn vrouw Tony die de zus was van Mary, James Angleton en diens vrouw Cicely en een andere vriend die ter plaatse aanwezig was, besloten om het bestaan van het dagboek voor de autoriteiten geheim te houden. Later verklaarde Tony Bradlee dat haar man het dagboek in de studio van Mary Meyer had gevonden en het aan James Jesus Angleton had gegeven die het vervolgens op het hoofdkantoor van de CIA verbrandde. Buiten Bradlee en Angleton heeft niemand het dagboek te pakken gekregen. Paul Wolfe heeft uit alle bestaande informatie een goed leesbaar dagboek samengesteld, waaruit ongeveer kan worden afgeleid hoe het destijds eraan toe is gegaan. Het is een typisch voorbeeld van ‘faction’: een mix van feiten en fiction.
The Lost Diary of M
Het boek beschrijft het leven van Mary Pinchot Meyer van 1961 tot kort voor haar dood in oktober 1964. Ze blijkt een interessante, mooie vrouw met glamour en lef te zijn. Ze schuwt niet om tegen de stroom in te gaan. Duidelijk is dat John F. Kennedy gek op haar was. Dit blijkt onder meer uit een brief die hij in oktober 1963, een maand voordat hij werd vermoord, aan haar schreef en waarin hij haar smeekte bij hem te komen:
"Why don’t you leave suburbia for once — come and see me — either here — or at the Cape next week or in Boston the 19th. I know it is unwise, irrational, and that you may hate it — on the other hand, you may not — and I will love it. You say that it is good for me not to get what I want. After all of these years — you should give me a more loving answer than that. Why don’t you just say yes.”
Het boek biedt drama en boeit. In hoeverre de werkelijkheid beschreven wordt zal altijd onduidelijk blijven. Om dit dagboek te waarderen, is dit minder relevant. Het is enerverend om te lezen hoe Mary Meyer mogelijk de beslissingen van Kennedy beïnvloed heeft. Mogelijk speelde zij een rol bij Kennedy's beslissingen tijdens de Cubaanse rakettencrisis. Zij was feministe en pacifiste en een aanhanger van Timothy Leary, een voormalig docent psychologie aan de Harvard University, die haar leerde hoe ze LSD-sessies kon leiden. Die kennis gebruikte ze om een groep vrouwen, bekend als Chantilly Lace, te bewegen vredelievend te krijgen zodat deze vrouwen dit overbrachten op hun mannen die hoge posities bekleedden. Wellicht was het realiteit, maar zeker is dit niet. Duidelijk wordt wel dat Mary Meyer bepaald geen traditioneel type was.
Het dagboek bevat nogal wat complottheorieën rond Kennedy. Paul Wolfe is erin geslaagd om de gebeurtenissen zo te beschrijven dat de door hem bedachte fantasieën voor de lezer goed in het verhaal passen. Onduidelijk blijft wat precies realiteit en wat fantasie is, maar dit doet niets af aan het leesplezier. Voor wie houdt van geschiedenis en met name die rond de Kennedy-clan is The Diary of M een aanrader.
Foto’s in de banner: Robert L. Knudsen/John F. Kennedy Presidential Library
Welke op feiten gebaseerde fictie heb jij met plezier gelezen?