Meer dan 6,0 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Goden en andere machtsmechanismen

Deborah van Duin 15 oktober 2022
In deel 2 van de serie De verloren stammen van Aden volgen we Malderiks wederwaardigheden in de wereld Ehad gedurende ca. twee weken. Hij ontmoet verschillende volkeren.

Dit deel is volledig fantasy, anders dan deel 1 (De schreeuw van de griffioen) waarin nog veel historische elementen zaten. Ook op andere fronten voelt De wil van Adens goden anders aan. Deel 1 ging meer over individuele mensen in een situatie van veelal machteloosheid, en over hoe machtige heersers (politiek of goddelijk) zich gedragen. Het verhaal werd vooral verteld vanuit personen die onderdeel uitmaakten van grote, soms zeer ingrijpende gebeurtenissen. Deel 2 is veel afstandelijker. Malderik is reiziger in de wereld Ehad, de lezer is zijn toehoorder die vooral luistert naar gesprekken en die Malderiks gevoel verneemt. Uit blogs op de website van de schrijver blijkt dat de serie uiteindelijk twaalf delen zal beslaan. Delen 2 en 3 zullen een tweeluik vormen. Wat in blogs over deel 3 wordt gezegd, doet vermoeden dat we daarin weer meer terugkeren naar die grotere mechanismen van politiek, religie en mensenmassa's.

De schrijver zelf geeft in een blog uit maart 2021 aan dat de hoofdthema's van De wil van Adens goden 'religieus fanatisme en idealisme' zijn. Dit vind ik niet helemaal terug in het boek. Er zijn veel verwijzingen naar religies en ook naar goden die een echo zijn van goden in onze eigen wereldhistorie: Adonay (officieel de enige god in Ehad) en daarnaast ondergesneeuwde goden zoals Ra, Bez en Alilat, om nog maar niets te zeggen van de 'Mensenzoon' die door de leemmensen wordt aanbeden. Toch berust het merendeel van de gebeurtenissen en de frictie tussen personages niet op religie maar op basale machtsmechanismen, zoals principes van hiërarchie. De scheppingsmythe die in de proloog 'Demiurg' wordt gegeven biedt opheldering. De goden zijn daarin zelf onderdeel van natuurlijke selectie en de mechanismen van heersers en onderdrukten die uit dat evolutionaire principe voortkomen. Ik vond deel 2 meer een reflectie op beschavingen, met inbegrip van de zelfingenomenheid die per definitie verbonden is met het begrip 'beschaving'.

Over dergelijke 'beschaving' horen we veel, vooral over die van de azaren. Veel informatie die we over hen krijgen betreft ethiek: hoe ze omgaan met slaven, met mensen met een andere huidskleur, met hun sprekende lastdieren, met andere rassen, met hiërarchie, met andere religies. We moeten er duidelijk wat van vinden, waardoor het boek hier en daar wat belerend overkomt. Met name tegen het einde, met de dalmerrie (ja, ook vrouwen kunnen vadsige machtswellustelingen zijn) en de polsnummers plus saffiermijn (ja, de azaren kwamen al nazistisch over), vond ik het een tikje drammerig worden.

Opvallend is dat de twee volkeren waarop de nadruk ligt geen van beide poëzie, beeldende kunst of muziek kennen. Bij de zandmensen is er nog een simpele inscriptie op een aardewerken pijpje te vinden, de azaren hebben blijkbaar geen enkele vorm van kunst. De enige die danst is de Demiurg in de proloog.

De persoon van Malderik lijkt het hart van de serie te vormen. Volgens het Fantasize-interview uit januari 2022 is de schrijver al sinds 1991 met dit personage bezig ('Malderik is de reden dat ik in 2010 met schrijven ben begonnen') en ziet hij deze serie min of meer als zijn levenswerk ('Ik ben schrijver geworden om die serie te schrijven'). Malderiks rol als uitvoerder van Belenos' opdracht is eigenlijk krankzinnig. Hij moet in Ehad mensen selecteren die op het toppunt van hun kunnen zijn, en hun aanzien verhogen, niet met feiten of waarheid, maar met geruchten. Vervolgens moeten zij sterven, waarop Malderik de rest van de samenleving moet aanzetten tot aanbidding. Hij is dus een godenschepper, eigenlijk een spirituele spindoctor. Zelf stelt hij zich daar helemaal geen vragen bij. Goddelijk bevel is goddelijk bevel. (Wat dat betreft is de druïde Segovax, een tamelijk onsympathiek type, moderner als hij in deel 1 Belenos een 'oude tiran' en 'vervloekte demon' noemt, en opmerkt dat goden niet zonder mensen kunnen. Waarop Belenos fijntjes opmerkt dat de druïden op hun beurt goud spinnen bij het bestaan van de goden.) In deel 2 lijkt Malderik langzaamaan wel anders aan te gaan kijken tegen zijn opdracht. Hij wil nu vooral ambassadeur zijn voor de mensen, een ras dat in Ehad ondergeschikt is aan de azaren. Hij is dus een idealist - of in elk geval in zijn eigen beleving.

Verschillende opmerkingen in de prologen van delen 1 en 2 duiden op een Malderik met veel dimensies. Er worden prikkelende tegenstrijdigheden genoemd: Malderik heeft alles bij elkaar gefantaseerd, hij heeft een profeet maar was zelf iemands leerling, hij is een god maar doodde er ook eentje, enzovoorts. Bij zijn naam heb ik gedachten, evenals bij de bijnamen die hij heeft. De tijd zal het leren, ook wat de relevantie is van de griffioen die Malderik min of meer bij toeval koos als embleem, zo lazen we in boek 1, maar die in beide prologen als een religieuze erenaam wordt gebruikt.

De bredere filosofische strekking van dit alles is me, kortom, nog niet helder. De schrijver beschouwt Also sprach Zarathustra als een van zijn lievelingsboeken. Thema's uit Nietzsche's filosofie vallen hier en daar te herkennen, wat doet vermoeden dat De verloren stammen van Aden naast een spannend verhaal een persoonlijke visie op mensheid en toekomst gaat omvatten. Na deel 3 valt daarvan misschien een eerste balans op te maken.

Als roman op zich is deel 2 niet geheel bevredigend. Door de soms erg expliciet benoemde ethische kwesties en de 'kleine wereld' waarin het zich afspeelt, voelt het geheel wat claustrofobisch aan. Na de soms spannende verwikkelingen is het einde een tikje slapjes. De incidentele perspectiefwisselingen bieden wel een welkome afwisseling en Abeni is een intrigerend personage. Ook leest het proza prettig, net zoals in deel 1. Opvallend is dat in deel 2 veel meer Belgisch Nederlands wordt gebruikt. Of dit een reden heeft weet ik niet. In deel 1 spraken de goden, als 'verheven personages', hedendaags Vlaams dus mogelijk heeft het een bedoeling. Hoe dan ook, ik vind dat het eigenheid en zelfbewustzijn uitstraalt. En als Groninger heb ik verschillende intrigerende nieuwe uitdrukkingen en woorden geleerd, zoals 'weeral', 'gegeerd' en, met stip op no. 1: 'zich laten uitbollen'.

De enorme precisie van de schrijver, de reikwijdte van zijn fantasie, de hints naar een serieuze wereldbeschouwelijke visie en de prettige schrijfstijl geven mij al met al goede redenen om met veel belangstelling uit te kijken naar het volgende deel.
1

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Deborah van Duin