Lezersrecensie
Een magisch voorleesboek!
Toen rups een vlinder werd is een magnifiek en evenzo uniek verhaal over de beestjes die in alle lagen van onze achtertuin wonen. Beestjes waar je gewoonlijk niet naar omkijkt, of misschien zelfs een beetje vies van bent, maar die ieder hun eigen mooie eigenschappen en verhaal hebben. In een combinatie van gedichten, melodieuze verhalen en schitterende illustraties hebben Bette Westera, Naomi Tieman en Djenné Fila een magisch voorleesboek neergezet dat werkelijk al je verwachtingen overtreft.
In de eerste instantie vertelt Toen rups een vlinder werd het verhaal van, jawel, Rups. Rups vindt zichzelf als rups niet zo heel bijzonder, maar stráks wordt hij een vlinder en dan zal iedereen hem prachtig vinden! Rups raakt in gesprek met Eendagsvlieg. Op de vraag wie Eendagsvlieg dan wordt, is het antwoord van Eendagsvlieg heel eenvoudig: ‘Niemand’. Zij blijft gewoon de hele dag zichzelf. Dit kleine, maar veelzeggende dialoog is tekenend voor de rest van het boek: in elk op zichzelf staande verhaaltje zitten schitterende zinnen, diepere lagen en humoristische knipogen die je als lezer op een heel andere manier naar de beestjes in je tuin laten kijken.
Naast het verhaal van Rups, die inderdaad een prachtige vlinder wordt en op zoek gaat naar Eendagsvlieg om zichzelf aan haar te laten zien, maken we ook kennis met tal van andere hartverwarmende personages: Oorwurm, Pissebed en Kakkerlak die zich door hun namen beledigd voelen en nieuwe, nobele namen bedenken voor zichzelf en elkaar (absoluut mijn favoriete verhaal, want zo typerend voor hoe mensen over deze insecten denken!), Hommel die Vlinder meeneemt in een bloemenproeverij, de zzzzzoemende Bromvlieg, twee dikke vriendinnen-spinnen en de arme Pier, die ons confronteert met het afval waar hij onder de grond mee te maken krijgt.
En zo zit dit boek boordevol aansprekende korte verhalen en gedichten, met elk een eigen thema en boodschap en soms zelfs een belangrijke les die eruit te leren valt. Elk personage heeft zijn eigen karakter en probleem om mee te dealen. Naast dat het met vlagen grappig, avontuurlijk en ontroerend is, is het zeker ook leerzaam: die kriebelbeestjes in de tuin die wij soms eng of vies vinden, hebben elk een eigen belangrijke taak in de natuur, en daarmee zijn ze indirect van heel veel waarde voor ons.
Toen rups een vlinder werd hebben wij hier thuis al meermaals van het begin tot het einde verslonden. Het is voor kinderen een indrukwekkend verhaal dat intrigeert en blijft hangen. Zeker ook de illustraties van Djenné Fila (die met haar werk voor De schaduw van Toet genomineerd is voor de nieuwe prestigieuze literatuurprijs de Boon, en bovendien al meerdere nominaties en prijzen op haar naam heeft staan) dragen daar met oneindig veel gevoel en precisie aan bij.
Kortom, Toen rups een vlinder werd is een absoluut literair hoogstandje. Het heeft alles wat je maar van een fijn voorleesboek verwacht: een belangrijke boodschap, teksten die als muziek over je lippen rollen, unieke karakters, een goed verhaal en schitterende illustraties. Een geslaagde uitgave van uitgeverij Volt en een veelbelovende samenwerking van twee auteurs en een illustrator die wat mij betreft hopelijk gauw een vervolg krijgt!
In de eerste instantie vertelt Toen rups een vlinder werd het verhaal van, jawel, Rups. Rups vindt zichzelf als rups niet zo heel bijzonder, maar stráks wordt hij een vlinder en dan zal iedereen hem prachtig vinden! Rups raakt in gesprek met Eendagsvlieg. Op de vraag wie Eendagsvlieg dan wordt, is het antwoord van Eendagsvlieg heel eenvoudig: ‘Niemand’. Zij blijft gewoon de hele dag zichzelf. Dit kleine, maar veelzeggende dialoog is tekenend voor de rest van het boek: in elk op zichzelf staande verhaaltje zitten schitterende zinnen, diepere lagen en humoristische knipogen die je als lezer op een heel andere manier naar de beestjes in je tuin laten kijken.
Naast het verhaal van Rups, die inderdaad een prachtige vlinder wordt en op zoek gaat naar Eendagsvlieg om zichzelf aan haar te laten zien, maken we ook kennis met tal van andere hartverwarmende personages: Oorwurm, Pissebed en Kakkerlak die zich door hun namen beledigd voelen en nieuwe, nobele namen bedenken voor zichzelf en elkaar (absoluut mijn favoriete verhaal, want zo typerend voor hoe mensen over deze insecten denken!), Hommel die Vlinder meeneemt in een bloemenproeverij, de zzzzzoemende Bromvlieg, twee dikke vriendinnen-spinnen en de arme Pier, die ons confronteert met het afval waar hij onder de grond mee te maken krijgt.
En zo zit dit boek boordevol aansprekende korte verhalen en gedichten, met elk een eigen thema en boodschap en soms zelfs een belangrijke les die eruit te leren valt. Elk personage heeft zijn eigen karakter en probleem om mee te dealen. Naast dat het met vlagen grappig, avontuurlijk en ontroerend is, is het zeker ook leerzaam: die kriebelbeestjes in de tuin die wij soms eng of vies vinden, hebben elk een eigen belangrijke taak in de natuur, en daarmee zijn ze indirect van heel veel waarde voor ons.
Toen rups een vlinder werd hebben wij hier thuis al meermaals van het begin tot het einde verslonden. Het is voor kinderen een indrukwekkend verhaal dat intrigeert en blijft hangen. Zeker ook de illustraties van Djenné Fila (die met haar werk voor De schaduw van Toet genomineerd is voor de nieuwe prestigieuze literatuurprijs de Boon, en bovendien al meerdere nominaties en prijzen op haar naam heeft staan) dragen daar met oneindig veel gevoel en precisie aan bij.
Kortom, Toen rups een vlinder werd is een absoluut literair hoogstandje. Het heeft alles wat je maar van een fijn voorleesboek verwacht: een belangrijke boodschap, teksten die als muziek over je lippen rollen, unieke karakters, een goed verhaal en schitterende illustraties. Een geslaagde uitgave van uitgeverij Volt en een veelbelovende samenwerking van twee auteurs en een illustrator die wat mij betreft hopelijk gauw een vervolg krijgt!
1
Reageer op deze recensie