Meer dan 5,9 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

De man die werk vond - Herman Brusselmans

op 02 juni 2019 door

Herman Brusselmans, enfant terrible en eeuwig jonge god van de Vlaamse literatuur, publiceerde in 1985 zijn derde boek, De man die werk vond, waarmee hij doorbrak en dat een bestseller werd. Ondertussen is dit boek minstens aan zijn 16de druk toe, lees ik in mijn exemplaar uit 2017. Brusselmans blijft dus één van de best verkopende auteurs, en is De man… nog steeds een goed verkocht én in de bibliotheken uitgeleend boek.

Terwijl zijn goede vriend en collega Tom Lanoye meer van mediafiguur naar literator evalueerde tijdens de jaren, is Brusselmans de laatste jaren net méér in de mediabelangstelling gekomen, en van achter zijn schrijfbureau weggehaald. Onlangs debiteerde hij nog in een VRT-verkiezingsprogramma super grappige stukjes op televisie over het grote aantal boeken dat verschillende Belgische politici hebben geschreven, en die hij bijna allemaal 4/10 gaf .

In De man die werk vond gaat het over Louis Tinner die als bibliothecaris ‘werkt’ in een bibliotheek van een ministerie ergens in Brussel. Enfin, dat werken mag dus tussen haakjes. Hij zet zich eerder af tegen de regeltjes en de organisatie van zijn werkgever door vooral niets te doen en de verveling te verdrijven. Een werkgever die je ook niet al te serieus kan nemen, want die blijft vooral afwezig en geeft hem zo goed als de vrije hand. Als die laatste toch vraagt om eens een notaatje te schrijven, doet Tinner dat uiteraard ook niet. Als de telefoon rinkelt, neemt hij niet op en hij liegt tegen de klanten die hij zou moeten bedienen. Zo vindt Tinner ondanks die zo goed als afwezige controle nog mogelijkheden om anarchistisch te zijn en zich af te zetten tegen het werkstramien en het feit dat hij ‘moet’ werken om in een systeem te passen.

Lezers die van boeken houden, zullen zich een hoedje schrikken wat deze ‘bibliothecaris’ allemaal uithaalt met de boeken die hij in zijn verzameling heeft en zich wie weet wel in hun gevoelens gekrenkt voelen. Natuurlijk is dit een manier waarop Brusselmans zich afzet tegen alles wat hij heeft geleerd tijdens zijn studies Germaanse filologie (nu Taal- en Letterkunde) in Gent en er misschien wel een indigestie aan een ellenlange leeslijst heeft opgelopen. Ook de namen van auteurs die hij in dit boek bespot, zullen in vele gevallen namen zijn die hij als auteur toch wel de moeite vindt. Gerard Reve was zijn grote voorbeeld, en ook het slepende en de verveling van dit boek doet zeker aan de klassieker van Reve, De avonden, denken. Dit verhaal heeft heel wat autobiografische kenmerken waaraan je Brusselmans kan herkennen: hij werkte namelijk zelf in de ‘ontspanningsbibliotheek’  van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening in Brussel! Hij leed zelf aan hypochondrie, had allerlei kwaaltjes, schrikt weg van mensenmassa’s en heeft last van agorafobie (pleinvrees).

Dus ook Louis Tinner is een ziekelijk personage. Hij denkt nog grovere dingen dan hij zegt tegen een klein aantal mensen dat hij tegen komt.  Hij doodt de tijd en de verveling door eigenaardige acties op te zetten, terwijl hij een eigen invulling aan zijn ‘echte’ werk zou kunnen geven. Hij ‘pointeert’ niét, droomt weg over het koffiemeisje, een van de weinigen die hij dagelijks op zijn bureau ziet en drinkt te veel blikjes bier op het werk.   

Hou je wel van een dikke laag ironie en sarcasme, kan ik je dit boek zeker aanbevelen. Het verhaal blijft natuurlijk heel absurd. De titel is al sarcastisch gekozen, omdat alles opbouwt naar hoe de hoofdpersoon in dit boek zijn werk verliest op het einde, en hoe Tinner zich afzet tegen de nutteloosheid van zijn werk. Zo voelden heel wat twintigers die in die jaren werkloos waren en ook door de RVA aan de gang werden gezet, zich zeker ook en daardoor kan je zeker het succes verklaren van dit boek.

Brusselmans schrijft zonder metaforen, en heel zintuiglijk. De toiletbezoeken van Tinner worden bijvoorbeeld heel plastisch beschreven. Hij hoest veel, en hoest ook fluimen en bloed op waardoor je echt wel gelooft in zijn ziekte, die wat aan longkanker of zelfs aan TBC doet denken.

Al bij al is dit een geloofwaardig verhaal waar je, eventueel mits wat hulp, heel wat kan uithalen. Ik was dan ook blij dat ik dit werk deze maand met mijn fysieke leesclub heb besproken en heb leren kennen! (Drie sterren)



Reacties op: De man die werk vond - Herman Brusselmans