Tien om naar uit te zien: september 2021
De komkommertijd van de voorbije vakantiemaanden ligt gelukkig achter ons, de vakantie helaas ook. Voor september is het ons als vanouds gelukt tien Vlaamse boeken op te speuren die deze maand verschijnen. Als herinnering aan mindere tijden zit er zowaar een boek tussen geschreven door een Komkommer, en kommer en kwel lijken goed vertegenwoordigd. Als dat maar goed komt...
- Koen Peeters: De minzamen (literatuur)
- Elvis Peeters: Wat alleen wij weten (literatuur)
- Charlotte Van den Broeck: Aarduitwrijvingen (poëzie)
- Ann De Craemer: Hersenorkaan (literatuur)
- Ivan De Vriendt: De kikker in de poel (literatuur)
- Jo Komkommer: Opkomst & ondergang van de Citroën Berlingo (literatuur/verhalenbundel)
- Griet op de Beeck: Jij mag alles zijn (jeugd)
- Christian De Coninck: De conferentie (thriller)
- Rudy Morren: Verdronken land (thriller)
- Wouter Dehairs: Nachtstad (thriller)
De keuze van Joke:
Ik lees op dit moment Sneeuwspoor van Rudy Morren en dat me bevalt me erg, dus een keuze voor Verdronken land klinkt logisch. Ik vermoed dat dat boek de keuze van Marvin wordt en vermits we allebei minstens geïnteresseerd zijn, is de kans dat dit boek effectief gelezen zal worden vrij groot. Als ik de andere mogelijkheden bekijk, is er slechts één ander boek dat me in de boekenwinkel zou kunnen overhalen tot een aankoop. De overige literatuur zal ik waarschijnlijk lezen als ik het toevallig tegenkom in de bib, daar hebben ze tegenwoordig een grote tafel van waarop de recentste aanwinsten je trachten te verleiden. Ik moet tenslotte die Vlaamse challenge nog halen. Mijn eerste keuze gaat deze maand echter naar Jij mag alles zijn van Griet Op de Beeck. Nog niet zo lang geleden las ik Kom hier dat ik u kus en dat was voor mij een bevestiging dat ik de schrijfstijl van deze auteur erg kan smaken. Het verhaal dat nu verschijnt is weliswaar een jeugdboek maar de korte inhoud doet me wat aan haar andere boeken denken. Het lijkt een verhaal over een lastige familierelatie en je volgt de gedachten van het hoofdpersonage. Alleen is die laatste toevallig een negenjarige. Ik ben echt benieuwd.
Het was niet altijd zo. Vroeger werd er gelachen en gepraat en feestgevierd. Dat dénkt Lexi niet alleen, dat wéét ze, want er bestaan foto’s van. Van mama in een kanariegele jurk, een sigaret in de ene hand, een glas in de andere. Ze kijkt recht in de camera en steekt haar tong uit. Niet om gemeen te zijn, maar om gek te doen, dat kan je zien. En er is er een van mama die danst terwijl iedereen kijkt. En van mama die op papa’s knieën zit terwijl ze allebei praten met andere mensen die maar half op de foto staan. Halve mensen die ze waarschijnlijk zijn vergeten. Lexi heeft ze in elk geval nooit gezien. Maar dat is allemaal heel lang geleden. Lexi was toen nog niet geboren, en Lexi vindt dat ze al heel lang heeft geleefd. Zij wel, dat is het probleem. Jij mag alles zijn is een verhaal voor jonge lezers en voor mensen die wel eens in het hoofd van hun jonge zelf willen wonen.
De keuze van Marvin:
Joke heeft het goed ingeschat, het is een beetje een 'no brainer' dit keer voor mij. Ik was aangenaam verrast door het debuut van Rudy Morren, en alleen daarom al kies ik voor Verdronken land. Als acteur heeft hij de stap gezet om te stoppen met acteren en zich voltijds op het schrijven te werpen. Een moedige keuze, hoewel dat voor acteurs die het gewend zijn om soms zonder inkomen te vallen, misschien net iets makkelijker is dan voor anderen. Nog meer in tijden van corona waarschijnlijk.
Ik zou het dus kort kunnen houden, maar ik wilde de andere boeken toch nog wel een blik gunnen. De andere twee thrillers spreken mij niet aan. Tweemaal Brussel, Trumps hellhole, ik weet niet of dat toeval is. Als ik aan Brussel denk, denk ik toch nooit aan opbeurende dingen. Misschien speelt dat onbewust wel mee bij het maken van mijn keuze. Aan de andere kant, een opbeurende thriller lijkt me een beetje een contradictio in terminis :-)
Literatuur dan. Ik lees dingen als 'koloniale schuld' (De minzamen), 'het naderende afscheid' (Wat alleen wij weten), 'een neerslachtige man', 'een zwartkijker' (De kikker in de poel), 'depressie' (Hersenorkaan). Hallo!? Mag het alsjeblieft een beetje vrolijker? Zijn Vlaamse schrijvers de kunst verleerd om over positieve dingen te schrijven? (Of hebben ze dat nooit gekund, mijmer ik even, terwijl Moeder waarom leven wij? van Lode Zielens voor mijn ogen opduikt.) Wat alleen wij weten is van deze boeken volgens mij nog wel leuk om te lezen. Het is dun, dus als het alsnog tegenvalt ben ik er binnen het uur vanaf. Maar dan kijk ik toch met meer interesse uit naar Opkomst & ondergang van de Citroën Berlingo, de verhalenbundel van Jo Komkommer. Met zo'n familienaam moet humor wel centraal in je leven staan dus misschien is dit nog wel wat.
Toch eerst Verdronken land maar eens lezen...
Tijdens zijn verjaardagsfeest krijgt burgemeester en ex-minister Hendrik De Vuyst het bericht dat zijn kleindochter verdwenen is. Hoofdinspecteur Mortier wordt tegen zijn zin met de zaak belast en vindt het meisje ongedeerd terug. Twee dagen later wordt het lijk van De Vuyst opgedregd. Zijn rug vertoont vreselijke littekens en in zijn portefeuille zit een foto uit 1956 met vier jongens, onder wie de ex-minister zelf. Mortier start zijn onderzoek. Wanneer bij de afbraak van het internaat waar de vier verbleven een lijk gevonden wordt, komt het criminele verleden van De Vuyst aan het licht.
Waar gaan jullie voor dit keer?